34 325 Voorstel van wet van het lid Karabulut tot wijziging van de Participatiewet en enkele andere wetten in verband met de invoering van een verdringingstoets (Wet verdringingstoets)

H VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 2 maart 2020

De leden van de toenmalige vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid besloten op 5 februari 2019, mede naar aanleiding van schriftelijk overleg¹ over uitstel van de realisatie van kwantitatieve onderbouwing van de omvang van de verdringing op de arbeidsmarkt, de Voorzitter en het College van Senioren van de Eerste Kamer te adviseren om de hervatting van de plenaire behandeling van het initiatiefvoorstel-Karabulut Wet verdringingstoets² uit te stellen met dien verstande dat de plenaire behandeling zou worden hervat één maand na publicatie van de evaluatie van de Participatiewet.

De eindevaluatie van de Participatiewet is op 21 november 2019 ontvangen.³

Naar aanleiding hiervan is op 29 januari 2020 een brief gestuurd aan mevrouw Karabulut.

Zij heeft op 28 februari 2020 gereageerd.

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid⁴ brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan het Tweede Kamerlid Karabulut

Den Haag, 29 januari 2020

De leden van de toenmalige vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid besloten op 5 februari 2019, mede naar aanleiding van schriftelijk overleg⁵ over uitstel van de realisatie van kwantitatieve onderbouwing van de omvang van de verdringing op de arbeidsmarkt, de Voorzitter en het College van Senioren van de Eerste Kamer te adviseren om de hervatting van de plenaire behandeling van het initiatiefvoorstel-Karabulut Wet verdringingstoets⁶ uit te stellen met dien verstande dat de plenaire behandeling zou worden hervat één maand na publicatie van de evaluatie van de Participatiewet.

De eindevaluatie van de Participatiewet is op 21 november 2019 ontvangen.⁷ Graag vernemen de leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid uiterlijk binnen vier weken of de langere monitoring van de werking van de Participatiewet, alsmede de eindevaluatie van de Participatiewet het beschikbaar komen van kwantitatieve gegevens ten aanzien van de omvang van de verdringing inmiddels mogelijk heeft gemaakt. De leden verzoeken u actuele gegevens aan deze Kamer beschikbaar te stellen, wanneer u daar over beschikt.

Begin maart zullen de leden van de commissie de Voorzitter adviseren op welke termijn de plenaire behandeling van het wetsvoorstel kan worden hervat.

De voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, E.M. Sent

BRIEF VAN HET TWEEDE KAMERLID KARABULUT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 februari 2020

In antwoord op uw brief dd. 29 januari 2020 met kenmerk 160916.08u inzake hervatting plenaire behandeling initiatiefvoorstel-Karabulut Wet verdringingstoets, het volgende.

Ik heb eerder verzocht de behandeling van de Wet verdringingstoets aan te houden tot de eindevaluatie van de Participatiewet van het Sociaal Cultureel Planbureau. De eindevaluatie van de Participatiewet heeft interessante informatie opgeleverd en concludeert onder andere dat er veel verschillen tussen gemeenten zijn betreffende de uitvoering van de tegenprestatie en dat verplichtingen en financiële prikkels nauwelijks blijken samen te hangen met minder uitkeringsafhankelijkheid.

Helaas heeft de eindevaluatie weinig specifieke informatie betreffende verdringing opgeleverd. Daarom ben ik als indiener van de Wet verdringingstoets naar aanleiding van de vragen van uw Kamer op zoek gegaan naar nadere (kwantitatieve) informatie over verdringing.

Graag informeer ik u dat overleg met de FNV heeft geresulteerd in een onderzoeksopzet. De basis van het door het FNV geleide onderzoek is een kwantitatieve analyse naar verdwenen banen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Hiervoor is een zogenoemd maatwerkverzoek gedaan bij het CBS. De uitkomsten hiervan zullen verrijkt worden met (kwalitatieve) data.

Het betreffende onderzoek stuur ik uiteraard zo spoedig mogelijk naar uw Kamer.

Graag vraag ik u in het licht van bovengenoemd nieuw onderzoek om de behandeling nog enige maanden uit te stellen, tot uiterlijk deze zomer. Ik hoop met de gegevens uit het betreffende onderzoek uw Kamer beter van antwoorden te kunnen voorzien.

Graag wil ik uw Kamer meegeven dat verdringing geen makkelijk te onderzoeken onderwerp is; het CBS heeft geen standaardgegevens hierover beschikbaar, ruwe CBS data is slechts zeer beperkt aanwezig, op gemeentelijk niveau zijn amper gegevens over het onderwerp inzichtelijk, laat staan dat deze zich op landelijk niveau laten aggregeren. Daarom vraag ik graag uw begrip voor mijn verzoek tot nader uitstel om de moeilijk te beantwoorden vragen van uw Kamer zo goed als mogelijk te kunnen onderzoeken.

Ik van mijn kant zal proberen zo veel mogelijk vaart achter het onderzoek te zetten en dank u voor uw geduld tot dusver.

Tweede Kamerlid, Sadet Karabulut

---

1 Kamerstukken I 2018/2019, 34 325, G.

2 Kamerstukken I 2016/2017, 34 325, A.

3 Kamerstukken I 2019/2020, 34 352, I.

4 Samenstelling:

Kox (SP), Essers (CDA), Koffeman (PvdD), Ester (CU), Sent (PvdA) (voorzitter), Van Strien (PVV), N.J.J. van Kesteren (CDA), Nooren (PvdA), Oomen-Ruijten (CDA), Schalk (SGP), Stienen (D66), De Bruijn-Wezeman (VVD), A.J.M. van Kesteren (PVV), Van Rooijen (50PLUS), Wever (VVD) (ondervoorzitter), Ballekom (VVD), Geerdink (VVD), Gerbrandy (OSF), Van Gurp (GL), Van der Linden (FVD), Moonen (D66), Nanninga (FVD), Van Pareren (FVD), Pouw-Verweij (FVD), Rosenmöller (GL), Vendrik (GL), De Vries (Fractie-Otten).

5 Kamerstukken I 2018/2019, 34 325, G.

6 Kamerstukken I 2016/2017, 34 325, A.

7 Kamerstukken I 2019/2020, 34 352, I.