34 300 V Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2016

Nr. 6 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 9 oktober 2015

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief van 21 augustus 2015 inzake de reactie op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken inzake de deal van de P3+3 en Iran over het nucleaire programma (Kamerstuk 34 000 V, nr. 79).

De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 6 oktober 2015. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie, Eijsink

De griffier van de commissie, Van Toor

1

Onderschrijft u de samenvatting van de Iraanse staatsmedia over het akkoord? En zo neen, hoe verschilt de samenvatting van de Nederlandse regering?

(http://www.irna.ir/en/News/81683263/%5d)

Er zijn tijdens de onderhandelingen over het nucleaire akkoord compromissen gesloten, zie ook de kabinetsappreciatie van het akkoord (Kamerstuk 34 000-V, nr. 79). Het Joint Comprehensive Plan Of Action (JCPOA) is bovendien een zeer lijvig document: inclusief bijlages beslaat het document zo’n 159 pagina’s. Het is dus voorstelbaar dat Iran in zijn samenvatting van het akkoord bepaalde afspraken zal benadrukken over andere. Hoewel er dus waarschijnlijk accentverschillen zullen zijn tussen de verschillende samenvattingen van het akkoord en de politieke duiding die partijen eraan geven, is het van belang dat er in deze samenvattingen geen feitelijke onjuistheden worden genoemd en dat Iran zich aan alle afspraken uit het akkoord houdt.

2

Deelt u de vrees dat het akkoord de komende vijf jaar de conventionele slagkracht van Iran kan versterken om na vijf jaar hetzelfde te doen met de niet-conventionele slagkracht?

De restricties met betrekking tot de levering van conventionele wapens (voor 5 jaar) en ballistische wapens (voor 8 jaar) zijn helder vastgelegd in VN-Veiligheidsraad (VNVR) resolutie 2231. De levering van wapens aan Iran hieronder is in principe verboden, uitzonderingen kunnen alleen op individuele basis gemaakt worden na toestemming van de VNVR. Dit is dus een zware ontheffingsconstructie: elk permanent lid van de VNVR kan een aanvraag hiertoe immers vetoën.

Wat betreft de niet-conventionele slachtkracht voorziet het akkoord voor de komende 15 jaar juist in een drastische inperking van het nucleaire programma, door zowel beperking van uraniumverrijking als plutoniumproductie, zodat de wegen naar een Iraans kernwapen worden afgesneden.

3

Draagt dit akkoord bij aan de ontwapeningsambitie van de Nederlandse regering? Of is hier eerder sprake van wapenbeheersing dan van ontwapening?

Dit akkoord toont het belang en de kracht van de multilaterale diplomatie aan op het gebied van non-proliferatie. Het akkoord beoogt Iran terug te brengen tot een staat in volledige naleving van het Non-proliferatieverdrag (NPV), waardoor ook dit verdrag versterkt wordt. Het is daarmee een steun in de rug voor de Nederlandse beleidsinzet op het gebied van non-proliferatie, zoals beschreven in de beleidsbrief nucleaire ontwapening en non-proliferatie (Kamerstuk 33 783, nr. 1).

4

Brengt dit akkoord, gezien de Iraanse ambitie om regionaal hegemoon te worden, de Iraanse regionale ambitie in de ogen van de Nederlandse regering dichterbij? Zo neen, waarom niet?

Het akkoord perkt het nucleaire programma van Iran drastisch in en snijdt daarmee de wegen naar een Iraans kernwapen af. Deze stap voorkomt dat Iran een nucleaire macht in het Midden-Oosten wordt. Het is nog te vroeg om te zeggen wat het effect zal zijn van het akkoord op de Iraanse regionale ambities. Wel heb ik tijdens mijn bezoek aan Iran bij de Iraanse gesprekspartners benadrukt dat het nucleaire akkoord een overwinning van de multilaterale diplomatie is en als voorbeeld kan dienen om de uitdagingen in de regio het hoofd te bieden.

5

Deelt u de overtuiging dat het nu zaak is om als Westen geloofwaardig te blijven en iedere schending van dit akkoord door de Iraniërs resoluut te bestraffen?

Het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) zal door middel van vergaande verificatiemethoden strikt toezien op de naleving van het akkoord door Iran. Ook zijn afspraken uit het akkoord over het geschillenbeslechtingsmechanisme – dat in werking treedt als Iran de afspraken uit het akkoord niet uitvoert – helder. In het geval van significante niet-naleving door Iran zullen de sancties door middel van het «snapback» mechanisme opnieuw worden ingesteld. Het kabinet is van mening dat dit een adequaat mechanisme is.

6

Hoe groot is de kans dat Iran nucleaire kennis deelt met bevriende schurkenstaten of proxies als Hezbollah? Beschikt Iran over kennis die die overdraagbaar is aan dergelijke spelers? En in welke mate kan de internationale gemeenschap erop toezien dat schurkenstaten en proxies niet profiteren van Iraanse nucleaire kennis?

Het is niet toegestaan dat Iran, als partij bij het NPV, proliferatiegevoelige kennis en technologieën overdraagt aan andere landen of niet-statelijke actoren. Het JCPOA versterkt de monitoring en verificatie van het Iraanse nucleaire programma door het IAEA. Het is desondanks niet uit te sluiten dat de nucleaire kennis van Iran overdraagbaar zou kunnen zijn. Echter, gezien het feit dat er voor het opzetten van een nucleair programma hoogwaardige infrastructuur en hoge investeringen nodig zijn, is het onwaarschijnlijk dat niet-statelijke actoren als Hezollah dit zouden kunnen ontwikkelen.

