34 845 XVII Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2017 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2017 wijzigingen aan te brengen in:

de departementale begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII);

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Voorstel van wet

Door middel van het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld de uitgaven van de begroting 2017 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) te verhogen met EUR 74,8 miljoen en de ontvangsten niet te verhogen.

2. Leeswijzer

In de toelichting worden de belangrijkste mutaties op de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toegelicht. Ten slotte volgt per artikel de nieuwe stand en een toelichting op de opmerkelijke verschillen.

Per artikel is een tabel opgenomen met de mutaties. De toelichting per beleidsartikel heeft betrekking op de kolom mutaties suppletoire begroting. Omdat er een groot aantal financiële instrumenten bestaat is er in sommige gevallen geen uitputtende opsomming is van de financiële instrumenten per artikelonderdeel.

Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften en de Comptabiliteitswet van 2001 dienen de opmerkelijke verschillen tussen de oorspronkelijke en huidige raming te worden toegelicht. Op begrotingsartikelniveau is in de Rijksbegrotingsvoorschriften omschreven welke ondergrens hiervoor gehanteerd moet worden. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen beleidsmatige en technische mutaties. Als een toelichting nodig is, dan worden voor de uitwerking daarvan in deze suppletoire begroting vervolgens op subartikelniveau de onderliggende uitgavenmutaties toegelicht, indien deze 10% of meer afwijken ten opzichte van de stand van de ontwerpbegroting 2017, met een minimum van EUR 2 miljoen.

Op verplichtingenniveau worden mutaties groter dan 10% ten opzichte van de vorige stand, op begrotingsartikelniveau toegelicht.

3. Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2017

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Het voorstel is om de uitgaven voor 2017 per saldo te verhogen met EUR 74,8 miljoen. De stijging wordt grotendeels veroorzaakt door een saldo van mutaties op de beleidsartikelen 1, 4 en 5.

De raming van de instroom van asielzoekers in Nederland in 2017 wordt ten opzichte van de Eerste Suppletoire Begroting 2017 verlaagd van 38.700 naar 36.700. De aangepaste raming heeft gevolgen voor de toerekening aan ODA voor de eerstejaarsopvang van vluchtelingen uit DAC-landen. De toerekening voor 2017 wordt daarom verlaagd met EUR 32,8 miljoen. Dit bedrag blijft onderdeel uitmaken van het ODA-budget. Het wordt overgeboekt van de begroting van Justitie en Veiligheid naar de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

In aanvulling op het bovenstaande vindt u hieronder een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen in de uitgaven ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2017 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Bedragen x EUR 1 miljoen

Artikel

 

Mutatie

1.2

Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid

– 11

1.3

Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden

+ 30,3

1.4

Dutch Good Growth Fund

– 36,5

4.1

Humanitaire hulp

+ 26

4.3

Veiligheid & Rechtsorde

– 50

5.4

Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

+ 100,5

Toelichting

Artikel 1

De daling van de uitgaven op artikel 1.2 Versterkte Nederlandser Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid komt met name doordat er minder dan verwacht (EUR 10 miljoen) is uitgegeven aan het Dutch Trade and Investment Fund (DTIF). Verder leidt veranderde regelgeving voor bevoorschotting van uitvoerder Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) tot een budget verschuiving naar volgend jaar.

De toename van de uitgaven binnen het artikel 1.3 Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden (met EUR 30 miljoen in totaal) wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een Nederlandse bijdrage aan het Women Entrepreneurs Financing Initiative (WeFi) van EUR 9 miljoen.

De daling van de uitgaven op artikel 1.4 Dutch Good Growth (DGGF) Fund wordt veroorzaakt doordat de totale vraag op de onderdelen (1) Investeren Nederlands mkb en (3) Exporteren Nederlands mkb binnen het DGGF in 2017 lager uitvalt.

Artikel 4

Op artikel 4.1 Humanitaire hulp worden de uitgaven met EUR 26 miljoen verhoogd. Zo worden er extra bijdragen gedaan aan het United Nations Relief and Works Agency, het wereldvoedselprogramma en diverse noodhulpprogramma’s in Zuid-Soedan, Jemen, de Centraal Afrikaanse Republiek en Somalië.

