34 819 Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 tot het geleidelijk uitfaseren van de aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld

Nr. 19 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 december 2017

Bij de behandeling van het voorstel tot wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 tot het geleidelijk uitfaseren van de aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld in uw Kamer is de motie van de leden Snels en Dijkgraaf1 aangenomen. Hierin wordt het kabinet verzocht de mogelijkheden en gevolgen te onderzoeken van het beperken van de aflossingsverplichting voor hypotheken tot een restschuld van bijvoorbeeld 30% van het geleende bedrag. Op 7 december jl. heeft de vaste commissie voor Financiën mij verzocht uw Kamer te informeren over hoe het kabinet voornemens is deze motie uit te voeren.

De Staatssecretaris van Financiën zal samen met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties begin volgend jaar de mogelijkheden en gevolgen onderzoeken van het beperken van de aflossingsverplichting.

Mede namens de Staatssecretaris van Financiën,

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Kamerstukken II 2017/18, 34 819, nr. 14.

Naar boven