7

Kan Iran met de huidige nucleaire kennis een EMP-bom produceren dan wel de kennis over de productie hiervan overdragen?

Het IAEA stelt sinds 2011 dat het niet kan vaststellen dat het Iraanse nucleaire programma volledig vreedzaam van aard is. Iran en het IAEA hebben op 14 juli jl. een roadmap ondertekend om te komen tot opheldering over de openstaande vragen van het IAEA over de mogelijk militaire dimensie (PMD) van het nucleaire programma. Het kabinet acht het onverstandig vooruit te lopen op de afronding van dat onderzoek.

8

Klopt het dat als het Internationaal Atoom Energie Agentschap (IAEA) onbekend nucleair materiaal vermoedt op een locatie, Iran ervoor kan zorgen dat het IAEA daar veertien dagen lang niet bij kan? Zo neen, hoeveel dagen krijgt het Iraanse bewind wel?

In het JCPOA is afgesproken dat Iran het Additioneel Protocol (AP) bij zijn Safeguards Agreement provisioneel zal gaan uitvoeren. Dit AP breidt de toegang van het IAEA uit tot alle locaties gerelateerd aan Irans nucleaire toeleveringsketen en staat inspecties van die locaties op korte termijn (binnen 24 uur) toe. Het IAEA kan Iran op opheldering vragen als het beschikt over informatie over een nucleaire activiteit bij een niet gedeclareerde locatie. Als het door Iran gegeven antwoord de zorgen van het IAEA niet wegneemt dan kan het IAEA Iran verzoeken om toegang tot de locatie. Iran kan dan alternatieve manieren aandragen om de inconsistentie te onderzoeken. Als dit binnen 14 dagen de zorgen van het IAEA niet wegneemt, dan zal de Joint Commission worden ingeschakeld. Deze consultatie zal maximaal 7 dagen in beslag nemen en bij het uitblijven van een overeenkomst tussen Iran en het IAEA leiden tot een (bindend) advies van de Joint Commission over te nemen stappen. Hierna moet Iran binnen 3 dagen de noodzakelijke stappen zetten.

9

Kunt u zich de volgende uitspraken van president Clinton in 1994 herinneren: «North Korea will freeze and then dismantle its nuclear program. South Korea and our other allies will be better protected. The entire world will be safer as we slow the spread of nuclear weapons. (...) The United States and international inspectors will carefully monitor North Korea to make sure it keeps its commitments. Only as it does so will North Korea fully join the community of nations»? Kunt u zich herinneren dat de Noord-Koreaanse hoofdonderhandelaar Kang Sok Ju zei dat het toen gesloten akkoord een oplossing was voor «all questions of the so-called nuclear weapons development by North Korea», in zijn woorden gebaseerd op «such unfounded concerns and suspicions»? En kunt u zich tot slot zijn toezegging herinneren dat Noord-Korea «neither the intention nor the plan to develop nuclear weapons» koesterde, maar uiteindelijk iets meer dan 10 jaar later zelf over een nucleair wapen beschikte? Zo ja, hoe ervaart u de gelijkenissen met het met Iran gesloten akkoord? Bent u van mening dat Iran een betrouwbaardere onderhandelingspartner is? En zo ja, hoe verantwoordt u dat, gegeven het onbetrouwbare track record van Iran op dit vlak? Welke garantie hebben onze bondgenoten in de regio dat de internationale gemeenschap nu wel ingrijpt als de andere partij alsnog besluit een nucleair wapen te produceren?

Het kabinet is van mening dat het JCPOA een krachtigere overeenkomst is dan het 1994 Agreed Framework dat destijds beoogde het nucleaire programma van Noord-Korea te beëindigen. Ten eerste is het JCPOA een uitgebreider akkoord dan het 1994 Agreed Framework (159 vs. 4 pagina’s), met gedetailleerde afspraken en een helder verificatiemechanisme om de afspraken te monitoren. Belangrijke aspecten die ontbraken in het 1994 Agreed Framework.

Ten tweede wordt door het JCPOA het Iraanse nucleaire programma – zowel de uraniumverrijking als plutoniumproductie – drastisch ingeperkt. Hierdoor kunnen de wegen naar een eventueel Iraans kernwapen worden afgesneden. Het 1994 Agreed Framework daarentegen betrof alleen het Noord-Koreaanse plutoniumproductie programma.

Ten derde is het JCPOA – anders dan het 1994 Agreed Framework – bekrachtigd door een VNVR-resolutie, inclusief een juridisch dwingend mechanisme voor het geval Iran zich niet aan het akkoord houdt.

Ten slotte is het akkoord met Iran niet gebaseerd op vertrouwen maar op duidelijke inspectie en verificatieafspraken. Dit in combinatie met de verhoging van de break-out tijd naar 12 maanden, biedt de internationale gemeenschap ruim voldoende tijd om in actie te komen als blijkt dat Iran de afspraken in het akkoord niet naleeft.

10

Hoe heeft de Syrische president Assad gereageerd op het akkoord?

Het regime van president Assad heeft positief gereageerd op het akkoord. Het Syrische staatspersbureau heeft de felicitaties van Assad overgebracht aan Opperste Leider Ayatollah Khamenei. President Assad stelde «erop te vertrouwen dat de Islamitische Republiek Iran de gerechtvaardigde doelen van landen nog sterker zal steunen en zal blijven werken aan regionale en mondiale vrede en stabiliteit.» Aan de aan Hezbollah gelieerde krant Al-Manar liet Assad weten dat de versterkte Iraanse internationale positie in het voordeel van Syrië zal zijn.

11

Hoe heeft het leiderschap van Hezbollah gereageerd op het akkoord?

Hezbollah heeft het volste vertrouwen uitgesproken in de blijvende steun van Iran. Daarnaast heeft Hezbollah-leider Nasrallah zich in de gebruikelijke bewoording uitgesproken over de Verenigde Staten.

12

Denkt u dat de Iraanse regering de westerse onderhandelingspartners respecteert? En zo ja, verwacht u dat de Iraanse president en/of Opperste Leider niet langer aanwezig zullen zijn bij, of goedkeuring zullen verlenen aan manifestaties waar de Amerikaanse vlag wordt verbrand?

De vertegenwoordigers van de Iraanse regering zijn door middel van onderhandelingen met de E3+3 tot een solide oplossing gekomen voor het nucleaire programma van Iran. Voor zover bekend zijn de westerse onderhandelingspartners gedurende de nucleaire onderhandelingen met respect bejegend.

Het kabinet speculeert niet over de verwachte houding van de Iraanse president en/of de Opperste Leider ten aanzien van manifestaties waar de Amerikaanse vlag wordt verbrand.

13

Stelt de Iraanse regering eisen aan de nationaliteit van de inspecteurs? Zo ja, welke?

Bij inspecties door het IAEA kan een geïnspecteerd land bedingen dat inspecteurs op individuele basis niet mogen deelnemen. In het JCPOA is afgesproken dat Iran doorgaans akkoord zal gaan met de toewijzing van inspecteurs uit landen waarmee Iran diplomatieke betrekkingen heeft. Het is dus niet zo dat Iran op deze manier opportunistisch te werk kan gaan door alleen inspecteurs uit bevriende landen toe te laten.

14

Op welke wijze draagt het akkoord bij aan de stabiliteit in de Straat van Hormuz?

Zoals eerder aan de Tweede Kamer vermeld is het de verwachting dat regionale spanningen kunnen toenemen, vooral tussen Iran en Saoedi-Arabië. Een verbeterde relatie tussen Iran en het Westen zal deze spanningen kunnen vergroten, maar biedt ook een kans om regionale en internationale diplomatie te versterken. Het is nog te vroeg om te zeggen hoe deze ontwikkelingen de stabiliteit in de Straat van Hormuz zullen beïnvloeden.

15

Zijn er onderdelen die op dit moment nog onvolledig zijn uitgewerkt of waarover nog verder onderhandeld moet worden? Zo ja, welke?

Het JCPOA is op 20 juli door de VN-Veiligheidsraad unaniem bekrachtigd via resolutie 2231 (2015) en vervolgens op de Raad Buitenlandse Zaken van 20 juli d.m.v. Raadsconclusies onderschreven. Er wordt dus niet meer onderhandeld over de inhoud van het akkoord. Wel zijn de verschillende partijen bezig met de voorbereidende werkzaamheden voor de implementatie van het akkoord, bijvoorbeeld de uitwerking van bepaalde wet- en regelgeving ten behoeve van de voorziene sanctieverlichting.

16

Op welke wijze beoogt u de Kamer (structureel) over de implementatie van het akkoord te informeren?

Het kabinet zal de Kamer bij bijzonder ontwikkelingen omtrent de implementatie van het akkoord schriftelijk informeren.

17

Wat is er afgesproken over inspecties op het militaire complex in Parchin?

In juli hebben het IAEA en Iran een roadmap ondertekend om tot opheldering te komen van openstaande vragen omtrent Irans nucleaire programma. In deze roadmap staat dat Iran en het IAEA een aparte overeenkomst hebben getroffen omtrent de kwestie Parchin. Er zijn toentertijd geen verdere details naar buiten gebracht. Zulke geheimhouding is standaard bij subsidiaire verificatieafspraken tussen het IAEA en een lidstaat.

Na zijn bezoek aan Iran op 20-21 september, stelde de Directeur-Generaal van het IAEA, Amano, dat er significante vooruitgang was geboekt bij de uitvoering van de roadmap. Tevens gaf hij aan dat vertegenwoordigers van Iran betrokken waren bij het onderzoek in Parchin, maar dat het onderzoek plaatsvond onder verantwoordelijkheid van het IAEA en consistent was met standaard verificatiepraktijken. Het IAEA heeft een breed scala aan geavanceerde inspectie- en verificatiemechanismen tot zijn beschikking en heeft een langlopende expertise in de inspectie en verificatie van mogelijke nucleaire locaties. Het kabinet heeft er dan ook vertrouwen in dat – welke afspraken er dan ook zijn gemaakt tussen het IAEA en Iran met betrekking tot Parchin – het IAEA voldoende toegang zal hebben tot alle informatie en locaties die het nodig acht om op een onafhankelijke wijze de verificatie uit te voeren.

18

Klopt het dat Rusland heeft aangeboden de Iraanse vloot en wapensystemen te upgraden zodra de bevroren gelden worden vrijgegeven, zoals medegedeeld door de Iraanse admiraal Sayyari?

Het kabinet beschikt niet over informatie die deze bewering kan bevestigen.

19

Klopt het dat de Iraanse Minister van Buitenlandse Zaken Iraanse parlementariërs heeft gegarandeerd dat Iran het recht heeft om inspecteurs de toegang tot plaatsen waar nucleair onderzoek wordt gedaan of aan ballistische raketten wordt gewerkt kan ontzeggen? Hoe beoordeelt u deze uitspraken?

De afspraken waaraan Iran zich heeft gecommitteerd in het JCPOA betreffende de toegang tot de militaire locaties zijn helder. Het kabinet ziet op dit moment geen aanwijzing dat Iran zich aan deze verplichting zal onttrekken. Zie ook de beantwoording van vraag 13.

20

Over welke onderwerpen hebben de P5+ en Iran zogeheten «side deals» gemaakt? (http://thehill.com/homenews/administration/248856-white-house-acknowledges-side-deals-between-iran-iaea) Worden de Europese parlementen hier ook over gebrieft, net als het Amerikaanse Congres?

Op 14 juli hebben het IAEA en Iran een roadmap ondertekend om tot opheldering te komen over de openstaande vragen van het IAEA over de mogelijk militaire dimensie (PMD) van het nucleaire programma. Dit traject loopt parallel aan het JCPOA. Zoals de Amerikaanse National Security Advisor Susan Rice heeft aangegeven zijn verdere documenten tussen het IAEA en Iran niet publiek gemaakt maar betreft dit geen «side deal». Deze geheimhouding is standaard bij subsidiaire verificatieafspraken tussen het IAEA en een lidstaat. De briefing hierover aan het Amerikaanse Congres door de Directeur-Generaal van het IAEA, Amano, – waarbij overigens de vertrouwelijke verificatieafspraken niet met het Congres zijn gedeeld – lijkt dan ook een hoge uitzondering ingegeven door het feit dat het Congres zijn goedkeuring moet verlenen aan het akkoord. Het ligt dan ook niet in de lijn der verwachtingen dat dit bij de Europese parlementen zal gebeuren.

21

Klopt het dat middels een «side deal» is afgesproken dat Iran zelf monsters mag afnemen in het beruchte militaire complex in Parchin? Vindt u dit niet opmerkelijk, gezien de eerdere zorgen over activiteiten in dit complex en de norm dat inspecties door buitenlandse inspecteurs worden uitgevoerd?

Zie de beantwoording van vraag 17.

22

Hoe beoordeelt u de voorziene Russische levering van S-300-luchtverdedigingssystemen aan Iran, in het licht van de zorgen over dit akkoord en de, zij het een kleine, kans dat Iran toch een nucleair wapen produceert en het Westen militair ingrijpen noodzakelijk acht?

De levering van luchtafweersystemen (zoals een S-300) aan Iran valt buiten het wapenembargo, dus het is Rusland in principe toegestaan dit te doen. Het kabinet is wel van mening dat de export van militair materieel alleen plaats zou mogen vinden als deze de regionale stabiliteit niet in gevaar brengt, zoals ook is vastgelegd in de betreffende EU-richtlijn en het Wapenhandelverdrag. Het kabinet zal de ontwikkelingen hieromtrent dan ook aandachtig blijven volgen.

23

Bent u bekend met de door de Iraanse staatsomroepen geciteerde uitspraak van Ali Akbar Velayati, de hoogste adviseur op het gebied van buitenlandse zaken van Opperste Leider Khamenei, d.d. 25 juli 2015 dat Iran in geen enkel geval IAEA-inspecteurs toegang zal verlenen tot militaire faciliteiten? Zo ja, hoe beoordeelt u deze?

Het kabinet is bekend met deze geciteerde uitspraak. De afspraken waaraan Iran zich heeft gecommitteerd in het JCPOA betreffende de toegang tot de militaire locaties zijn helder. Het kabinet ziet op dit moment geen aanwijzing dat Iran zich aan deze verplichting zal onttrekken.

24

Klopt het dat IAEA-inspecteurs pas toegang tot Iran krijgen als zij zijn «goedgekeurd» door de Iraanse autoriteiten? Zo ja, op welke gronden mag Iran inspecteurs weigeren? En is dit een gebruikelijke praktijk bij internationale inspecties?

Zie de beantwoording van vraag 13.

25

Bent u bekend met de uitspraak van uw Britse ambtgenoot Hammond dat Iran een te grote speler in de regio is om isolatie te kunnen legitimeren? Deelt u zijn visie dat de legitimiteit van sancties en internationale isolatie af dient te hangen van de omvang en macht van een staat, en niet diens gedrag? Vindt u dit geen opmerkelijke uitspraak? Of vindt u ook dat als een staat maar groot en sterk genoeg is, het sanctie-instrument niet langer zinvol is?

Sancties zijn nooit een doel op zich, maar een instrument om een duidelijk signaal af te geven en het gedrag van een staat te helpen beïnvloeden. De legitimiteit hiervan staat dus los van de omvang en macht van die staat. Het huidige akkoord met Iran is een voorbeeld waarbij sancties, samen met andere instrumenten van het buitenlandbeleid, met succes zijn ingezet om tot een gedragsverandering van een staat te komen.

