De vaste commissies voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene
Zaken en Huis van de Koning en voor Koninkrijksrelaties danken de regering voor het
feit dat zij na de recente grondwetswijziging zo spoedig gekomen is met een wetsvoorstel
dat de betrokkenheid van Nederlandse ingezetenen van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
bij verkiezingen van de Eerste Kamer mogelijk maakt door middel van de instelling
van kiescolleges. Zij beseffen dat dit onvermijdelijk een wat complexe structuur is
voor een beperkte maar principieel belangrijke verbetering van de democratische vertegenwoordiging.
Wel vragen zij de regering of hiermee de lichtst denkbare structuur is gekozen, zodat
de principiële verbetering niet in uitvoeringsproblemen zal stranden. De commissies
stellen een nadere toelichting terzake op prijs en zien met belangstelling uit naar
de evaluatie na de eerste toepassing van deze wet in 2019.
De leden van de PVV-fractie hebben daarnaast de volgende vragen:
Op pagina 6 van de memorie van toelichting wordt gesteld: doorslaggevend voor de regering
om een kiescollege per openbaar lichaam in te stellen is de herkenbaarheid, wat een
positieve invloed heeft op de opkomst. Kan de regering aangeven of dit motief ook
doorslaggevend is bij de organisatie van alle andere verkiezingen binnen ons Koninkrijk,
in het bijzonder ook bij raadgevende referenda, en dat het dan omwille van herkenbaarheid
en opkomst onwenselijk is om minder stembureaus in te richten, zoals bij het Oekraïne-referendum
in een aantal gemeenten het geval was?
De memorie van toelichting stelt op pagina 7 dat de gezaghebber voorzitter is van
het kiescollege en aan de beraadslagingen kan deelnemen. Vervolgens worden een aantal
zaken genoemd waartoe de gezaghebber in die hoedanigheid niet bevoegd is. De memorie
van toelichting geeft echter niet aan wat de rollen, taken en bevoegdheden zijn van
de als voorzitter aangewezen gezaghebber tijdens het deelnemen aan de beraadslagingen.
Kan de regering nader toelichten wat tijdens het deelnemen aan de beraadslagingen
door de gezaghebber wel en niet mag worden verwacht?
De vaste commissies voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene
Zaken en Huis van de Koning en voor Koninkrijksrelaties zien de memorie van antwoord
van de regering met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag zo spoedig mogelijk
na vaststelling van dit voorlopig verslag.
De voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van
Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning, Engels
De voorzitter van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties, Ganzevoort
De griffier van de vaste commissies voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van
Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning en voor Koninkrijksrelaties, Bergman