Binnen artikel 4.3 Veiligheid & Rechtsorde vindt per saldo een daling in de uitgaven plaats van EUR 50 miljoen. Dit komt doordat een deel van de middelen voor vluchtelingenopvang in de regio pas in 2018 en 2019 tot betaling komt. De verplichtingen zijn reeds aangegaan.

Artikel 5

De totale mutatie van per saldo EUR 100,5 miljoen bestaat met name uit een BNI-bijstelling en een verlaging van de toerekening van de eerstejaars asielopvang. De BNI-bijstelling van EUR 75,7 miljoen wordt verklaard door de Macro Economische Verkenning (MEV) van het Centraal Planbureau (CPB) die is gemeld bij de Miljoenennota. Daarnaast leiden aanpassingen in met name de toerekening voor de eerstejaars asielopvang, tot een verlaging van deze uitgaven met EUR 32,8 miljoen. De mutatie van EUR 24,8 miljoen betreft een som van mutaties van ODA-middelen die binnen de HGIS in 2017 niet tot besteding zijn gekomen. De middelen worden geparkeerd op het verdeelartikel.

4. Toelichting per beleidsartikel

Beleidsartikel 1

Beleidsartikel 1 Duurzame handel en investeringen

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2017

(2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting 2017

(4)=(2+3)

Mutaties Miljoenennota 2017

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017

Verplichtingen

242.591

549.024

0

– 154.891

394.133

 

waarvan garantieverplichtingen

70.000

70.000

 

0

70.000

               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

496.986

517.562

0

– 20.370

497.192

   

waarvan juridisch verplicht

 

100%

   

100%

               

1.1

Versterkt internationaal handelssysteem, met aandacht voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

11.440

18.483

0

– 3.120

15.363

               
 

Opdrachten

         
   

Beleidsondersteuning internationaal ondernemen (non-ODA)

2.794

3.765

– 1.500

950

3.215

               
 

Bijdrage (inter)nationale organisaties

         
   

Contributies internationaal ondernemen (non-ODA)

5.670

5.670

0

0

5.670

 

Subsidies

         
   

Beleidsondersteuning, evaluaties en onderzoek

   

1.500

0

1.500

   

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

2.976

9.048

0

– 4.070

4.978

               
               

1.2

Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid

82.667

92.555

0

– 11.050

81.505

               
 

Subsidies

         
   

Starters International Business (SIB)/ Programma Strategische Beurzen (non-ODA)

5.200

6.400

0

712

7.112

   

Partners for International Business (PIB) (non-ODA)

8.000

7.885

0

712

8.597

   

Sport en OS

1.100

1.100

– 1.100

0

0

   

Demonstratieprojecten, haalbaarheidsstudies en investeringsstudies (DHI) (non-ODA)

6.000

5.900

0

713

6.613

   

Overig Programmatische Aanpak (non-ODA)

500

0

0

0

0

   

PSO/2g@there (non-ODA)

500

0

0

0

0

   

Dutch Trade and Investment Fund (non-ODA)

20.643

20.643

0

– 10.000

10.643

   

Versterking concurrentiepositie Nederland

 

9.200

0

– 3.800

5.400

   

Versterking economische functie

0

0

527

613

1.140

   

Aanvullende opdrachten

0

0

5.062

 

5.062

   

Overig (non-ODA)

0

0

1.838

 

1.838

               
               
 

Leningen

         
   

Finance for International Business (FIB) (non-ODA)

900

0

0

0

0

   

Overig

   

1.100

 

1.100

               
 

Bijdragen aan agentschappen

         
   

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (non-ODA)

26.000

35.500

– 6.900

0

28.600

   

Versterking economische functie (NBSO's via RVO) (non-ODA)

5.927

5.927

– 527

0

5.400

               

1.3

Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden

294.379

298.024

0

30.300

328.324

               
 

Subsidies

         
   

Transitiefaciliteit

168

853

0

787

1 640

   

Marktontwikkeling in het kader van private sector development

54.251

40.838

0

17.262

58.100

   

Wet en regelgeving

5.000

6.000

0

0

6.000

   

Financiële sectorontwikkeling

26.338

25.000

0

9.000

34.000

   

Versterking privaat ondernemerschap

35.260

55.000

0

4.000

59.000

   

Infrastructuurontwikkeling

75.587

88.250

0

– 5.250

83.000

   

Samenwerking bedrijfsleven en PPP's

16.900

7.000

0

– 3.300

3.700

   

Versterking privaat ondernemerschap non-ODA

2.794

2.200

0

0

2.200

   

Technische assistentie DGGF

10.800

8.000

0

0

8.000

               
 

Bijdragen aan agentschappen

         
   

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

42.355

36.000

0

8.700

44.700

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

International Labour Organization

5.217

5.733

0

– 604

5.129

   

Partnershipprogramma ILO

5.000

5.500

0

0

5.500

   

Landenprogramma's ondernemingsklimaat

13.000

16.150

0

– 295

15.855

   

Bedrijfsmatige technische bijstand

1.709

1.500

0

0

1.500

               

1.4

Dutch Good Growth Fund: intensivering van ontwikkelingsrelevante investeringen in en handel met ontwikkelingslanden door het Nederlandse en het lokale bedrijfsleven, met de focus op het MKB en bij uitzondering en onder condities grootbedrijf

108.500

108.500

0

– 36.500

72.000

 

Subsidies/Leningen/Garanties

         
   

programma's Dutch Good Growth Fund

108.500

108.500

0

– 36.500

72.000

               

Ontvangsten

23.126

13.126

0

0

13.126

               

1.10

Ontvangsten duurzame handel en investeringen

22 626

12.626

0

0

12.626

               

1.40

Ontvangsten DGGF

500

500

0

0

500

Verplichtingen

Op het verplichtingenbudget is er een daling te zien van EUR 154 miljoen. Deze daling wordt voornamelijk veroorzaakt door het programma DRIVE (ontwikkelingsrelevante infrastructuurprojecten) in het kader van Private Sector Development (PSD). Voor dit programma is EUR 150 miljoen minder verplichtingenbudget nodig omdat de inschrijvingsronde voor 2017 is komen te vervallen. Daarnaast is regelgeving voor de bevoorschotting van beleidsgelden aan het Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), waar het fonds is belegd, gewijzigd. In plaats van halfjaarlijkse bevoorschotting vindt nu maandelijks een afrekening plaats. Deze onbestede middelen zullen worden ingezet voor het fonds ter bestrijding van kinderarbeid en in 2018 tot uitgaven leiden.

Uitgaven

Artikel 1.1

De daling wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door achterblijvende uitgaven van het fonds voor de bestrijding van kinderarbeid (EUR 4 miljoen). Het afronden van de benodigde tender procedures kost meer tijd dan verwacht.

Artikel 1.2

De per saldo daling van de uitgaven met EUR 11 miljoen komt enerzijds doordat er minder dan verwacht (EUR 10 miljoen) is uitgegeven aan het Dutch Trade and Investment Fund (DTIF). De reden hiervoor is dat de opstartfase langer duurt. Anderzijds leidt veranderde regelgeving voor bevoorschotting van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) er toe dat een deel van de uitgaven die voorzien waren in 2017 in 2018 zullen worden gedaan. De activiteiten voor versterking van de concurrentiepositie Nederland (de «Werkplaats» EUR -3,8 miljoen) zijn bij de RvO belegd.

Artikel 1.3

De per saldo toename van het budget met EUR 30 miljoen op dit artikel wordt veroorzaakt door de Nederlandse bijdrage aan het Women Entrepreneurs Financing Initiative (WeFi) van EUR 9 miljoen en een stijging in de uitvoeringskosten aan de RVO met EUR 8,7 miljoen. Ook wordt er EUR 17,2 miljoen meer uitgegeven aan Marktontwikkeling in het kader van private sector ontwikkeling in verband met de uitvoering van een nieuwe fase van het Trade Mark East Africa en Accelerating Trade West Africa. De verhoging van de uitgaven met EUR 4 miljoen voor versterking privaat ondernemerschap worden veroorzaakt door hogere uitgaven aan onder andere PSD apps. De lagere uitgaven op infrastructuurontwikkeling met EUR 5,2 miljoen en samenwerking bedrijfsleven en Publiek Private Partnerschappen (PPP’s) met EUR 3,3 miljoen worden veroorzaakt door de nieuwe bevoorschottingssystematiek van beleidsgelden aan de RVO.

Artikel 1.4

Bij het Dutch Good Growth Fund is sprake van een verlaging van EUR 36,5 miljoen. De totale vraag op de onderdelen (1) Investeren Nederlands mkb en (3) Exporteren Nederlands mkb binnen het DGGF valt in 2017 lager uit.

