34 656 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet medezeggenschap op scholen en de Wet primair onderwijs BES in verband met maatregelen voor een toekomstbestendig onderwijsaanbod in het basisonderwijs

Nr. 8 AMENDEMENT VAN HET LID BRUINS

Ontvangen 10 mei 2017

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel II, onderdeel D, onder 2, wordt «13, eerste lid, onderdeel h» vervangen door: 13, eerste lid, onderdelen b en h.

Toelichting

Het is belangrijk dat bij besluiten over de toekomst van het onderwijs de stem van direct belanghebbenden, in dit geval ouders en het personeel, goed wordt meegewogen.

In de Wet medezeggenschap op scholen (WMS) staat dat de medezeggenschapsraad een instemmingsbevoegdheid heeft bij fusies en een adviesrecht bij sluiting. Bij sluiting heeft de medezeggenschapsraad tevens een instemmingsbevoegdheid op de regeling van de gevolgen van de sluiting. Ook behoeft het bevoegd gezag voorafgaande instemming van het deel van de medezeggenschapsraad dat uit en door de ouders is gekozen, voor een besluit met betrekking tot verandering van de grondslag van de school of omzetting van de school.

Om ervoor te zorgen dat de medezeggenschap hierbij daadwerkelijk alle belanghebbenden betrekt, wordt met dit wetsvoorstel in de WMS opgenomen dat eerst de achterban moet worden geraadpleegd, voordat de medezeggenschapsraad haar instemmings- en adviesbevoegdheid bij fusie of sluiting uitoefent.

Dit amendement regelt dat ook bij omzetting van een school of verandering van de grondslag de achterban wordt geraadpleegd. Zo wordt geborgd dat ouders ook bij die ingrijpende besluiten ten volle zijn betrokken en vertegenwoordigd.

Bruins

Naar boven