34 550 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2017

Nr. 138 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juni 2017

Met deze brief zend ik u het jaarverslag 2016 en het werkprogramma 2017–2018 van het Rathenau Instituut. Het Instellingsbesluit Rathenau Instituut voorziet er in dat u het jaarverslag ter kennisneming ontvangt en dat ik een reactie geef op het werkprogramma.

Reactie werkprogramma

Ik constateer dat het Rathenau Instituut de ingeslagen weg voortzet om zich te concentreren op een beperkt aantal actuele speerpunten. Van vijf spreekpunten in het vorige werkprogramma gaat het huidige programma terug naar drie:

  • vertrouwen in digitalisering;

  • de inbreng van experts en burgers in beleid en politieke besluitvorming; en

  • een toekomstbesteding kennisecosysteem.

Deze drie speerpunten liggen in het verlengde van de onderwerpen waarop eerder expertise is opgebouwd en bijdrages aan het democratisch debat zijn geleverd. Door op deze manier focus aan te brengen, heeft het instituut een duidelijk profiel en het draagt bij aan de herkenbaarheid van de onderwerpen waarop een beroep op het de expertise van het instituut kan worden gedaan.

Bij de inhoudelijke onderwerpen binnen de speerpunten is geconstateerd dat meerdere actoren deze onderwerpen op de agenda hebben staan of eerder over deze onderwerpen hebben gepubliceerd. Het Rathenau Instituut zal afstemming en samenwerking zoeken en eerdere publicaties als input gebruiken. Dat vind ik een belangrijk punt: de kunst is om vernieuwende inzichten toe te voegen aan het debat en zo de meningsvorming en besluitvorming verder te brengen.

Het Rathenau Instituut geeft aan de denkrichting te willen omdraaien: niet de focus leggen op risico’s van nieuwe ontwikkelingen maar juist het gesprek entameren over kansen voor publieke waardecreatie en de condities waaronder wetenschappelijke en technologische ontwikkelingen een positieve impact kunnen krijgen op de samenleving. Deze nieuwe «mindset» spreekt mij bijzonder aan.

Ik vind het verder van belang dat het Rathenau Instituut niet alleen binnen Nederland samenwerking zoekt met bijvoorbeeld de WRR, KNAW en AWTI maar ook in internationaal verband de krachten met zusterorganisaties bundelt. Onderwerpen als Open Science, Open Data maar ook Artificial Intelligence en Sustainable Development Goals vragen om een internationale benadering.

Ik ben er van overtuigd dat de nieuwe Kamer en een nieuw kabinet met dit werkprogramma in de komende periode aan het Rathenau Instituut een waardevolle partij hebben om het denken over de grote vraagstukken van deze tijd verder te kunnen brengen.

Verdere ontwikkelingen

Per 1 april jongstleden heb ik Gerdi Verbeet herbenoemd als voorzitter van het bestuur van het Rathenau Instituut.

Per 1 juni 2017 start de evaluatie van het Rathenau Instituut over de periode 2012 – 2016. Omdat ik gedurende een deel van 2012 voorzitter was van het bestuur, neemt de Minister de verantwoordelijkheid voor het instellen van de commissie. Jacqueline Cramer (oud Minister VROM) is bereid gevonden om voorzitter van de commissie te worden.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker

Naar boven