Beleidsartikel 2

Beleidsartikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid en water

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Stand 1e suppletoire begrot ing 2017

(2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting 2017

(4)=(2+3)

Mutaties Miljoenennota 2017

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017

Verplichtingen

476.815

790.466

0

55.640

846.106

               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

660.072

661.579

0

8.934

670.513

   

waarvan juridisch verplicht

 

93%

   

100%

               

2.1

Toename van voedselzekerheid

347.795

347.795

0

0

347.795

               
 

Subsidies

         
   

Internationaal onderwijsprogramma voedselzekerheid

0

510

0

0

510

   

Bevorderen inclusieve en duurzame groei in de agrarische sector

73.886

71.990

0

0

71.990

   

Kennis en capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

77.013

53.795

0

0

53.795

   

Uitbannen huidige honger en voeding

21.000

22.000

0

0

22.000

               
 

Bijdragen (inter) nationale organisaties

         
   

realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

31.998

30.000

0

0

30.000

   

Landenprogramma's voedselzekerheid

143.898

169.500

0

0

169.500

               

2.2

Verbeterd waterbeheer, drinkwater en sanitatie

195.210

195.210

0

0

195.210

               
 

Subsidies

         
   

Integraal waterbeheer

32.895

32.895

0

0

32.895

   

Drinkwater en sanitatie

41.140

41.140

0

0

41.140

               
 

Bijdragen (inter) nationale organisaties

         
   

Wereldbank

10.000

10.000

0

0

10.000

   

Landenprogramma's integraal waterbeheer

64.150

64.150

0

0

64.150

   

Landenprogramma's drinkwater en sanitatie

47.025

47.025

0

0

47.025

               
               

2.3

Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen, tegengaan van klimaatverandering en vergrote weerbaarheid van de bevolking tegen onafwendbare klimaatverandering

117.067

118.574

0

8.934

127.508

               
 

Subsidies

         
   

Hernieuwbare energie

27.500

27.500

0

5.000

32.500

   

Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen en klimaat algemeen

42.008

42.333

0

4.000

46.333

               
 

Bijdragen (inter) nationale organisaties

         
   

Klimaat: algemene vrijwillige en verplichte bijdragen

18.140

18.140

0

1.000

19.140

   

GEF

20.750

20.750

0

0

20.750

   

UNEP

5.142

5.142

0

0

5.142

   

Landenprogramma's klimaatbeleid

1.795

2.406

0

– 520

1.886

   

Centrale klimaat programma's (non-ODA)

1.375

1.946

0

– 546

1.400

   

Contributie IZA/IZT

357

357

0

0

357

Verplichtingen

Om de beleidsdoelstellingen te realiseren op het speerpunt «voedselzekerheid» is het verplichtingenbudget verhoogd voor diverse voedselzekerheidsprojecten. Het betreft bijvoorbeeld een nieuwe bijdrage aan het CGIAR Research Program on Agriculture for Nutrition and Health, de Global Alliance for Improved Nutrition en aan SNV.

Uitgaven

Geen toelichting.

Beleidsartikel 3

Beleidsartikel 3 Sociale vooruitgang

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2017

(2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting 2017

(4)=(2+3)

Mutaties Miljoenennota 2017

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017

Verplichtingen

222.763

396.200

0

52.372

448.572

               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

727.524

717.148

0

11.703

728.851

   

waarvan juridisch verplicht

 

96%

   

100%

               

3.1

Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen en een halt aan de verspreiding van HIV/aids

416.784

416.784

0

16.910

433.694

               
 

Subsidies

         
   

Centrale programma's SRGR & HIV/aids

168.914

166.903

0

18.490

185.393

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

UNICEF

10.000

11.000

0

0

11.000

   

UNAIDS

18.000

18.000

0

0

18.000

   

Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis

52.000

52.000

0

3.300

55.300

   

UNFPA

65.500

68.500

0

– 8.500

60.000

   

WHO-PAHO

6.713

6.713

0

1.810

8.523

   

Partnershipprogramma WHO

11.683

11.683

0

1.810

13.493

   

Landenprogramma's SRGR & HIV/aids

83.974

81.985

0

0

81.985

               

3.2

Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

53.989

43.699

0

0

43.699

               
 

