34 902 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2018 (Incidentele suppletoire begroting inzake Klimaat enveloppe regeerakkoord)

I VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 9 mei 2019

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning1 heeft kennisgenomen van de brief van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 1 april 2019.2 Naar aanleiding hiervan hebben de leden van de fracties van PVV en PvdA op 19 april 2019 enkele vragen gesteld aan de Minister.

De Minister heeft op 9 mei 2019 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat/Algemene Zaken en Huis van de Koning, Bergman

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR BINNENLANDSE ZAKEN EN DE HOGE COLLEGES VAN STAAT/ALGEMENE ZAKEN EN HUIS VAN DE KONING

Aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat

Den Haag, 19 april 2019

De commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning heeft kennisgenomen van uw brief van 1 april 2019.3 Met deze brief reageerde u op de motie-Van Hattem c.s.4 waarin de regering wordt opgeroepen om alle verslagen van de vergaderingen van de klimaattafels en alle verslagen van het overkoepelende Klimaatberaad openbaar te maken. Naar aanleiding van uw brief wensen de leden van een aantal fracties enkele vragen te stellen.

De leden van de PVV-fractie lezen in de brief:

«Gezien de grote maatschappelijke impact van het klimaatbeleid is het kabinet echter bereid wel zoveel als mogelijk transparant te zijn over het verloop van de gesprekken om te komen tot een Klimaatakkoord. Daarbij geldt wel dat het kabinet de verslagen van de klimaattafels pas openbaar zal maken als de gesprekken zijn afgerond. Het kabinet streeft ernaar voor de zomer een definitief Klimaatakkoord te kunnen sluiten. Na vaststelling van een Klimaatakkoord zal het kabinet de verslagen van de klimaattafels en in het Klimaatberaad openbaar maken.»

Kunt aangeven in hoeverre er nog ruimte is voor parlementaire behandeling van het Klimaatakkoord tussen het afronden van de gesprekken en het sluiten van een definitief Klimaatakkoord? Kunt u tevens aangeven waarom de verslagen niet openbaar worden gemaakt vóór het eventueel sluiten van het definitieve Klimaatakkoord, zodat deze verslagen nog door de volksvertegenwoordiging in haar afwegingen kunnen worden betrokken?

Kunt u exact aangeven welke partijen/organisaties uiteindelijk betrokken worden bij het (eventuele) definitief te sluiten Klimaatakkoord en op welke basis deze partijen/organisaties geselecteerd worden? Zijn dit per definitie dezelfde partijen als bij het concept-Klimaatakkoord? Op welke wijze wordt het parlement hierbij betrokken?

Voorts lezen deze leden in de brief:

«Zo snel mogelijk na afronding van een Klimaatakkoord zal ik de verslagen vervolgens openbaar maken, daarbij rekening houdend met de zienswijzen die partijen hebben aangeleverd.»

Kunt u aangeven of bij de openbaarmaking van deze verslagen alle inhoudelijke informatie (anders dan bijvoorbeeld privacygevoelige persoonsgegevens) wél openbaar zal worden gemaakt en niet – zoals bijvoorbeeld bij een Wob-verzoek over de klimaattafels in Noord-Brabant – vrijwel volledig zwart wordt weggelakt?5

Bent u alsnog bereid zo snel mogelijk alle verslagen openbaar te maken, zoals verzocht in de aangenomen motie, zodat deze verslagen ook kunnen worden betrokken bij de parlementaire behandeling van de met het Klimaatakkoord samenhangende Klimaatwet in de Eerste Kamer?

De leden van de PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de reactie van de regering. In de reactie van de regering staat dat er «rekening wordt gehouden met de zienswijzen die worden aangeleverd». Dit brengt deze leden tot de volgende vragen. Op basis van welke criteria wordt bepaald of informatie openbaar wordt gemaakt? Geldt hierbij het uitgangpunt «openbaar, tenzij»? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe wordt «tenzij» ingevuld?

De commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning ziet met belangstelling uit naar uw reactie. In verband met de plenaire behandeling van de Klimaatwet, voorzien voor 21 mei 2019, ontvangt zij deze reactie graag uiterlijk vrijdag 10 mei 2019.

Voorzitter van de commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning, J.W.M. Engels

BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 mei 2019

Naar aanleiding van mijn brief van 1 april jl. (Kamerstuk 34 902, H.) in reactie op de motie-Van Hattem c.s. (Kamerstuk 34 903, F.) waarin de regering wordt opgeroepen om alle verslagen van de vergaderingen van de klimaattafels en alle verslagen van het overkoepelen Klimaatberaad openbaar te maken, hebben de leden van een aantal fracties op 19 april jl. enkele vragen gesteld. Hierbij ontvangt uw Kamer de beantwoording van die vragen.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Vragen van leden van de PVV-fractie:

Kunt aangeven in hoeverre er nog ruimte is voor parlementaire behandeling van het Klimaatakkoord tussen het afronden van de gesprekken en het sluiten van een definitief Klimaatakkoord?

Het kabinet streeft ernaar om voor de zomer tot een definitief Klimaatakkoord te komen. Zoals ik in mijn brief van 21 december 2018 (Kamerstuk 32 813, G.) heb gezegd, leg ik het integrale pakket van maatregelen aan het parlement voor en gaat het kabinet over een finale versie van het Klimaatakkoord met de Tweede Kamer in debat.

Kunt u tevens aangeven waarom de verslagen niet openbaar worden gemaakt vóór het eventueel sluiten van het definitieve Klimaatakkoord, zodat deze verslagen nog door de volksvertegenwoordiging in haar afwegingen kunnen worden betrokken?

