34 399 Wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met de elektronische zorgpolis

Nr. 8 NADER VERSLAG

Vastgesteld 27 oktober 2016

In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, belast met het voorbereidend onderzoek van voorliggend wetsvoorstel, bestond er bij enkele fracties behoefte naar aanleiding van de nota naar aanleiding van het verslag nog een aantal vragen en opmerkingen voor reactie aan de regering voor te leggen.

Onder het voorbehoud dat deze afdoende door de regering worden beantwoord acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie, Lodders

De griffier van de commissie, Teunissen

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de nota naar aanleiding van het verslag behorende bij het wetsvoorstel tot wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met de elektronische zorgpolis. Naar aanleiding van deze nota hebben zij nog enkele vragen.

Uit de nota naar aanleiding van het verslag blijkt dat in de praktijk de polisvoorwaarden meestal al digitaal worden aangeboden door de zorgverzekeraars. Ook is er een aantal verzekeraars dat de zorgpolis op dit moment digitaal verstuurt, maar 73% van de zorgpolissen werd tijdens indiening van dit wetsvoorstel nog verstuurd per post. De leden van de VVD-fractie vragen de regering of zij inzicht kan bieden in de verhouding digitale en papieren zorgpolissen voor het jaar 2016 als gemiddelde van alle zorgverzekeraars, en per individuele zorgverzekeraar. Tevens zouden zij graag inzicht willen krijgen in de ontwikkeling rond het verstrekken van een digitale zorgpolis in de afgelopen jaren. Kan in dat overzicht ook inzicht gegeven worden in de communicatie-inspanningen die de verschillende verzekeraars hebben gedaan om hun verzekeringnemers te verleiden te kiezen voor een digitale polis?

De leden van de VVD-fractie constateren dat de besparing die met behulp van dit wetsvoorstel gerealiseerd kan worden gerelateerd wordt aan het aantal papieren polissen dat momenteel nog wordt verstrekt. Kan de regering die berekening aanpassen op basis van het aantal papieren polissen dat in 2016 is verstrekt? Kan de regering ook een prognose geven met betrekking tot het besparingspotentieel als de trend in afname aan papieren polissen over de afgelopen 5 jaar wordt geëxtrapoleerd naar de komende 5 jaren?

De leden van de VVD-fractie stellen dat uit de beantwoording blijkt dat een groot deel van de mensen in Nederland digitaal vaardig is, en internet gebruikt om bijvoorbeeld te mailen, te telebankieren of online te winkelen. Er blijft echter een deel van de bevolking bestaan dat minder digitaal vaardig is, en waarschijnlijk niet in staat is deze diensten te gebruiken.

Hoewel in het wetsvoorstel expliciet is opgenomen dat het voor een verzekeringnemer mogelijk moet blijven kosteloos een papieren zorgpolis te ontvangen, hebben deze leden zorgen over de communicatie richting verzekeringnemers. Uit de beantwoording blijkt dat het in eerste instantie de verantwoordelijkheid van zorgverzekeraars is hun verzekeringnemers te informeren, bijvoorbeeld door middel van een nieuwsbrief, een app, de mijn-omgeving of (digitale) polisvoorwaarden. De groep mensen die digitaal minder vaardig is zal deze instrumenten echter nauwelijks (kunnen) gebruiken. Deze leden vragen de regering daarom welke mogelijkheden er zijn verzekeringnemers, bijvoorbeeld na het niet reageren op digitale communicatie van de verzekeraar, alsnog te informeren over de wijzigingen en mogelijkheden per post. Welke mogelijkheden zijn er volgens de zorgverzekeraars om mensen via andere wegen te informeren, bijvoorbeeld via commercials op radio en televisie? Heeft de regering inmiddels meer duidelijkheid op welke wijze zorgverzekeraars hun communicatiemiddelen zullen inzetten, zodat verzekeringnemers optimaal geïnformeerd worden? Hoe wordt geborgd dat iedere verzekeringsnemer weet dat de polis vanaf de ingangsdatum van de wet digitaal beschikbaar is in plaats van op papier? Kan de regering in de beantwoording gebruik maken van ervaringen bij andere organisaties die een verandering hebben doorgevoerd van primair op papier communiceren naar primair digitaal communiceren, zoals de belastingdienst?

De leden van de SP-fractie hebben met zorg kennisgenomen van de nota naar aanleiding van het verslag betreffende het wetsvoorstel Wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met de elektronische zorgpolis. Deze leden missen antwoorden op diverse vragen gesteld in het verslag. Bovendien tonen de antwoorden die wel gegeven zijn op de vragen van de diverse fracties, naar de mening van deze leden aan dat een goede onderbouwing van het voorstel ontbreekt. Of er überhaupt sprake is van een kostenbesparing, en of die ten goede komt aan de premiebetaler, is hoogst onzeker. Daarnaast constateren deze leden dat er geen deugdelijk onderzoek is gedaan naar het draagvlak voor een dergelijke maatregel, dan wel de gevolgen ervan voor de miljoenen mensen die onvoldoende digitale, lees- of rekenvaardigheden hebben. Deze leden vragen de regering andermaal inhoudelijk te reageren op de rapporten «De burger kan het niet alleen» en «De burger gaat digitaal». Hoe ziet de regering het huidige wetsvoorstel in relatie tot de genoemde rapporten? Hoe gaat de regering vervolg geven aan de bevindingen, conclusies en aanbevelingen? Deze leden hechten eraan nogmaals te benadrukken dat zij vrezen dat de toegang tot zorg met het voorliggende wetsvoorstel verder onder druk komt te staan.

De leden van de SP-fractie vragen, gelet op het ontbreken van draagvlak en noodzaak, wie er eigenlijk wel op vooruit gaat met het voorliggende voorstel. Gelet op de beantwoording van de vragen over de uitvoerbaarheid, verwachten deze leden dat er met het wetsvoorstel een toenemende vraag komt naar zogeheten «gekwalificeerde certificaten». Zijn de hiermee gemoeide kosten meegenomen in de verwachte besparing? Hoeveel bedragen de kosten voor deze certificaten naar verwachting? Welke «speciale instanties» geven deze gekwalificeerde certificaten uit? Zijn dit publieke of private partijen en indien dat laatste het geval is, hebben zij een winstoogmerk? Is de software die nodig is voor het vervaardigen en controleren van dergelijke certificaten al beschikbaar? Hoeveel zullen de kosten voor ICT naar verwachting stijgen, indien het voorliggende voorstel wordt aangenomen? Welke bedrijven leveren de certificaten en/of software, en zijn zij op wat voor manier dan ook betrokken bij de totstandkoming van het voorliggende voorstel? Zijn zij geconsulteerd, of hebben zij (eventueel in georganiseerd verband) gelobbyd voor deze wet? Zo ja, wat is er met hun inbreng gedaan? Deze leden verwachten een uitgebreide beantwoording van de gestelde vragen en geuite zorgen.

Naar boven