Subsidies

         
   

Vrouwenrechten en gendergelijkheid

42.289

31.739

0

0

31.739

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

UNWOMEN

7.000

7.000

0

0

7.000

   

Landenprogramma's gelijke rechten en kansen voor vrouwen

4.700

4.960

0

0

4.960

               

3.3

Versterkt maatschappelijk middenveld

221.451

221.365

0

– 8.222

213.143

               
 

Subsidies

         
   

Vakbondsmedefinancieringsprogramma

2.451

2.451

0

– 7.722

– 5.271

   

Strategische partnerschappen

219.000

218.064

0

0

218.064

   

Twinningsfaciliteit Suriname

0

850

0

– 500

350

               

3.4

Toename van het aantal goed opgeleide professionals, versterking van hoger- en beroepsonderwijsinstellingen en het bevorderen van beleidsrelevant onderzoek

35.300

35.300

0

3.015

38.315

               
 

Subsidies

         
   

Onderzoekprogramma's

3.000

3.000

0

515

3.515

   

Internationale hoger onderwijsprogramma's

32.300

32.300

0

2.500

34.800

Verplichtingen

Per saldo stijgt het budget voor verplichtingen met EUR 52 miljoen. Deze verhoging komt vooral vanwege nieuwe verplichtingen in het kader van «She Decides» (EUR 25 miljoen). Daarnaast wordt onder andere de verplichting aan The Global Fund to Fight AIDS, Tuberculosis and Malaria (GFATM) met EUR 10 miljoen verhoogd om uitvoering te geven aan de motie Van Laar van Veldhoven (Kamerstuk 34 550-XVII, nr. 29). De verplichting aan het United Nations Population Fund wordt verhoogd (EUR 3 miljoen) om uitvoering te geven aan het amendement Taveerne (Kamerstuk 34 550, nr. 16).

Uitgaven

Geen toelichting.

Beleidsartikel 4

Beleidsartikel 4 Vrede en veiligheid voor ontwikkeling

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2017

(2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting 2017

(4)=(2+3)

Mutaties Miljoenennota 2017

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017

Verplichtingen

329.990

557.743

0

165.373

723.116

               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

469.106

714.474

0

– 24.000

690.474

   

waarvan juridisch verplicht

 

71%

   

100%

               

4.1

Humanitaire hulp

220.017

220.191

0

26.000

246.191

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

UNHCR

46.000

46.000

0

0

46.000

   

Wereldvoedselprogramma

36.000

36.000

0

5.000

41.000

   

UNRWA

13.000

13.000

0

6.000

19.000

   

Noodhulpprogramma's

124.000

124.000

0

15.000

139.000

   

Noodhulpprogramma's non-ODA

1.017

1.191

0

0

1.191

               

4.3

Rechtstaatontwikkeling, wederopbouw, vredesopbouw, versterkte legitimiteit van democratische structuren en tegengaan van corruptie

191.718

333.935

0

– 50.000

283.935

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

landenprogramma's legitieme en capabele overheid

1.530

1.789

0

– 1.000

789

   

Landenprogramma's functionerende rechtsorde

79.126

98.176

0

701

98.877

   

Landenprogramma's inclusieve en politieke processen; vredesdialoog en conflictpreventie

4.500

4.500

0

2.000

6.500

   

functionerende rechtsorde

10.000

10.000

0

0

10.000

   

Inclusieve politieke processen: vredesdialoog en conflictpreventie

31.287

21.287

0

– 1.576

19.711

   

Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen

46.000

66.000

0

0

66.000

   

Legitieme en capabele overheid

19.275

19.966

0

– 125

19.841

   

Vluchtelingenopvang in de regio

0

112.217

0

– 50.000

62.217

               
               

4.4

Noodhulpfonds

57.371

160.348

0

0

160.348

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Noodhulpfonds

57.371

160.348

0

0

160.348

Verplichtingen

De per saldo verhoging van de verplichtingen met EUR 165,3 miljoen komt hoofdzakelijk door de ophoging van het budget voor humanitaire hulp. Het betreft onder meer nieuwe meerjarige verplichtingen aan het UN Central Emergency Response Fund (CERF), het Rode Kruis (ICRC) en OCHA, het UN Office for the Coordination of Humanitarian Affairs.

