34 682 Nationale Omgevingsvisie

Nr. 49 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 mei 2020

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister voor Milieu en Wonen, de Minister van Financiën en de Minister van Economische Zaken en Klimaat, het advies aan van de ambtelijke Studiegroep Alternatieve bekostiging ruimtelijke gebiedsontwikkeling1.

Deze studiegroep is ingesteld naar aanleiding van een overleg eind 2018 tussen de Minister-President, de Minister van BZK en de bewindspersonen van IenW met de grote steden. Hierbij is onder meer afgesproken om een gezamenlijk onderzoek te starten om instrumenten uit te werken om baten van ruimtelijke- en bereikbaarheidsinvesteringen in te zetten voor alternatieve bekostiging van gebiedsontwikkeling, inclusief bereikbaarheid (Kamerstuk 34 682, nr. 8). De Hoofdvraag aan de Studiegroep luidde: «Investeringen in ruimtelijke inrichting en bereikbaarheid leveren baten op andere terreinen op. Welke reële opties zijn er om de directe en indirecte baten die door de investeringen worden gegenereerd in te zetten om de opgaven in het ruimtelijk domein te bekostigen («ruimtelijke businessplan-benadering»)». Aan de studiegroep hebben de Ministeries van EZK, BZK, Financiën, het CPB (als onafhankelijk kennisleverancier), de G4 en gemeente Eindhoven deelgenomen.

Zoals gebruikelijk legt het kabinet de overwegingen en aanbevelingen van de studiegroep Alternatieve Bekostiging zonder nadere standpuntbepaling aan u voor.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven