34 510 EU-voorstel: Mededeling inzake hormoonontregelaars en de ontwerphandelingen van de Commissie tot vaststelling van wetenschappelijke criteria voor de identificatie daarvan in het kader van de EU-wetgeving betreffende gewasbeschermingsmiddelen en biociden COM (2016) 350

Nr. 4 BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Den Haag, 22 september 2016

Hierbij meld ik u dat de vaste commissie voor Economische Zaken heeft geadviseerd het parlementair behandelvoorbehoud, zoals vastgelegd bij het EU-voorstel: Mededeling inzake hormoonontregelaars en de ontwerphandelingen van de Commissie tot vaststelling van wetenschappelijke criteria voor de identificatie daarvan in het kader van de EU-wetgeving betreffende gewasbeschermingsmiddelen en biociden COM (2016) 350, met de volgende afspraken formeel te beëindigen:

De Staatssecretaris van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu informeren de Kamer in de geannoteerde agenda’s van de Landbouw- en Visserijraad en de Milieuraad over de bespreking van de voorstellen in de betreffende raden, over de Nederlandse inzet en het verloop van de besluitvormingsprocedures tot vaststelling van de uitvoeringsregels en steeds op het moment dat er stappen worden gezet.

De Kamer zal tijdig over de onderhandelingen worden geïnformeerd, zodat de Kamer in staat wordt gesteld de inzet te bespreken voordat de onderhandelingen in een beslissende of afrondende fase zijn.

De vastgestelde afspraken zijn in bijgaande conceptbrief aan de regering vastgelegd1.

Namens de vaste commissie voor Europese Zaken verzoek ik u dit advies en de bijgaande conceptbrief ter besluitvorming aan de Tweede Kamer voor te leggen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Azmani


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven