Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 31 augustus 2016
De Vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft mij op 30 mei jl. gevraagd naar
aanleiding van het bericht «Psychische begeleiding Van der Graaf was verkooppraatje»
opheldering te geven over bandopnames gemaakt door Volkert van der G. (Van der G.)
tijdens de gesprekken met het Openbaar Ministerie over de opgelegde psychische begeleiding.
Ik zal in deze brief eerst ingaan op het heimelijk opnemen van gesprekken, waarna
ik de in de media verschenen citaten zal bespreken.
Bandopnames
In maart 2016 is de Centrale Voorziening voorwaardelijke invrijheidstelling (CVv.i.)
van het ressortsparket ermee bekend geworden dat Van der G. heimelijk evaluatiegesprekken
met het CVv.i. heeft opgenomen. Dit gedrag is tijdens een later evaluatiegesprek met
Van der G. besproken en Van der G. is verzocht om een gegevensdrager met de geluidsopnames
van de door hem opgenomen gesprekken aan het Openbaar Ministerie te verstrekken. Aan
dit verzoek heeft Van der G. gedeeltelijk voldaan. Van der G. heeft namelijk een aantal
(fragmenten) van de opgenomen gesprekken aan het Openbaar Ministerie overgelegd. Hierbij
is van belang dat er geen juridische grondslag bestaat op grond waarvan Van der G.
verplicht kan worden de overige opnames over te leggen.
De CVv.i. heeft onderzocht of Van der G. zich met het heimelijk opnemen van de gesprekken
schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit. Dat is volgens het CVv.i. niet het
geval. Het heimelijk opnemen in de hoedanigheid van deelnemer aan een gesprek is namelijk niet strafbaar, zo heeft het CVv.i.
mij medegedeeld.
Citaten
Op 9 mei 2016 heeft bij het Gerechtshof Den Haag een spoedappel gediend over de aan
Van der G. opgelegde voorwaarde zich verplicht te laten begeleiden door een psycholoog.
Ten behoeve van dit appel heeft Van der G. stukken in het geding gebracht waarvan
hij heeft gesteld dat dit transcripties zijn van door hem opgenomen gesprekken met
een drietal advocaten-generaal. Naar aanleiding van deze zitting heeft De Volkskrant
op 10 mei jl.1 een artikel geplaatst waarin een drietal citaten uit voormelde transcripties zijn
opgenomen. Onder verwijzing naar De Volkskrant heeft de NOS op diezelfde dag het artikel
«Psychische begeleiding Van der Graaf was verkooppraatje» gepubliceerd waaraan de
Vaste commissie voor Veiligheid en Justitie refereert.2
Ik hecht eraan in dit kader voorop te stellen dat het Openbaar Ministerie slechts
beschikt over (gedeeltes van) enkele van de door Van der G. heimelijk gemaakte geluidsopnamen.
De juistheid en volledigheid van de transcripten is om die reden niet vast te stellen.
Dit is niet anders indien wordt uitgegaan van een juiste weergave van de opgenomen
gesprekken, aangezien op basis van uitsluitend de aan de advocaten-generaal toegeschreven
citaten niet duidelijk is in welke context de uitspraken zijn gedaan. Desondanks heeft
het Openbaar Ministerie getracht de citaten te duiden. Dit heeft zij gedaan door de
door Van der G. verstrekte opnames en transcripten, de door de CVv.i. opgestelde verslagen
van evaluatiegesprekken en de herinneringen van de betrokken advocaten-generaal te
combineren en te bestuderen. Het Openbaar Ministerie heeft mij in dit verband bericht
dat niet is gebleken dat de advocaten-generaal uitlatingen hebben gedaan waaruit afgeleid
kan worden dat zij van mening zijn dat de aan Van der G. opgelegde voorwaarde inzake
psychische begeleiding geen waarde (meer) zou hebben, of dat deze voorwaarde is opgelegd
als een «verkooppraatje».
De Minister van Veiligheid en Justitie,
G.A. van der Steur