Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 maart 2019
De Minister van Economische Zaken en Klimaat heeft, conform zijn toezegging tijdens
het plenaire debat gisteravond in de Tweede Kamer, een verzoek van de heer Klaver
aan mij doorgeleid (Handelingen II 2018/19, nr. 63). Het gaat om het verzoek om te
bekijken of een verhoging van de belastingvermindering in de energiebelasting (hierna:
EB) per 1 juli 2019 mogelijk is en daar uiterlijk maandag aanstaande op te reageren.
Ik wil benadrukken dat het voorstel ook op mijn sympathie kan rekenen. Ik heb dan
ook geïnventariseerd of dit op enige manier mogelijk kan worden gemaakt. Van belang
is echter dat voor het snelst mogelijke proces een aantal stappen moeten worden gezet.
Hieronder licht ik toe welke stappen dat zijn.
Om de belastingvermindering in de energiebelasting per 1 juli 2019 te verhogen, is
een aanpassing van de Wet belastingen op milieugrondslag (hierna: Wbm) nodig. Het
doen van een uitvoeringstoets door de Belastingdienst is daar een belangrijk onderdeel
van. Het is echter nu al duidelijk dat in het kader van de uitvoeringstoets er met
betrekking tot de gewenste wijziging een aantal beperkingen naar voren zal komen.
Het verhogen van de belastingvermindering in de EB lopende dit kalenderjaar vergt
bijvoorbeeld een extra rubriek op het aangifteformulier en in de systemen voor de
heffing en de teruggaven van de energiebelasting. Het gaat dus om een structuurwijziging
die voor de Wbm een doorlooptijd van minimaal zes maanden kent. Daarmee is invoering
voor het lopende belastingjaar niet haalbaar.
Daarnaast heeft een aanpassing van de belastingvermindering ook gevolgen voor de afhandeling
van verzoeken om teruggaaf van EB. De hiervoor benodigde beschikkingen (ongeveer 18.000
per jaar) moeten dan worden herzien. De Wbm kent namelijk diverse teruggaafregelingen
voor de EB, onder meer voor bepaalde ANBI’s en energie-intensieve verbruikers. Dit
zou voor de Belastingdienst tot veel extra complexiteit in de uitvoering leiden.
Ten slotte wil ik ook nog opmerken dat ik naar aanleiding van het verzoek van uw Kamer
contact heb opgenomen met Energie Nederland. Energiebedrijven kunnen technisch gezien
onder bepaalde veronderstellingen een wetswijziging, waarbij de belastingvermindering
wordt verhoogd gedurende dit kalenderjaar, doorvoeren. Maar daarbij zal gelden dat
een teruggave slechts via de eindafrekening mogelijk is. In veel gevallen, afhankelijk
van de datum van de jaarafrekening, zal dat pas in 2020 kunnen geschieden.
Gelet op het voorgaande acht ik het helaas niet haalbaar het voorstel in dit kalenderjaar
uit te voeren.
De Staatssecretaris van Financiën,
M. Snel