34 775 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018

Nr. 95 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 6 april 2018

De vaste commissie voor Defensie heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Defensie over de brief van 13 februari 2018 inzake het Jaarplan 2018 van de Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch gebied (Kamerstuk 34 775 X, nr. 80).

De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 5 april 2018. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie, Ten Broeke

De griffier van de commissie, De Lange

1.

Wat merkt de Kustwacht van de door Venezuela ingestelde blokkade?

Er komen minder vaartuigen uit Venezuela naar de Benedenwindse eilanden. Goederen worden vaker buiten de territoriale wateren overgeslagen van Venezolaanse schepen naar schepen die de eilanden wel kunnen aandoen.

2.

Heeft de Kustwacht in het afgelopen jaar schepen onderschept met het soort smokkelwaar waarvan Venezuela stelt dat het de reden voor de blokkade is?

Nee, de Kustwacht heeft geen goud, diamanten of mineralen bij controles aangetroffen. Het vervoer van koper en ijzer is niet illegaal en de Kustwacht heeft hier dan ook geen aanhoudingen voor verricht. Er is wel een toename in brandstofsmokkel en aan boord van vaartuigen met ongedocumenteerden worden in toenemende mate drugs en wapens aangetroffen.

3 en 4.

Op welke manier beïnvloedt de situatie in Venezuela de plannen en het optreden van de Kustwacht of op welke manier stelt de kustwacht zich hierop in?

De bewaking van de maritieme grenzen is een van de hoofdtaken van de Kustwacht. De ontwikkelingen in Venezuela vormen geen aanleiding de modus operandi aan te passen. Omdat de Kustwacht opereert op basis van intelligence gestuurd politieoptreden is de situatie wel een factor die wordt meegenomen bij het plannen van patrouilles. De communicatie met de Venezolaanse kustwacht is nog steeds goed, de patrouilles worden dan ook zoveel mogelijk afgestemd met de Kustwacht van Venezuela.

De verbeterde samenwerking met Curaçao en Aruba helpt om acties tegen illegaal transport vanuit Venezuela gezamenlijk te plannen en uit te voeren.

5 en 9.

Kunt u toelichten of er, in het specifieke geval van een arrestatie van een irreguliere migrant, knelpunten zijn in de samenwerking tussen de ketenpartners?

Bij arrestatie van een ongedocumenteerde zijn geen knelpunten. De Kustwacht draagt deze over aan het Korps Politie Curaçao of Aruba en tracht in samenspraak met de politie zoveel mogelijk relevante (opsporings-)informatie van aangehouden ongedocumenteerden te achterhalen.

6.

Kunt u toelichten hoe de aanbesteding per land momenteel geregeld is en wie er uiteindelijk de beslissing neemt?

7.

Kunt u toelichten of er meer samenwerking mogelijk is tussen de landen als het gaat om de aanbesteding van de Kustwachtmiddelen?

Het Ministerie van Defensie voert alle aanbestedingen van de Kustwacht uit conform de aanbestedingswet 2012, de EU-richtlijnen en het Handboek Verwerving Defensie. Aanbestedingen zijn niet per land geregeld. In het presidium en de Kustwachtcommissie zijn reeds alle partijen van de Landen betrokken bij de totstandkoming van het langetermijnplan en de jaarplannen van de Kustwacht waarin de behoefte wordt vastgesteld. De Rijksministerraad accordeert deze plannen.

8.

Kunt u aangeven of er plannen zijn om UAV-middelen in te zetten in het Caribisch gebied?

In het AO van 6 september 2016 heeft de Minister van Defensie een toelichting gegeven over het onderzoek naar de inzet van Remotely Piloted Aircraft Systems bij de Kustwacht (RPAS)(Kamerstuk 34 550 X, nr. 5). Onbemande systemen kunnen een meerwaarde vormen voor vooral de observatietaken van de Kustwacht, in aanvulling op de overige middelen. De onbemande systemen zijn op dit moment nog geen goede vervanging van de luchtverkenningscapaciteit. Er wordt thans gekeken naar mogelijkheden voor tactische inzet ter versterking van het omgevingsbeeld en verhoging van de veiligheid van het eigen personeel bij handhavingstaken. Er zijn echter nog geen concrete plannen om onbemande systemen structureel onderdeel te maken van de middelen van de Kustwacht.

10.

Wat houdt de versterkte inzet Venezuela in?

De situatie in Venezuela is gespannen. Dit kan gevolgen hebben voor het aantal illegale bootjes uit Venezuela. De patrouilles van de Kustwacht richten zich daarom, op basis van beschikbare informatie, specifieker op mogelijke illegale stromen vanuit Venezuela.

