34 321 Wijziging van de Wet privatisering ABP in verband met enkele technische wijzigingen, een mogelijkheid om voor het nettopensioen af te wijken van de verplichte deelneming in de Stichting Pensioenfonds ABP en een keuzeoptie voor sociale partners ten aanzien van de indexatiewijze voor ingegane pensioenen en bestaande uitzichten op pensioen

A BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 november 2015

Sociale partners zijn in vervolg op de loonruimte-overeenkomst publieke sector in de zogenaamde Pensioenkamer overeengekomen om vanaf 1 januari 2016 de pensioenen van ABP te indexeren op basis van prijsontwikkeling. Om dit besluit te faciliteren is aanpassing van de Wet Privatisering ABP (WPA) nodig. In de huidige WPA staat nog dat de vóór 1996 opgebouwde pensioenrechten op basis van de loonontwikkeling worden geïndexeerd. Middels dit wetsvoorstel wordt het mogelijk conform de afspraken zoals gemaakt in de Pensioenkamer van 3 september 2015 om over te gaan op prijsindexatie in plaats van loonindexatie voor bestaande pensioenen en bestaande aanspraken.

Het wetsvoorstel ligt thans ter besluitvorming in de Tweede Kamer. Naar verwachting is behandeling in de Tweede Kamer eind november afgerond. Om de wijziging in de pensioenovereenkomst te kunnen effectueren is het van belang dat het wetgevingsproces voor 1 januari 2016 wordt afgerond. Het ABP-bestuur heeft mij met bijgevoegde brief1 verzocht om, voor zover dit binnen mijn mogelijkheden ligt, het wetgevingsproces te bespoedigen. Langs deze weg zou ik u daarom willen verzoeken om zo mogelijk het wetsvoorstel nog voor het kerstreces in de Eerste Kamer te behandelen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk


X Noot
1

Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffie nr. 158254.

Naar boven