34 532 Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten

Nr. 46 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID DIJKGRAAF TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 39

Ontvangen 23 november 2016

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel D, wordt in het voorgestelde artikel 21b, eerste lid, in de eerste volzin na «het op het bedrijf rustende fosfaatrecht» een zinsnede ingevoegd, luidende: dat op grond van artikel 33Ab maximaal kan worden benut.

II

In artikel I wordt na onderdeel G een onderdeel ingevoegd, luidende:

Ga

In artikel 25 wordt «artikel 32» vervangen door: de artikelen 32, 32a en 33Ab.

III

In artikel I, onderdeel M, wordt het voorgestelde artikel 33Ab als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «een percentage worden vastgesteld waarmee het varkensrecht, pluimveerecht of fosfaatrecht op een in die maatregel vastgesteld tijdstip worden verlaagd» vervangen door: een percentage worden vastgesteld waarmee het op het bedrijf rustende fosfaatrecht voor een in die maatregel vastgestelde periode maximaal kan worden benut.

2. In het tweede lid wordt «het percentage waarmee het fosfaatrecht wordt verminderd» vervangen door: het percentage waarmee het op het bedrijf rustende fosfaatrecht voor een in die maatregel vastgestelde periode maximaal kan worden benut.

3. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

• 3. Het percentage van het fosfaatrecht dat op grond van het eerste en tweede lid niet kan worden benut, kan niet overgaan naar een ander bedrijf.

• 4. Het derde lid is niet van toepassing bij een overdracht als bedoeld in artikel 32a, tweede lid, onderdelen a en b. Het percentage en de periode, bedoeld in het eerste lid, zijn van toepassing op het bedrijf waaraan het fosfaatrecht wordt overgedragen.

Toelichting

De indiener is van mening dat, indien de generieke korting doorgezet wordt, de voorgestelde korting ook zodanig uitgevoerd kan worden dat het recht dat op een bedrijf rust gehandhaafd kan worden. Dat vermindert de impact ervan. Hij stelt voor om niet te korten op het fosfaatrecht, maar om de mogelijkheid om het fosfaatrecht te benutten voor een bepaalde periode te beperken. Dit tijdelijk niet te benutten fosfaatrecht is niet verhandelbaar (voorgestelde artikel 33Ab, derde lid). De indiener stelt verder voor om varkens- en pluimveerechten buiten schot te houden, omdat de betreffende sectoren nauwelijks bijgedragen hebben aan de groei van de nationale fosfaatproductie in de afgelopen jaren.

Dijkgraaf