Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
Na artikel III wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL IIIa
Indien het bij geleidende brief van 23 februari 2021 aanhangig gemaakte voorstel van
wet van de leden Paternotte, Kuiken, Ellemeet en Tellegen tot wijziging van Wet afbreking
zwangerschap in verband met het afschaffen van de verplichte minimale beraadtermijn
voor de afbreking van zwangerschappen (35 737) tot wet is of wordt verheven en die wet:
1. Eerder in werking is getreden of treedt dan deze wet, wordt artikel I van deze
wet als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel B vervallen de aanhef, onderdeel 1, en de aanduiding «2.» voor het
tweede onderdeel.
b. In de aanhef (nieuw) van onderdeel B wordt «Na het vijfde lid wordt» vervangen
door «In artikel 3 wordt, onder vernummering van het derde lid tot het vierde lid,
na het tweede lid».
c. Het met onderdeel B voorgestelde zesde lid wordt vernummerd tot derde lid en in
dat lid wordt «tot en met vijfde» vervangen door «en tweede».
d. Aan onderdeel Da wordt toegevoegd «, en wordt «artikel 3, derde lid» vervangen
door «artikel 3, vierde lid»».
2. Later in werking treedt dan deze wet, wordt artikel I van die wet als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel B, onderdeel 2, wordt «het vijfde lid tot het tweede lid» vervangen
door «het vijfde en zesde lid tot het tweede en derde lid».
b. Het met onderdeel B, onderdeel 3, voorgestelde derde lid wordt vernummerd tot vierde
lid.
c. In onderdeel C wordt «artikel 3, derde lid» vervangen door «artikel 3, vierde lid».
Toelichting
Deze nota van wijziging is technisch van aard en strekt ertoe de samenloop van onderhavig
wetsvoorstel met het voorstel van wet van de leden Paternotte, Kuiken, Ellemeet en
Tellegen tot wijziging van Wet afbreking zwangerschap in verband met het afschaffen
van de verplichte minimale beraadtermijn voor de afbreking van zwangerschappen (35 737) te regelen.
Het voorgestelde artikel IIIa strekt ertoe mogelijk te maken dat de met beide wetsvoorstellen
voorgestelde wijzigingen van de Wet afbreking zwangerschap, ook nog in de die wet
doorgevoerd kunnen worden indien dat reeds gewijzigd is door het andere voorstel.
Onderdeel 1 bevat daartoe voorzieningen voor het geval het andere wetsvoorstel (35 737) eerder tot wet is of wordt verheven en in werking treedt dan het onderhavige. In
dat geval zijn immers in artikel 3 van de Wet afbreking zwangerschap het huidige tweede
tot en met vierde lid vervallen, is het huidige vijfde lid vernummerd tot tweede lid,
en is er een nieuw derde lid toegevoegd. Als gevolg daarvan is de met onderhavig wetsvoorstel
voorgestelde wijziging van het tweede lid achterhaald en dient het met onderhavig
voorstel voorgestelde zesde lid niet langer na het vijfde, maar na het tweede lid
ingevoegd te worden, onder vernummering van het nieuwe derde lid tot vierde lid. In
artikel 11 van de Wet afbreking zwangerschap moet tot slot de verwijzing naar artikel
3 overeenkomstig de aldus gewijzigde nummering van artikelleden aangepast worden.
Onderdeel 2 bevat voorzieningen voor het geval onderhavig wetsvoorstel eerder tot
wet is of wordt verheven en in werking treedt dan het andere wetsvoorstel (35 737). In dat geval bestaat artikel 3 van de Wet afbreking zwangerschap immers niet langer
uit vijf, maar uit zes leden. Als gevolg daarvan moet derhalve het nieuwe zesde lid
meegenomen worden in de met wetsvoorstel 35 737 voorgestelde vernummering, en dient het met dat wetsvoorstel aan artikel 3 toe te
voegen derde lid vernummerd te worden tot vierde lid. In artikel 11 van de Wet afbreking
zwangerschap moet tot slot de verwijzing naar artikel 3 overeenkomstig de aldus gewijzigde
nummering van artikelleden aangepast worden.
Ellemeet Ploumen Paternotte Tellegen