Uitgaven

Artikel 4.1

De uitgaven voor humanitaire hulp worden met EUR 26 miljoen verhoogd. Zo wordt er een extra bijdrage gedaan aan het United Nations Relief and Works Agency (UNRWA) van EUR 6 miljoen, het wereldvoedselprogramma van EUR 5 miljoen en een bijdrage van EUR 15 miljoen aan diverse noodhulpprogramma’s in Zuid-Soedan, Jemen, de Centraal Afrikaanse Republiek en Somalië.

Artikel 4.3

De per saldo daling van de uitgaven met EUR 50 miljoen komt doordat een deel van de middelen voor vluchtelingenopvang in de regio pas in 2018 en 2019 tot betaling komt. De verplichtingen zijn reeds aangegaan. Daarnaast wordt er EUR 2 miljoen meer uitgegeven aan landenprogramma’s in Oeganda, Rwanda en Zuid-Soedan die werken aan inclusieve politieke processen op het gebied van vredesdialoog en conflictpreventie.

Beleidsartikel 5

Beleidsartikel 5 Versterkte kaders voor ontwikkeling

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting 2017

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2017

(2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting 2017

(4)=(2+3)

Mutaties Miljoenennota 2017

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017

Verplichtingen

27.767

299.078

0

29.814

328.892

 

waarvan garantieverplichtingen

         
               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

– 107.631

145.000

75.702

22.838

243.540

   

waarvan juridisch verplicht

 

100%

   

97%

               

5.1

Versterkte multilaterale betrokkenheid

135.120

142.515

0

– 61

142.454

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

UNDP

28.000

28.000

0

0

28.000

   

UNICEF

14.000

14.000

0

0

14.000

   

UNIDO

1.950

1.950

0

– 90

1.860

   

Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen

66.358

73.753

0

0

73.753

   

Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken

6.453

6.453

0

29

6.482

   

Speciale multilaterale activiteiten

9.359

9.359

0

0

9.359

   

Assistent-deskundigen programma

9.000

9.000

0

0

9.000

               

5.2

Overig armoedebeleid

71.952

71.437

0

– 1.942

69.495

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

10.404

11.088

0

– 1.327

9.761

   

Voorlichting op het terrein van ontwikkelingssamen-werking

3.250

2.650

0

– 500

2.150

   

Schuldverlichting

52.480

52.480

0

0

52.480

   

Unesco

4.400

4.400

0

– 115

4.285

               
 

Overige

           
   

Overige

0

819

0

0

819

               

5.3

Bijdrage aan migratie en ontwikkeling

15.000

25.000

0

0

25.000

               
 

Subsidies

         
   

Migratie en ontwikkeling

5.000

5.000

0

0

5.000

               
 

Diversen

         
   

Migratie en ontwikkeling

10.000

20.000

0

0

20.000

               

5.4

Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

– 329.703

– 93.952

75.702

24.841

6.591

               
 

Ontvangsten

77.082

77.082

0

0

77.082

               

5.20

Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen

45.906

45.906

0

0

45.906

               

5.21

Ontvangsten OS

31.176

31.176

0

0

31.176

               

5.22

Koersverschillen OS

pm

pm

pm

pm

pm

               

5.23

Diverse ontvangsten non-ODA

0

0

0

0

0

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget betreft de Nederlandse bijdrage aan de International Development Association (IDA) van de Wereldbank. Omdat de bijdrage in een andere valuta dan de Euro geschiedt en daarmee koersschommelingen ontstaan is het nodig de verplichtingenraming hiervoor bij te stellen.

Uitgaven

Artikel 5.4

De totale mutatie van per saldo EUR 100,5 miljoen bestaat met name uit een BNI-bijstelling en een verlaging van de toerekening van de eerstejaars asielopvang. De BNI-bijstelling van EUR 75,7 miljoen wordt verklaard door de Macro Economische Verkenning (MEV) van het Centraal Planbureau (CPB) die is gemeld bij de Miljoenennota. Daarnaast leiden aanpassingen in met name de toerekening voor de eerstejaars asielopvang, tot een verlaging van deze uitgaven met EUR 32,8 miljoen. De mutatie van EUR 24,8 miljoen betreft een som van mutaties van ODA-middelen die binnen de HGIS in 2017 niet tot besteding zijn gekomen. De middelen worden geparkeerd op het verdeelartikel.

Naar boven