26

Mag Iran onder het Joint Comprehensive Plan of Action (JCPOA) de toegang ontzeggen tot eventuele nieuwe (militaire) faciliteiten als buitenlandse inlichtingendiensten vermoeden dat er verdachte nucleaire activiteiten, al dan niet met een militaire dimensie, worden ontplooid? Wat is in een dergelijk geval de afgesproken procedure?

Zie de beantwoording van vraag 8.

27

Bent u bekend met de berichten dat Iran de installatie in Parchin voorafgaand aan het bezoek van internationale inspecteurs heeft «opgeruimd»? (http://edition.cnn.com/2015/08/05/politics/iran-nuclear-site-parchin?sr=twtsr0608iranparchin) Kunt u dit bevestigen? En deelt u de zorg over de activiteiten die in deze faciliteit zijn of worden ontplooid?

Ja, het kabinet is bekend met dit bericht. Het kabinet heeft vertrouwen in het IAEA-onderzoek naar de activiteiten in Parchin en acht het onverstandig vooruit te lopen op de afronding van dat onderzoek.

28

Klopt het dat Iran na een verzoek tot opheldering over bepaalde activiteiten niet alleen 24 dagen de tijd heeft om de toegang tot verdachte faciliteiten te verhinderen, maar dat de partijen van dit akkoord bovendien 50 dagen de tijd krijgen om tot een oplossing van het desbetreffende geschil komen? Zo ja, vreest u niet dat in dat aantal dagen veel activiteiten of materialen kunnen worden verborgen of verplaatst?

Zie de beantwoording van vraag 8. Een eventueel geschil tussen het IAEA en Iran over toegang tot verdachte locaties moet binnen maximaal 24 dagen worden opgelost. Uiteraard wordt tijdens die periode de omgeving van de locatie door middel van satellietbeelden en andere monitoringsmechanismen voortdurend in de gaten gehouden. Nucleair materiaal blijft vanwege zijn radioactiviteit – ook in minuscule hoeveelheden – voor een hele lange periode traceerbaar. Dit, in combinatie met de ervaring en moderne verificatiemechanismen van het IAEA, maakt dat het kabinet van mening is dat een periode van maximaal 24 dagen voldoende waarborg geeft.

29

Klopt het dat de verificatie door het IAEA van de met Iran gemaakte afspraken verder gaat dan verificatie afspraken die met andere landen bestaan, waaronder met Nederland? Indien ja, kunt u toelichten hoe afspraken van andere landen afwijken?

Deze vaststelling is juist. Het verschil zit hem voornamelijk in de intensiteit waarmee Iran gecontroleerd zal worden. Dit houdt in dat er, vergeleken met afspraken met andere landen, strenger gecontroleerd zal worden d.m.v. methodes voor doorlopend toezicht zoals camera’s, elektronische verzegelingen en automatische meetapparatuur. Daarnaast zullen er vele malen meer manuren worden ingezet in Iran dan in andere landen, zodat er genoeg inspecteurs aanwezig zullen zijn voor een ongekend strenge verificatie. Om de toegang van deze inspecteurs tot het land en nucleair-gerelateerde locaties te faciliteren worden afspraken gemaakt op het gebied van visaprocedures, werkruimtes en opslagruimtes voor IAEA-apparatuur. Tot slot zijn er additionele politieke afspraken gemaakt op het gebied van inspecties van locaties die niet onder de meldingsplicht van standaard verificatieafspraken vallen.

30

Hoe verhouden de afspraken over verificatie door het IAEA van de gemaakte afspraken met Iran zich tot enige vorm van controle op het nucleaire programma van Israël?

Israël staat, als niet-partij van het NPV, onder zogenaamde «item-specific»-safeguards. Dit houdt in dat op basis van een verificatieafspraak tussen Israël, de VS en het IAEA slechts die nucleaire materialen worden geïnspecteerd die door de VS geleverd worden aan Israël. Het IAEA trekt dus alleen conclusies wat betreft het vreedzaam gebruik van deze materialen. Iran, als NPV-lidstaat, is verplicht om ál zijn nucleair materiaal (en daaraan gerelateerde locaties) te laten controleren door het IAEA. Het mandaat van het IAEA onder dit soort afspraken is dus vele malen breder, hetgeen het IAEA in staat stelt conclusies te trekken over het vreedzame gebruik van gedeclareerde nucleaire materialen in het hele land.

31

Heeft het met Iran overeengekomen akkoord (op termijn) mogelijk gevolgen voor het Europese onderdeel van het Amerikaanse antiraketschild? Kunt u uw antwoord toelichten?

Op dit ogenblik zijn er geen gevolgen voorzien voor het Europese gedeelte van het Amerikaanse antiraketschild aangezien de dreigingen van Iraanse ballistische raketten en de risico’s op proliferatie van ballistische raketten, niet zijn verdwenen.

32

Hoe beoordeelt u de uitlating van de speciale rapporteur van de VN voor de mensenrechten, Idriss Jazairy in juli dit jaar, dat «the stockpiling of sanctions and unilateral coercive measures against Iran (...) has had a significant adverse effect on (...) the enjoyment of human rights of the people of Iran, including its right to food, its right to health and its right to development?

