34 352 Uitvoering en evaluatie Participatiewet

Nr. 98 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 maart 2018

Te veel mensen met een arbeidsbeperking staan nu nog aan de kant. En jaarlijks wil een nieuwe groep mensen met een arbeidsbeperking graag aan de slag. Het kabinet heeft de ambitie dat mensen met arbeidsbeperkingen zoveel mogelijk aan het werk komen. Werk biedt bestaanszekerheid voor mensen, ook voor mensen met een arbeidsbeperking. Werk is de beste remedie tegen armoede, schulden en sociale uitsluiting. Werk levert sociale contacten op en ook kansen op persoonlijke ontwikkeling. En werk hangt positief samen met gezondheid en geluk.

De vorige kabinetsperiode is in samenspraak met alle betrokken partijen (sociale partners, gemeenten, cliëntenorganisaties) beleid ingezet om meer mensen met een arbeidsbeperking aan werk te helpen. We zijn het er allemaal over eens dat we een inclusieve arbeidsmarkt willen waarin mensen met en zonder arbeidsbeperking mee kunnen doen, naargelang van hun mogelijkheden. Het kabinet wil dit beleid voortzetten en waar nodig een nieuwe impuls geven.

In het Regeerakkoord is daartoe aangekondigd dat het instrument loonkostensubsidie in de Participatiewet wordt vervangen door loondispensatie, zoals we dit nu al kennen in de Wajong. Voor werkgevers betekent dit meer eenduidigheid en eenvoud, waardoor zij eerder bereid zullen zijn mensen met een beperking in dienst te nemen. Het geld dat hierdoor vrijvalt, wordt ingezet om meer mensen met een beperking te ondersteunen richting werk. Met de maatregelen wordt dus beoogd om een extra impuls te geven aan de arbeidsdeelname van mensen met een arbeidsbeperking en belemmeringen voor arbeidsdeelname weg te nemen. Daarbij is geen sprake van een bezuiniging, maar van andere aanwending van financiële middelen.

Op 14 december jl. heb ik uw Kamer een contourenbrief gestuurd over het voornemen om loondispensatie in te voeren in de Participatiewet (Kamerstuk 34 352, nr. 77). Hierin heb ik de afspraken uit het Regeerakkoord verduidelijkt om verkeerde beelden over de uitwerking van deze maatregel weg te nemen. Zo heb ik onder andere aangegeven dat (meer) werken moet lonen en dat ik bij loondispensatie koers op een aanvulling tot minimumloonniveau. Bij de begrotingsbehandeling van SZW heb ik de Kamer vervolgens toegezegd in overleg te gaan met betrokken partijen en de Kamer in het eerste kwartaal van 2018 met een hoofdlijnennotitie te informeren over de verdere uitwerking van de plannen. Tijdens de begrotingsbehandeling heeft uw Kamer gevraagd om in deze brief ook mijn eerste denkrichting over de invulling van beschut werk mee te nemen. Bijgevoegde hoofdlijnennotitie voorziet hierin1.

Graag bespreek ik deze notitie met uw Kamer. Ik bied uw Kamer ook graag de mogelijkheid van een technische briefing over het voorstel. Het kabinet is voornemens om de hoofdlijnen vervolgens nader uit te werken in een wetsvoorstel dat, zoals gebruikelijk, voor een uitvoeringstoets wordt voorgelegd aan de betrokken instanties. Het wetsvoorstel zal naar verwachting na de zomer bij uw Kamer worden ingediend. Op deze wijze kan een goed debat worden gevoerd. Ik hecht hierbij zeer aan een ordelijk proces, waarbij alle betrokken partijen tijdig hun inbreng kunnen leveren.

Ik zal u gelijktijdig met de indiening van het wetsvoorstel loondispensatie informeren over de uitwerking die mij voor ogen staat met betrekking tot de extra middelen voor ondersteuning aan mensen richting (beschut) werk.

Uiteindelijk staat voor mij het belang centraal dat de kansen op werk voor mensen met een arbeidsbeperking worden vergroot.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, T. van Ark


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven