34 550 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2017

Nr. 33 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID AGEMA TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 19

Ontvangen 10 november 2016

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In het opschrift wordt na «2017» toegevoegd: en wijziging van de Wet langdurige zorg.

II

In de beweegreden wordt na «van het Rijk behoren» een zinsnede ingevoegd, luidende: alsook dat het noodzakelijk is de Wet langdurige zorg aan te passen ten einde bewoners van zorginrichtingen rechten terug te geven.

III

Na artikel 3 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3a

De Wet langdurige zorg wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 8.1.1. komt te luiden:

Artikel 8.1.1

  • 1. De verzekerde aan wie een zorgaanbieder zorg verleent, anders dan op grond van artikel 3.3.3, heeft er recht op dat de zorgaanbieder vóór, dan wel zo spoedig mogelijk na de aanvang van de zorgverlening een bespreking met hem organiseert teneinde afspraken te maken over:

    • a. de doelen die met betrekking tot de zorgverlening voor een bepaalde periode worden gesteld, en de wijze waarop de zorgaanbieder en de verzekerde de gestelde doelen trachten te bereiken;

    • b. de zorgverleners die voor de verschillende onderdelen van de zorgverlening verantwoordelijk zijn, de wijze waarop afstemming tussen die zorgverleners plaatsvindt, en wie de verzekerde op die afstemming kan aanspreken;

    • c. de wijze waarop de verzekerde zijn leven wenst in te richten en de ondersteuning die de verzekerde daarbij van de zorgaanbieder zal ontvangen;

    • d. de frequentie waarmee en de omstandigheden waaronder een en ander met de verzekerde zal worden geëvalueerd en geactualiseerd.

  • 2. Bij de bespreking van de onderwerpen, genoemd in het eerste lid, onder c, wordt in ieder geval aandacht besteed aan:

    • a. zeggenschap van de verzekerde over de inrichting van zijn leven, waaronder de betrokkenheid van mantelzorgers en vrijwilligers;

    • b. het recht om dagelijks te douchen, tijdige hulp bij toiletgang en het tijdig verwisselen van incontinentiemateriaal;

    • c. voldoende en gezonde voeding en drinken;

    • d. een schone en verzorgde leefruimte;

    • e. een respectvolle bejegening, passend bij de eigenheid van de verzekerde, en een veilige en aangename leefsfeer;

    • f. mogelijkheden voor de verzekerde tot het beleven van en leven overeenkomstig zijn godsdienst of levensovertuiging;

    • g. een zinvolle daginvulling en beweging;

    • h. het recht om dagelijks in de buitenlucht te verkeren;

    • i. ontwikkeling en ontplooiing van de verzekerde.

  • 3. De zorgaanbieder respecteert een weloverwogen wens van de verzekerde met betrekking tot de wijze waarop de verzekerde zijn leven wenst in te richten, tenzij dit in redelijkheid niet van hem kan worden gevergd in verband met:

    • a. beperkingen die voor de verzekerde gelden op grond van het bepaalde bij of krachtens een andere wet dan wel de lichamelijke en geestelijke mogelijkheden en beperkingen van de verzekerde;

    • b. de verplichting tot het verlenen van de zorg van een goed zorgverlener en de betrokken professionele zorgverlener daarover een andere professionele zorgverlener heeft geraadpleegd;

    • c. de rechten van andere verzekerden of een goede en ordelijke gang van zaken.

  • 4. De zorgaanbieder is in afwijking van de aanhef van het derde lid niet gehouden tot meer dan overeenkomt met de zorg waarop de verzekerde recht heeft ingevolge het indicatiebesluit, onderscheidenlijk met hetgeen door of namens de verzekerde met de zorgaanbieder is overeengekomen ter zake van de aard, inhoud en omvang van de zorg en het verblijf.

  • 5. De verzekerde heeft er voorts recht op dat de zorgaanbieder overeenkomstig de met hem gemaakte afspraken tweemaal per jaar een bespreking met hem organiseert ter evaluatie en actualisatie van de afspraken.

  • 6. De Wlz-uitvoerder en de zorgaanbieder wijzen de verzekerde, zijn vertegenwoordiger en zijn mantelzorger voorafgaand aan de bespreking, bedoeld in het eerste en vijfde lid, op de mogelijkheid voor de verzekerde om gebruik te maken van cliëntondersteuning.

  • 7. Op verzoek van de verzekerde of van zijn vertegenwoordiger betrekt de zorgaanbieder de mantelzorger of mantelzorgers bij de besprekingen.

B

In artikel 8.1.3, tweede lid, wordt «als bedoeld in artikel 8.1.1., derde lid,» vervangen door: waarin hij ingaat op de onderwerpen, bedoeld in artikel 8.1.1, eerste tot en met derde lid,.

Toelichting

Hiermee brengt indiener de rechten, zoals die in eerste instantie in de Wet langdurige zorg waren opgenomen, weer terug in deze wet. Hiermee krijgen bewoners rechten, waar ze op terug kunnen vallen en krijgen medewerkers in de zorg iets in handen om extra collega's te eisen omdat de wet deze basisrechten in de zorg nu eenmaal afdwingt.

Het gaat hierbij om zeggenschap over de inrichting van zijn leven.

De mogelijkheid om dagelijks te douchen, tijdige hulp bij toiletgang en het tijdig verwisselen van incontinentiemateriaal.

Voldoende en gezonde voeding en drinken.

Een schone en verzorgde leefruimte.

Respectvolle bejegening, passend bij de eigenheid van de verzekerde, en veilige een aangename sfeer.

Beleven van godsdienst of levensovertuiging.

Een zinvolle daginvulling en beweging.

De mogelijkheid om dagelijks in de buitenlucht te verkeren.

Ontwikkeling en ontplooiing.

Twee jaar na de inwerkingtreding van de wet, kunnen we de conclusie trekken dat het niet werkt en er is dus iets ernstig mis is als instellingen via het zorgleefplan zaken regelen zoals een plascontract en alleen douchen op zondag.

Wetstechnisch is dit amendement vormgegeven door invoeging van een nieuw artikel 3a in het begrotingswetsvoorstel. Het opschrift en de beweegreden van dit wetsvoorstel worden dan ook aangepast.

Agema

Naar boven