De bescherming en verbetering van de mensenrechten in Iran is en blijft in eerste instantie een verantwoordelijkheid van de Iraanse overheid. Het EU-sanctieregime is vormgegeven om de Iraanse bevolking zo veel mogelijk te ontzien. Hiertoe zijn in het EU-sanctieregime uitzonderingen opgenomen voor humanitaire goederen, inclusief medicijnen. Het kabinet zet zich in om ervoor te zorgen dat de Iraanse bevolking niet onnodig negatief wordt beïnvloed door het sanctieregime. Ook worden de effecten van sancties in EU-verband regelmatig besproken.

33

Kunt u aangeven wat de directe gevolgen zijn in het geval Iran weigert om inspecteurs toegang te verlenen tot nucleaire installaties?

Zie de beantwoording van vraag 8.

34

Kunt u aangeven bij hoeveel proxy-oorlogen Iran op dit moment direct of indirect betrokken is?

Iran is op dit moment actief betrokken bij het conflict in Syrië en de strijd tegen ISIS in Irak. Daarnaast is er – in verschillende gradaties en voortkomend uit de rivaliteit tussen Iran en Saoedi-Arabië – steun voor bepaalde groeperingen in bijvoorbeeld Libanon en Jemen.

35

Kunt u een inschatting geven van de financiële- en wapensteun die Iran jaarlijks verstrekt aan terreurgroep Hezbollah?

Volgens schattingen van het Amerikaanse Ministerie van Defensie (2010) zou Iran Hezbollah met 100 tot 200 miljoen dollar per jaar steunen. Het laatste terrorismerapport (2015) van het Amerikaanse State Department noemt Hezbollah als Irans belangrijkste begunstigde van wapens. Volgens de Country Reports on Terrorism (2014) van het Amerikaanse State Department zou Iran Hezbollah voorzien van training, explosieven, politieke, diplomatieke, monetaire en organisatorische hulp.

36

Kunt u een inschatting geven van de omvang aan financiële middelen die Iran de komende vijftien jaar vrijspeelt met het sluiten van het nucleaire akkoord?

Het is niet eenvoudig de omvang van de financiële middelen te bepalen. Een schatting van USD 100 miljard wordt regelmatig door de media aangehaald. Dit bedrag wordt echter in twijfel getrokken door o.a. de US Treasury die stelt dat er veel minder voor Iran overblijft omdat er na het vrijkomen van financiële middelen nog betalingsachterstanden moeten worden verrekend. Hoewel Iran in de komende vijftien jaar economische groei zal kunnen verwachten vanwege sanctieverlichting, zijn de prognoses van deze groei hoogst onzeker. Door de grote economische impact die de sancties hebben gehad zal Iran veel achterstallig onderhoud aan zijn economie moeten verrichten.

37

Beschikt Iran op dit moment over rakettechnologie waarmee kernwapens gelanceerd kunnen worden?

Door de drastische inperking van het nucleaire programma onder het JCPOA kunnen de wegen naar een Iraans kernwapen worden afgesneden. Wel heeft Iran een actief civiel ruimtevaartprogramma dat de laatste jaren een gestage vooruitgang vertoont. Er wordt onder meer gewerkt aan raketten voor de lancering van satellieten. De opgedane kennis en ervaring kunnen echter ook worden toegepast in het Iraanse programma voor ballistische raketten, dat militair van aard is.

38

Hoe beoordeelt u de uitspraak van de Iraanse president Hassan Rouhani, dat Iran alle wapens die het wil kan kopen of verkopen? Hoe waterdicht is het wapenembargo tegen Iran? (http://www.irantracker.org/iran-news-round-august-24–2015)

Zie de beantwoording van vraag 2.

39

Klopt het dat Iran nu al gesteld heeft niet langer gebonden te zijn aan de atoomdeal als er opnieuw sancties ingevoerd worden? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?

In het JCPOA heeft Iran verklaard dat als de sancties opnieuw worden ingesteld het niet meer gehouden is aan de verplichtingen uit het akkoord. In het geval de sancties door middel van het «snapback» mechanisme opnieuw zouden worden ingesteld zou dit het gevolg zijn een significante niet-naleving van zijn verplichtingen door Iran. Een significante niet-naleving van zijn verplichtingen zou betekenen dat Iran zich al niet meer aan het akkoord zou houden.

40

Klopt het dat president Rouhani tegen parlementaire goedkeuring van de atoomdeal is, omdat dit tot juridische verplichtingen voor Iran zou leiden (http://english.alarabiya.net/en/News/middle-east/2015/08/29/Rowhani-Iran-nuke-deal-doesn-t-need-parliament-approval.html)? Acht Iran zich volgens u juridisch gebonden aan de atoomdeal, of beschouwt het regime het slechts als een politieke deal, waar men elk moment afstand van kan nemen?

Het JCPOA is een politiek akkoord en geen verdrag en is als zodanig dus niet juridisch bindend tussen de partijen. Echter, VNVR-resolutie 2231 (2015), waarmee het akkoord door de Veiligheidsraad is bekrachtigd, creëert wel een aantal juridisch bindende verplichtingen voor alle VN-lidstaten, waaronder Iran. De resolutie voorziet ook in een juridisch dwingend mechanisme voor het geval Iran zich niet aan het akkoord houdt. Via dat mechanisme kunnen ingetrokken VN-sancties weer van kracht worden. Eventuele parlementaire goedkeuring in Iran heeft geen invloed op de status van het akkoord noch op het juridisch bindende karakter van VNVR-resolutie 2231.

