De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen voorgelegd
aan de Algemene Rekenkamer over de brief van 16 mei 2018 inzake het rapport Resultaten
verantwoordingsonderzoek 2017 bij het Ministerie van Economische Zaken en Diergezondheidsfonds
(Kamerstuk 34 950 XIII, nr. 2).
De Algemene Rekenkamer heeft deze vragen beantwoord bij brief van 5 juni 2018. Vragen
en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, Diks
De adjunct-griffier van de commissie, Jansma
Vraag 1
Ten bate van wie komt het bedrag van 20,4 miljoen euro die als basisafdrachten NAM
op grond van privaatrechtelijke overeenkomsten wordt ingeboekt? Met andere woorden,
is er zicht op hoe dit geld uiteindelijk wordt besteed?
Het bedrag van € 20,4 miljoen betreft een saldering van vooruitbetalingen over 2017
en verrekeningen met te hoge vooruitbetalingen voor voorgaande boekjaren. Omdat wij
geen onderzoek hebben gedaan naar de verrekeningen verwijzen wij voor verdere informatie
naar de Minister van EZK.
Vraag 2
Is er afdoende vertrouwen in de vorderingen van het Ministerie van Economische Zaken
en Klimaat bij het verbeteren van de informatiebeveiliging?
Het Ministerie van EZK heeft net als het voormalige Ministerie van EZ de verantwoordelijkheid
voor de informatiebeveiliging belegd bij de dienstonderdelen. Vorig jaar zagen we
dat de centrale sturing van de informatiebeveiliging beperkt was ingericht. Daardoor
was op centraal niveau onvoldoende zicht op de (decentrale) maatregelen die relevant
zijn voor de betrouwbaarheid van de informatievoorziening. Hierdoor beschikte de leiding
van het ministerie over onvoldoende informatie om goed te kunnen (bij)sturen Samenhangend
met de onvolkomenheid die wij over 2016 hebben vastgesteld, is het ministerie een
traject gestart om de centrale sturing en beheersing van de informatiebeveiliging
te verbeteren. De eerste resultaten daarvan zijn reeds zichtbaar. Zo is het informatiebeveiligingsbeleid
geactualiseerd en geformaliseerd en wordt er periodiek informatie opgevraagd bij de
dienstonderdelen. De Minister van EZK heeft aangegeven dat hij in 2018 doorgaat op
de ingeslagen weg voor het oplossen van de onvolkomenheid en dat hij daarbij onze
aandachtspunten zal betrekken. Het resultaat daarvan zullen wij beoordelen in ons
verantwoordingsonderzoek 2018.
Vraag 3
Welke gevolgen hebben de achterstanden in de financiële administratie voor de betrouwbaarheid
van de jaarcijfers?
In ons rapport hebben wij aangegeven dat in aantal gevallen aangegane verplichtingen
en afgerekende voorschotten te laat werden aangeleverd bij de financiële administratie
en daardoor ten laste van het verkeerde jaar werden geboekt. Dit is veelal hersteld
door middel van correctieboekingen. De gemaakte fouten bleven binnen de tolerantiegrenzen.
Vraag 4
Voldoet het departement door het afwijken van de afgesproken inkoopprocedures in afdoende
mate aan de Aanbestedingswet?
In ons rapport hebben wij aandacht gevraagd voor naleving van procedures en regelgeving,
waaronder de wet- en regelgeving voor aanbestedingen. We hebben geconstateerd dat
de betreffende procedures in een aantal gevallen niet zijn nageleefd, maar dat de
fouten binnen de afgesproken toleranties blijven.
Vraag 5
Zijn er de afgelopen jaren vermijdbare risico's en/of problemen geweest met betrekking
tot de informatiebeveiliging?
Ons onderzoek betrof de centrale sturing van de informatiebeveiliging en de implementatie
van specifieke beveiligingsmaatregelen bij twee kritieke systemen. Ons onderzoek biedt
onvoldoende basis voor een antwoord op deze vraag.
Vraag 6
Is er voldoende vertrouwen in de maatregelen om het financiële bewustzijn bij de beleidsdirecties
te vergroten»?
De Minister van EZK heeft in zijn reactie aangegeven dat de stafdirecties de beleidsdirecties
nogmaals expliciet zullen wijzen op betreffende interne procedures.
Beleidsdirecties waarbij fouten worden geconstateerd moeten dan maatregelen nemen
om dat in de toekomst te voorkomen. Het effect daarvan zullen wij beoordelen binnen
ons verantwoordingsonderzoek 2018.