34 950 VII Jaarverslag en slotwet Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2017

Nr. 8 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 september 2018

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken betreffende de vragen van de V-100 over de jaarverslagen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over 2017 (Kamerstuk 34 950 VII, nr.1). De vragen van de zogenoemde V-100 richten zich op het thema «integriteit en kwaliteit van het lokaal bestuur».

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Vraag 1

Kan de Minister toelichten in hoeverre het belang van een goede afspiegeling onderdeel is van het beleid inzake de kwaliteit van het lokaal bestuur?

Antwoord 1

Ik vind het belangrijk dat er geen structurele belemmeringen zijn voor mensen met een migratieachtergrond om het ambt van wethouder en andere politieke ambten die voor hen openstaan, te vervullen. Dat vind ik overigens ook voor andere groepen. Voor personen met een arbeidsbeperking wordt op dit moment in het kader van de motie Voortman en Otwin van Dijk (Kamerstuk 33 990, nr. 44) al onderzoek verricht naar mogelijke belemmeringen en ik ben bezig dit onderzoek uit te breiden naar andere groepen.

Vraag 2

Welke middelen worden ingezet om te komen tot gemeenteraden die voldoende representatief voor de lokale samenleving zijn?

Antwoord 2

De werving van kandidaat-raadsleden is allereerst een verantwoordelijkheid van politieke partijen. Daarom heb ik eind 2017 tijdens een expertmeeting met o.a. de politieke partijen gesproken over alle vormen van diversiteit. Vervolgens is met hen en de beroepsverenigingen van politieke ambtsdragers doorgesproken hoe zij herkenbaarheid en representativiteit kunnen bevorderen. Verder heb ik in 2017 door activiteiten als Politiek Actief door ProDemos en een Battle of Concepts ingezet op de aantrekkelijkheid van het raadslidmaatschap voor een diverse groep.

Vraag 3

Is er ook aandacht voor diversiteit binnen de ambtelijke organisaties op lokaal niveau? Zo ja, hoe is dit in 2017 vormgegeven?

Antwoord 3

Net als de rijksoverheid streven de lokale overheden naar een diverse en inclusieve arbeidsmarkt. De precieze inzet met betrekking tot diversiteitsbeleid van het personeelsbestand ligt bij de lokale overheden zelf en hier is verder geen exacte informatie over beschikbaar. Soms zijn er bepalingen over diversiteit opgenomen in de cao’s.

BZK heeft in dit kader een coördinerende rol met betrekking tot de banenafspraak waarin is afgesproken dat er tot 2023 25.000 banen gecreëerd gaan worden in de overheidssector voor mensen met een arbeidsbeperking. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is partner bij deze afspraak en ondersteunt, informeert, stimuleert en verbindt de gemeenten ten aanzien van het realiseren van de banenafspraak en de quotumregeling.

Vraag 4

Welke concrete resultaten heeft de Agenda Lokale Democratie tot nu toe opgeleverd?

Antwoord 4

Doelstelling van de in januari 2015 opgeleverde Agenda Lokale Democratie (Kamerstuk 34 000 VII, nr. 36) was het verrijken van de representatieve democratie met nieuwe participatieve vormen. Maatregelen hadden bijvoorbeeld betrekking op verruiming lokaal belastinggebied, andere rol gemeenteraad, trainingen aan politieke ambtsdragers, burgerraadplegingen, loting, buurtbegroting, etc. Naar aanleiding hiervan zijn onder andere ruim 100 lokale initiatieven en experimenten rond vernieuwing van de lokale democratie ondersteund, hebben negen gemeenten een zogenoemd Democratie Testlab doorlopen rond de rol van de raad en hebben 70 gemeenten gewerkt aan de versterking van het samenspel in de lokale bestuurlijke driehoek. Dit heeft onder meer geresulteerd in publicaties voor alle gemeenten die aan de slag willen met vernieuwing en versterking van de lokale democratie, zoals het Democratisch zakboekje, de Handreiking zelfanalyse meervoudige democratie, Handreiking lokale referenda, Handreiking Burgerbegroting, Handreiking lokale driehoeken. Deze zijn te vinden op www.lokale-democratie.nl.

Vraag 5

Op welke wijze komen de doelen van het Programma Veilige Publieke Taak terug in het beleid in 2017?

Antwoord 5

Eén van de doelstellingen van het Programma Veilige Publieke Taak (VPT) was om agressie en geweld tegen politieke ambtsdragers terug te dringen. Deze doelstelling is na het beëindigen van het programma in regulier beleid binnen mijn ministerie voortgezet. De goede voorbeelden en instrumenten van het programma VPT zijn via www.agressievrijwerk.nl beschikbaar gesteld.

Vanuit de gevoelde urgentie bij externe partners om samen op te trekken voor een weerbaar bestuur heb ik in 2017 het Netwerk Weerbaar Bestuur opgezet. Hierbij wordt ook gebruik gemaakt van de instrumenten, trainingen en goede voorbeelden uit het programma VPT.

Vraag 6

Welke concrete acties zijn voorts in 2017 ondernomen binnen het Netwerk Weerbaar Bestuur?

Antwoord 6

Het Netwerk Weerbaar Bestuur is eind 2017 begonnen met het verkennen van de rollen en taken van partners en mogelijke gezamenlijke activiteiten. Dit heeft geleid tot het gezamenlijk ondertekenen van de Intentieverklaring op 5 april 2018. Met deze intentieverklaring spreken de partners uit dat zij zich gezamenlijk ten volle willen inspannen ten behoeve van een weerbaar bestuur.

In 2017 zijn verder door de Raadsledenvereniging pilots gestart voor regionale trainingen agressie en geweld en integriteit voor raadsleden en is er door het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid een «Zelfscan persoonlijke veiligheid politieke ambtsdragers» ontwikkeld.

Vraag 7

Op welke wijze zijn burgemeesters ten slotte gefaciliteerd in hun taak op het gebied van integriteit in relatie tot raadsleden?

Antwoord 7

Om burgemeesters te faciliteren bij hun verantwoordelijkheid om de integriteit in hun gemeente te bevorderen, zijn de afgelopen jaren handvatten ontwikkeld. Zo is er de «Handreiking Integriteit Politieke Ambtsdragers» en biedt het Nederlands Genootschap voor Burgemeesters naast intervisie en workshops de Integriteitsgame (een soort serious game) aan.

Verder is begin 2017 is de «Handreiking Integriteitstoetsing kandidaten decentrale politieke partijen» verschenen. Daarin wordt ook aandacht besteed aan de mogelijke invulling van de verantwoordelijkheden van de burgemeester bij de toetsing van nieuwe raadsleden. Ook is integriteit in bijna alle gemeenten nu een vanzelfsprekend onderdeel van het inwerkprogramma van nieuwe raadsleden. Dit wordt bevorderd via burgemeesters en griffiers.

Ook kunnen burgemeesters bij vragen rond een vermeende of dreigende integriteitsschending terecht bij het Steunpunt Integriteitsonderzoek Politieke Ambtsdragers (SIPA). Het SIPA wordt gefinancierd door mijn ministerie en heeft in 2017 in 70 casussen geadviseerd.

Ten slotte besteed ik in mijn gesprekken met nieuwe burgemeesters altijd veel aandacht aan hun zorgplicht op het gebied van integriteit.

Naar boven