41

Klopt het dat ayatollah Khamenei geen officieel akkoord gegeven heeft aan de atoomdeal, of een handtekening heeft gezet? Zo ja, hoe beoordeelt u dit? Acht Iran zich volgens u daadwerkelijk gebonden?

Op 3 september jl. heeft de opperste leider Khamenei in een toespraak laten weten dat hij van mening is dat het Iraanse parlement (de Majlis) goedkeuring moet geven aan het akkoord. Khamenei zei daarbij geen eigen voorkeur uit te spreken, zodat het parlement geheel onbevooroordeeld zou zijn. Zie verder de beantwoording van vraag 40.

42

Klopt het dat het onderzoek van het IAEA naar het nucleaire programma van Iran in het verleden niet opgenomen is als voorwaarde voor de implementatie van het akkoord, dan wel voor het opheffen van sancties? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?

Het traject waarin Iran opheldering zal verschaffen aan het IAEA over de openstaande vragen over de mogelijk militaire dimensie (PMD) van het nucleaire programma loopt parallel aan het JCPOA. Iran moet voor het onderzoek naar de mogelijke militaire dimensie van Irans nucleaire programma het IAEA van de benodigde informatie en toegang voorzien, voordat het sanctieverlichting kan verkrijgen van de VN, VS en/of EU. Sanctieverlichting is echter niet verbonden aan de publicatie van het rapport van het IAEA over zijn onderzoek. Overigens zal dit traject naar verwachting op 15 december 2015 zijn afgerond terwijl de eerste stap in de sanctieverlichting (op «Implementation day») niet verwacht wordt voor de eerste helft van 2016.

43

Hoe belangrijk acht u het dat Iran volledige openheid van zaken geeft aan het IAEA over het verleden van het nucleaire programma? Bent u voorstander van opheffing van sancties, ook als Iran hieraan onvoldoende meewerkt?

Het kabinet acht het nog altijd van groot belang dat Iran de vragen van het IAEA over een mogelijk nucleair wapenprogramma in het verleden beantwoordt. Nog belangrijker is echter te voorkomen dat Iran in de toekomst een nucleair wapen ontwikkelt. Zie voorts de beantwoording van vraag 42.

44

Klopt het dat Iran gedreigd heeft dat het zich niet meer gehouden weet aan het akkoord als er weer sancties worden opgelegd («Aan nucleaire deal met Iran kleven risico's, De Volkskrant, 25 augustus jl.). Zo ja, hoe beoordeelt u dit?

Zie de beantwoording van vraag 39.

45

Klopt het dat de belangrijkste beperkingen voor het nucleaire programma van Iran na 15 jaar komen te vervallen? Kan Iran daarna vrijelijk uranium verrijken en produceren op industriële schaal?

Een aantal belangrijke beperkingen op het Iraanse nucleaire programma in het JCPOA geldt voor een periode van 15 jaar. Iran zal bovendien het Additioneel Protocol (AP) bij het Safeguards Agreement provisioneel uitvoeren en na 8 jaar ratificeren.

De volledige implementatie van het akkoord zal uiteindelijk moeten leiden tot een zogeheten bredere conclusie van het IAEA: een onafhankelijk oordeel dat al het nucleaire materiaal in Iran uitsluitend voor vreedzame doeleinden wordt aangewend. Hiermee zal de nucleaire status van Iran worden genormaliseerd. Na deze normalisatie zal Iran net als elke andere NPV-staat permanent moeten blijven voldoen aan zijn non-proliferatieverplichtingen onder het NPV en aan het Additionele Protocol bij het Safeguards Agreement, ook na 15 jaar.

46

Klopt het dat de inzet van de VS, de EU en de VN-Veiligheidsraad tot voor de atoomdeal altijd gericht was op het beëindigen van het nucleaire programma? Bent u bereid te erkennen dat dit atoomakkoord het nucleaire programma op z'n best voor 15 jaar enigszins aan banden legt, maar zeker niet beëindigt?

Het terugdringen van zorgelijke ontwikkelingen rondom het Iraanse nucleaire programma, zoals verrijking tot boven de 5%, was de prioriteit van de onderhandelaars. Voor de komende 15 jaar voorziet het akkoord in een drastische inperking van het nucleaire programma, door zowel beperking van uraniumverrijking als plutoniumproductie, zodat de wegen naar een eventueel Iraans kernwapen worden afgesneden. Zie voorts de beantwoording van vraag 104.

47

Hoeveel sterker zal Iran zijn na het aflopen van de periode van 15 jaar, als sancties zijn opgeheven, er miljarden voor het regime beschikbaar komen, en Iran zich voluit kan bewapenen?

Zie de beantwoording van vragen 2, 36 en 45.

48

Welke beperkingen gelden er voor Iran op het gebied van onderzoek en ontwikkeling en binnen welke perdiode worden deze opgeheven?

In het JCPOA is afgesproken Iran alleen nucleair onderzoek en ontwikkeling mag uitvoeren op een manier dat er geen verrijkt uranium wordt geaccumuleerd. Bovendien mogen er maar op één locatie (in Natanz) nucleaire onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten worden uitgevoerd. Voor 10 jaar mag Iran alleen verrijkingsonderzoek en ontwikkeling met uranium uitvoeren in een beperkt aantal (meer geavanceerde) centrifuges van het type IR-4, IR-5, IR-6 en IR-8.