Het kabinet heeft vanaf het begin van het proces om te komen tot een Klimaatakkoord het belang van de betrokkenheid van het parlement benadrukt. Het kabinet heeft het parlement bij elke stap in dit proces in staat gesteld om hierover het debat aan te gaan. Over het definitieve Klimaatakkoord zal het kabinet ook in debat gaan met de Tweede Kamer. Het definitieve Klimaatakkoord is de uitkomst van de gesprekken met maatschappelijke partijen en het kabinet wil zich verzekeren van zo groot mogelijk politiek en maatschappelijk draagvlak hiervoor. Het kabinet acht het in algemene zin niet wenselijk om verslagen van onderhandelingen openbaar te maken, zeker niet als deze onderhandelingen nog niet afgerond zijn. Echter, gezien de grote maatschappelijke impact van het klimaatbeleid is het kabinet bereid wel zoveel als mogelijk transparant te zijn over het verloop van de gesprekken om te komen tot een Klimaatakkoord. Zo snel mogelijk na afronding van een Klimaatakkoord zal ik de verslagen vervolgens openbaar maken, daarbij rekening houdend met de zienswijzen die partijen hebben aangeleverd. Bij het openbaar maken is een zorgvuldig proces nodig, onder andere omdat vele partijen (privaat en publiek) hebben deelgenomen aan de gesprekken in de veronderstelling van vertrouwelijkheid. Het staat de Kamer natuurlijk op alle momenten vrij om (aan het Klimaatakkoord deelnemende) partijen uit te nodigen om hen te horen of in gesprek te gaan.

Kunt u exact aangeven welke partijen/organisaties uiteindelijk betrokken worden bij het (eventuele) definitief te sluiten Klimaatakkoord en op welke basis deze partijen/organisaties geselecteerd worden? Zijn dit per definitie dezelfde partijen als bij het concept-Klimaatakkoord? Op welke wijze wordt het parlement hierbij betrokken?

Zoals in mijn brief van 23 februari 2018 vermeld (Kamerstuk 32 813, nr. B.) nemen aan de klimaattafels partijen deel die een concrete bijdrage aan CO2-emissiereductie kunnen leveren, kennis kunnen inbrengen en met mandaat afspraken kunnen maken. Bij het sluiten van een definitief Klimaatakkoord streven wij naar een zo breed mogelijk politiek en maatschappelijk draagvlak, ook onder de partijen die hebben deelgenomen aan de klimaattafels en bij het Klimaatberaad. Eindresultaat moet dan ook zijn; een Klimaatakkoord waarmee het politiek vastgestelde reductiedoel wordt gehaald en dat de actieve steun heeft van bijdragende partijen. Dat betekent niet dat iedere partij het noodzakelijk met iedere maatregel eens hoeft te zijn. Het kabinet verwelkomt ook andere partijen die zich achter een definitief Klimaatakkoord willen scharen. Over het definitieve Klimaatakkoord zal het kabinet in debat gaan met de Tweede Kamer.

Kunt u aangeven of bij de openbaarmaking van deze verslagen alle inhoudelijke informatie (anders dan bijvoorbeeld privacygevoelige persoonsgegevens) wél openbaar zal worden gemaakt en niet – zoals bijvoorbeeld bij een Wob-verzoek over de klimaattafels in Noord-Brabant – vrijwel volledig zwart wordt weggelakt?6

Mijn uitgangspunt is om zoveel mogelijk openbaar te maken. Ik wil hiervoor richting alle betrokken partijen echter wel een zorgvuldig proces hanteren. Daarom zal ik partijen ook om een zienswijze vragen ten aanzien van openbaarmaking van hun inbreng aan de klimaattafels. Dit kan betekenen dat ook andere informatie dan privacygevoelige gegevens niet openbaar gemaakt wordt. Echter, mijn intentie is om hier zo terughoudend mogelijk mee om te gaan om de samenleving een zo goed mogelijk beeld te geven van de gesprekken.

Bent u alsnog bereid zo snel mogelijk alle verslagen openbaar te maken, zoals verzocht in de aangenomen motie, zodat deze verslagen ook kunnen worden betrokken bij de parlementaire behandeling van de met het Klimaatakkoord samenhangende Klimaatwet in de Eerste Kamer?

Zoals gezegd in mijn brief van 1 april jl. zal het kabinet de verslagen zo snel mogelijk openbaar maken nadat de gesprekken zijn afgerond en er een definitief Klimaatakkoord gesloten is.

Vragen van leden van de PvdA-fractie:

Op basis van welke criteria wordt bepaald of informatie openbaar wordt gemaakt? Geldt hierbij het uitgangpunt «openbaar, tenzij»? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe wordt «tenzij» ingevuld?

Mijn uitgangspunt is om zoveel mogelijk openbaar te maken.


X Noot
1

Samenstelling:

Engels (D66) (voorzitter), Nagel (50PLUS), Meijer(SP), Van Bijsterveld (CDA), Duthler (VVD), Ten Hoeve (OSF), Huijbregts-Schiedon (VVD), Van Kappen (VVD), Koffeman (PvdD), Strik (GL), De Vries-Leggedoor (CDA), Flierman (CDA), vac. (D66), Schouwenaar (VVD), Van Strien (PVV), P. van Dijk (PVV), Gerkens (SP), Van Hattem (PVV), Köhler (SP) (vice-voorzitter), Lintmeijer (GL), Pijlman (D66), Rombouts (CDA), Schalk (SGP), Verheijen (PvdA), Bikker (CU), Klip-Martin (VVD), Sini (PvdA), Van der Sluijs (PVV), Fiers (PvdA)

X Noot
2

Kamerstukken I 2018/19, 34 902, H.

X Noot
3

Kamerstukken I 2018/19, 34 902, H.

X Noot
4

Kamerstukken I 2018/19, 34 902, F.

Naar boven