34 952 Investeren in Perspectief – Goed voor de Wereld, Goed voor Nederland

Nr. 147 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 november 2021

Via deze brief informeer ik u graag over de twee gesprekken die ik recentelijk gehad heb met de Directeur-Generaal van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), Dr. Ngozi Okonjo-Iweala, en in het bijzonder de Nederlandse inzet op handel en duurzaamheid. Hiermee voldoe ik aan de toezegging gedaan tijdens de begrotingsbehandeling voor Buitenlandse Hulp en Ontwikkelingssamenwerking van de Eerste Kamer, d.d. 15 december 2020 (Kamerstuk 35 570 XVII; Handelingen I 2020/21, nr. 16, item 3).

Op 6 september jl. had ik een eerste gesprek met Dr. Okonjo-Iweala, en marge van de opening van het nieuwe Floating Office in Rotterdam van het Global Center on Adaptation (GCA). Op 30 september jl. had ik een opvolgend gesprek met Dr. Okonjo-Iweala tijdens mijn bezoek aan Genève.

Het belang van handel voor duurzaamheid en het milieu was één van de hoofdonderwerpen van onze gesprekken. Handel is de levensader van de Nederlandse economie. Het is echter van groot belang om duurzaamheid en het milieu te integreren in het multilaterale handelssysteem. Alleen op die manier kunnen we laten zien dat handel niet alleen zorgt voor economische groei, maar ook bijdraagt aan bredere maatschappelijke doelen. Ook heb ik het belang van gender onderstreept in de context van handel.

In het bijzonder heb ik tijdens de gesprekken aandacht geschonken aan een akkoord in de WTO op visserijsubsidies. Door middel van zo’n akkoord zouden schadelijke visserijsubsidies – die bijdragen aan het uitsterven van vissoorten, verslechtering van de gezondheid van onze oceanen en afnemende visvangsten – ingedamd kunnen worden. Nederland zet zich ten volle in voor het sluiten van een dergelijk akkoord tijdens de 12e Ministeriële Conferentie, die in Genève plaats zal vinden van 30 november t/m 3 december dit jaar. Hoewel dit akkoord één van de meest veelbelovende resultaten voor deze Conferentie is, is het sluiten hiervan helaas echter verre van gegarandeerd.

In een bijdrage aan het Trade for Climate-evenement op 26 oktober jl., georganiseerd door de WTO en de Internationale Kamer van Koophandel (ICC), heb ik benadrukt dat handelsbeleid de transitie naar een groene economie moet ondersteunen. Ik heb steun bepleit voor een aantal initiatieven die bijdragen aan het verder integreren van milieu en klimaat in de WTO. Tevens heb ik er op aangedrongen dat belanghebbenden een bijdrage kunnen leveren aan het verkennen van opties voor het bevorderen van handel in groene goederen en diensten1.

Een uitdaging op het gebied van handel en milieu is dat veel WTO-leden, en met name ontwikkelingslanden, de vrees hebben dat milieuvraagstukken misbruikt zullen worden om nieuwe handelsbarrières op te werpen. De uitdaging voor landen als Nederland, voor wie een ambitieuze inzet op handel en milieu vanzelfsprekend is, is dan ook om deze zorgen weg te nemen en eraan bij te dragen dat nieuwe initiatieven zo worden vormgegeven dat deze niet protectionistisch van aard zijn.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Th.J.A.M. de Bruijn

Naar boven