34 479 Wijziging van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het verbeteren van het functioneren van verenigingen van eigenaars (Wet verbetering functioneren verenigingen van eigenaars)

Nr. 16 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 februari 2017

Op 16 februari 2017 heeft de resterende termijn van de behandeling van het wetsvoorstel «Verbetering functioneren Verenigingen van Eigenaars (VvE’s)» (Kamerstuk 34 479) plaatsgevonden (Handelingen II 2016/17, nr. 54, debat functioneren verenigingen van eigenaars). De heer Ronnes heeft naar aanleiding daarvan een nader gewijzigd amendement ingediend, ter vervanging van Kamerstuk 34 479, nr. 13 (Kamerstuk 34 479, nr. 15).

Mede namens de Minister van Veiligheid en Justitie geef ik hierbij mijn advies over dit amendement.

Het amendement beoogt dat storting van geld op een bankrekening van de VvE de nieuwe norm wordt voor VvE’s die uitsluitend of gedeeltelijk uit woningen bestaan. Dit sluit aan bij het meest recente modelreglement en ook bij de bestaande praktijk van de meeste VvE’s. Tegelijkertijd geeft het amendement aan dat kleinere VvE’s en verhuurders niet onnodig moeten worden belast met deze verplichting. Om die reden biedt het amendement de mogelijkheid om in twee gevallen van de hoofdregel om te storten te kunnen afwijken:

  • a. indien bij reglement of bij besluit van de vergadering van eigenaars met een meerderheid van viervijfde hiertoe wordt besloten,

  • b. of als een bankgarantie wordt afgegeven.

Ik constateer dat het amendement een goed evenwicht biedt tussen de belangen van de verschillende partijen die binnen de VvE actief kunnen zijn.

Ik laat het oordeel van dit amendement daarom over aan de Tweede Kamer.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven