34 874 Wijziging van diverse wetten op het terrein van de volksgezondheid in verband met de versterking van het handhavingsinstrumentarium van de Inspectie gezondheidszorg en jeugd en enkele andere wijzigingen

D NADER VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT1

Vastgesteld 11 december 2018

De leden van de fracties van SP, PvdA en GroenLinks danken de regering voor de memorie van antwoord. Zij hebben nog wel enkele aanvullende vragen.

De regering geeft aan dat de inzagebevoegdheid ook de bevoegdheid om inlichtingen uit een patiëntendossier te vorderen en de bevoegdheid om afschriften te maken, omvat. Er wordt bezien of de wetgeving op dit punt kan worden aangepast.

Naar de mening van de leden van de fracties van SP, PvdA en GroenLinks dienen de bepalingen van de diverse gezondheidswetten die een inzagerecht voor de inspectie bevatten, te worden aangepast. Het onderhavige wetsvoorstel ziet slechts op het inzagerecht in recepten in het kader van het toezicht op de naleving van de Geneesmiddelenwet en het inzagerecht in het kader van het toezicht op de naleving van de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting. Het inzagerecht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) is echter (terecht) in veel meer gezondheidswetten apart geregeld, zoals in de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz), de Jeugdwet, de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) en de Gezondheidswet. Aanpassing van de betreffende bepalingen omtrent het inzagerecht van de diverse gezondheidswetten, ter verduidelijking van de reikwijdte, vergroot naar de mening van de leden van deze fracties de rechtszekerheid. Zij verzoeken de regering dan ook om de wetgeving daadwerkelijk aan te passen.

Ten slotte hebben de leden van deze fracties nog een opmerking naar aanleiding van de door de regering aangehaalde uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 5 februari 20182 en de uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 8 mei 20173. Het klopt dat gegevens die tot een persoon herleidbaar zijn, soms onder art. 5:17 Awb geschaard kunnen worden. Deze uitspraken betreffen echter beide persoonsgegevens inzake een recht op studiefinanciering. Gegevens uit een patiëntendossier zijn naar de mening van deze leden (zoals de regering zelf ook al erkent) om de volgende redenen niet onder art. 5:17 te scharen. Ten eerste zijn het gezondheidsgegevens. Ten tweede vallen dergelijke gegevens onder het beroepsgeheim. Ten derde zijn het «bijzondere persoonsgegevens» die vallen onder artikel 9 van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG)4 en paragraaf 3.1 van de Uitvoeringwet AVG5 en daarmee extra beschermd zijn. Graag krijgen de leden van deze fracties een reactie van de regering in dezen.

De leden van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport zien de antwoorden van de regering met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag uiterlijk 18 januari 2019.

De voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Martens

De griffier van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, De Boer


X Noot
1

Samenstelling: Ten Hoeve (OSF), Koffeman (PvdD), Kuiper (CU), De Vries-Leggedoor (CDA), Flierman (CDA), Ganzevoort (GL), Martens (CDA) (voorzitter), Van Strien (PVV), Bruijn (VVD) (vice-voorzitter), Gerkens (SP), Atsma (CDA), D.J.H. van Dijk (SGP), Don (SP), Van Hattem (PVV), Nooren (PvdA), Oomen-Ruijten (CDA), Prast (D66), Schnabel (D66), Wezel (SP), Klip-Martin (VVD) Baay-Timmerman (50PLUS), A.J.M. van Kesteren (PVV), Van Zandbrink (PvdA), Fiers (PvdA), Wever (VVD), Vink (D66).

X Noot
2

ECLI:NL:CRVB:2018:269.

X Noot
3

ECLI:NL:RBDHA:2017:5165.

X Noot
4

Pb EU 2016, L119/1.

X Noot
5

Stb. 2018, 144.

Naar boven