11.

Kunt u toelichten hoe de samenwerking tussen het Landelijk Korps Politie, KMar, RST, OM, Douane en de Kustwacht in het Fusion Center Aruba (FCA) en het Intelligence Center Curacao (ICC) verder zal worden uitgebouwd en welke actor hierin leidend zal zijn?

15.

Kunt u toelichten hoe de openbaar ministeries van de landen deze voortrekkersrol zullen gaan invullen en op welke termijn zij hiermee zullen starten?

Het fysiek «naast elkaar zitten», met elkaar meevaren (in het geval van de Kustwacht), het delen van informatie en het gezamenlijk gebruik van databases (mits juridisch mogelijk) heeft aantoonbare positieve effecten op de criminaliteitsbestrijding. De Landen zijn leidend in het faciliteren van een verdere versterking van deze initiatieven. Onderlinge samenwerking en informatiedeling («Samen Sterk») zijn essentieel voor het Intelligence Gestuurd Politieoptreden (IGP) van de Kustwacht en daarmee voor een optimale taakuitoefening.

Het Openbaar Ministerie (OM) kan deze samenwerking versterken door bestaande opsporingscapaciteit (bijvoorbeeld van het Korps Politie Aruba) meer in het maritieme domein in te zetten. Ook onderzoekt het OM te Curaçao in samenwerking met de ketenpartners of een multidisciplinair team kan worden samengesteld voor opsporingscapaciteit (bijvoorbeeld van Korps Politie Curaçao, de Douane, de Marechaussee en de Kustwacht).

Voorts vervult het OM een voortrekkersrol via het Justitieel Beleidsplan (2018–2021) en het Vierhoeksoverleg dat elk kwartaal wordt gehouden. Op tactisch niveau hebben de Officieren van Justitie structureel overleg met de Kustwacht.

12.

Kunt u aangeven wanneer de evaluatie van de gedragscode door de ketenpartners afgerond is?

De gedragscode van de ketenpartners (binnen het Ministerie van Justitie van Curaçao) moet nog worden geaccordeerd in het Centraal Georganiseerd Overleg voor Ambtenarenzaken (CGOA) van Curaçao. Daarna kan de code worden geëvalueerd. Het tijdspad is op dit moment nog niet bekend.

13.

Is de schade aan de faciliteiten van de Kustwacht op Sint Maarten als gevolg van de orkanen al hersteld? Kan de Kustwacht aldaar weer volledig functioneren? Kan al gezegd worden hoe groot het schadebedrag is?

Nee. Het is wel de verwachting dat op korte termijn kan worden gestart met de herstelwerkzaamheden voor de infrastructuur zodat ze voor de start van het nieuwe orkaanseizoen zijn voltooid. Het exacte schadebedrag is nog niet bekend.

Door het verlies van twee SuperRHIBs is de inzetbaarheid op zowel Curaçao als Aruba gedaald, omdat beide landen een van hun drie SuperRHIBs permanent hebben afgestaan aan Sint Maarten. In 2018 worden de SuperRHIBs vervangen door Metal Sharks, waarmee de totale «vloot» aan fast interceptors weer op orde is.

14.

Wat zijn de resultaten van de Kustwacht over het afgelopen jaar op de drie gestelde prioriteiten

Het afgelopen jaar is 1.502 kilogram aan drugs in beslag genomen, zijn twintig vuurwapens, inclusief een grote hoeveelheid munitie en twee handgranaten, onderschept en zijn 326 ongedocumenteerden aangehouden.

16.

Kunt u nader toelichten op welke wijze Bonaire, Curaçao en Sint Maarten onderzoeken hoe zij de 24/7 beschikbaarheid met de ketenpartners zullen realiseren?

18.

Kunt u aangeven wanneer de conclusies van het op pagina 18 van het Jaarplan bedoelde onderzoek te verwachten zijn?

Het onderzoek houdt in dat voortdurend wordt geprobeerd samengestelde bemanningen van de verschillende ketenpartners te realiseren zodat 24/7 inzet zoveel mogelijk wordt benaderd. Met de huidige formatiecapaciteit van de Kustwacht kan 24/7 beschikbaarheid alleen in nauwe samenwerking met de ketenpartners worden gerealiseerd door de bemanning van de fast interceptors samen te stellen uit het Korps Politie, de Douane en de Kustwacht.

17.

Kunt u aangeven of het op termijn de wens is om een gemeenschappelijk geautomatiseerd systeem voor informatiedeling op te zetten?

Voor de effectieve samenwerking tussen de ketenpartners is de onderlinge informatie-uitwisseling noodzakelijk. Informatiesystemen zoals ACTPOL geven daartoe een eerste aanzet en zijn in beginsel bedoeld als gemeenschappelijk geautomatiseerd systeem. Hoewel veel ketenpartners binnen ACTPOL kunnen werken, kan vanwege wetgeving nog niet alle informatie worden gedeeld, dit is wel wenselijk.

19.

Kunt u aangeven of de opleidingsduur en de duur van de aanstelling reeds zijn losgekoppeld, of dat dit vooralsnog plannen zijn?

De aanstellingen liggen vast in de respectievelijke Landsverordeningen Materieel Ambtenarenrecht (LMA). Daarom heeft de Kustwacht de betrokken ministers van de Landen verzocht de initiële opleiding los te koppelen van contractuele aanstelling. Curaçao heeft aangeven hieraan mee te willen werken en is voornemens om op korte termijn de bewuste bepaling in het voorschrift aan te passen. Sint Maarten en Aruba hebben nog niet gereageerd op het verzoek.

20.

Kunt u aangeven of u voornemens bent de knelpunten bij het formaliseren van aanstellingen weg te nemen, en zo ja, hoe gaat u dit realiseren?

Het lokale personeel van de Kustwacht heeft geen aanstelling bij de Kustwacht, maar bij het Land dat het personeel aan de Kustwacht beschikbaar stelt. Ik heb tijdens mijn bezoek aan Aruba en Curaçao bij de regeringen dan ook aangedrongen op spoedige formalisatie. Zij hebben toegezegd hier zo snel mogelijk actie op te ondernemen.

21.

Kunt u aangeven wanneer de evaluatie van de vorige opleiding afgerond is?

De evaluatie zal naar verwachting in de zomer van 2018 worden voltooid. In het najaar van 2018 start de volgende opleiding.

22.

Kunt u nader toelichten waarom de gedragscode op Aruba en Sint Maarten niet ook zoals op Curaçao ondertekend zal worden door de ketenpartners?

De gedragscode op Curaçao is een initiatief van vijf organisaties verbonden aan het Ministerie van Justitie (Korps Politie Curaçao, de Landsrecherche Curaçao, het Opleidingsinstituut Rechtshandhaving & Veiligheidszorg, NCB-Interpol Curaçao en de politievakbonden). De Kustwacht heeft zich hier bij aangesloten. Het is daarmee in beginsel een gedragscode voor de ketenpartners die opereren onder het Ministerie van Justitie van Curaçao. Het is aan Aruba en Sint Maarten om te bepalen of zij dit initiatief willen volgen.

23.

Kunt u toelichten of er knelpunten zijn in de samenwerking binnen het Koninkrijk en zo ja, hoe lost u dit op?

Het feit dat de Kustwacht een samenwerkingsverband is tussen vier landen en verschillende ministeries betekent dat er soms prioriteiten moeten worden gesteld. Omdat de Kustwacht beperkingen kent in capaciteit en financiën, vergt dit nadere afstemming. Dit wordt in de daarvoor bestemde gremia gedaan, zoals het Justitieel Vierpartijen Overleg, het Vierhoeksoverleg of het presidium van de Kustwachtcommissie. Dit verloopt naar tevredenheid.

24.

Kunt u toelichten hoe Frankrijk de Kustwacht op Sint Maarten georganiseerd heeft, specifiek gericht op de 24/7 beschikbaarheid?

Frankrijk heeft, net als de Kustwacht, een Rescue and Coordination Center dat 24/7 wordt bezet. Van daaruit worden beschikbare eenheden aangestuurd.

25 en 26.

Kunt u toelichten hoe de samenwerking met Frankrijk op Sint Maarten effectiever kan worden vormgegeven en of u voornemens bent hier actief achteraan te gaan?

De samenwerking met Frankrijk op Sint Maarten kan effectiever worden vormgegeven door aanpassing van het bestaande operationeel protocol. Op dit moment moet bijvoorbeeld 24 uur van te voren toestemming worden gevraagd om in Franse territoriale wateren (TTW) te kunnen opereren. Dit is in geval van een achtervolging niet altijd mogelijk. De Kustwacht en Defensie blijven zich hier actief voor inzetten, zowel in de bilaterale contacten met Franse autoriteiten in de Caribische regio alsook via diplomatieke kanalen vanuit Nederland. In het voorjaar van 2018 wordt hierover (en over andere grensoverschrijdende aangelegenheden tussen Sint Maarten en Saint Martin) gesproken.

Naar boven