Daarnaast verwijst het JCPOA naar het Additioneel Protocol bij Irans Safeguards Agreement, op basis waarvan Iran verplicht is, als onderdeel van zijn «initial declaration», een lange termijn onderzoeks- en ontwikkelingsplan presenteren bij het IAEA. Ook moet Iran het IAEA jaarlijks op de hoogte stellen van wijzigingen in deze plannen.

49

In hoeverre mag Iran doorgaan met onderzoek en ontwikkeling van nucleaire technologie? Klopt het dat Iran modernere centrifuges mag ontwikkelen dan de huidige waarover het beschikt?

Zie de beantwoording van vraag 48.

50

Verwacht u dat Iran met de middelen die het zal verkrijgen als gevolg van de opheffing van sancties, de steun aan terroristische organisaties en inzet in proxy-oorlogen in de regio zal opvoeren?

President Rouhani heeft aangegeven (ook als verkiezingsbelofte) dat de economische ontwikkeling van Iran de hoogste prioriteit van de komende jaren is. Hij heeft grootschalige investeringen aangekondigd in de infrastructuur en de olie-industrie. Vanuit het perspectief van de Iraanse regering zijn deze investeringen van belang voor de interne stabiliteit van Iran. De geraamde kosten hiervan overschrijden ruim het bedrag dat t.z.t. vrijvalt door het vrijkomen van tegoeden. De omvang van de middelen die Iran eventueel zou kunnen aanwenden om in te zetten in proxy-oorlogen in de regio worden tevens beperkt door de recente daling van de olieprijs.

51

Hoe beoordeelt u de berichtgeving dat de inzet van de EU-onderhandelaars onder druk van de Obama-regering bijgesteld is van een «roll back» van het Iraanse nucleaire programma naar «containment»? Heeft de Nederlandse regering druk ervaren van de Obama-regering om de eisen richting Iran te verzachten? («France's Partial Buyer's Remorse on the Iran Deal», Wall Street Journal, 25 augustus 2015)

Zie de beantwoording van vraag 46.

52

Klopt het dat Iran volgens het IAEA in het omstreden militaire centrum bij Parchin ontstekers getest heeft die alleen kunnen worden gebruikt om een atoombom tot explosie te brengen? Zo ja, hoe beoordeelt u dit? Hoe wordt met deze informatie omgegaan?

Zie de beantwoording van vraag 27.

53

Klopt het dat de atoomdeal een paragraaf bevat waarin opgenomen is dat de VS en de EU geacht worden zich te onthouden van inmenging in de normalisering van de economische- en handelsbetrekkingen met Iran? Hoe verhoudt zich dit tot het sanctiemechanisme?

In paragraaf 29 van het JCPOA is opgenomen dat de EU en de VS zich zullen onthouden van beleid dat erop gericht is om de normalisering van economische- en handelsbetrekkingen met Iran negatief te beïnvloeden. Meer algemeen committeren alle partijen (inclusief Iran) zich om zich te onthouden van acties die de succesvolle implementatie van het akkoord zouden ondermijnen. Als een partij van oordeel is dat een van de andere partijen zich niet houdt aan de verplichtingen onder het akkoord (en daarmee dus de succesvolle implementatie van het akkoord ondermijnt) kan het mechanisme voor geschillenbeslechting in werking worden gesteld. Dit is niet in strijd met de onder het akkoord afgesproken afbouw van het huidige sanctiemechanisme of de hiervan losstaande mensenrechtensancties.

54

Welke consequenties heeft de unanieme steun voor de atoomdeal die de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) heeft uitgesproken op 20 juli jl.? Is het nog mogelijk om, na een debat in de Tweede Kamer, de discussie over het standpunt van de EU inzake de atoomdeal te heropenen?

De Raadsconclusies van 20 juli jl. waaraan gerefereerd wordt zijn in lijn met het standpunt van het kabinet ten aanzien van het atoomakkoord, dat de Tweede Kamer is toegekomen via de Kamerbrief d.d. 17 juli 2015 met het verslag van het Schriftelijk Overleg Raad Buitenlandse Zaken van 20 juli 2015 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1518) en de Kamerbrief d.d. 21 augustus 2015 als reactie op het verzoek van de Tweede Kamer inzake de deal van de P5+1 en Iran over het nucleaire programma. Het kabinet ziet daarom geen reden of aanknopingspunten om de discussie hierover te heropenen.

55

Hoeveel invloed zal het Westen nog hebben om het nucleaire programma te stoppen, na de periode van 15 jaar, als de meeste restricties en verplichtingen komen te vervallen?

Zie de beantwoording van vraag 45.

56

Deelt u de analyse (http://www.brookings.edu/research/reports2/2015/08/iran-nuclear-deal-battleground-issues-einhorn) dat de break out periode na een termijn van tien jaar, als de restricties op onderzoek en ontwikkeling komen te vervallen, steeds korter zal worden, en na 15 jaar mogelijk bekort zal zijn tot slechts een paar weken?

Hoewel de restricties op uraniumverrijking en plutoniumproductie na het aflopen van het akkoord zullen komen te vervallen, zal – mede omdat is afgesproken dat Iran een Additioneel Protocol zal ratificeren – het IAEA ook na deze periode effectief in staat blijven te verifiëren dat Iran zich aan zijn non-proliferatieverplichtingen houdt.

57

Klopt het dat het IAEA Iran zelf inspecties laat verrichten, met eigen experts en materieel, bij het onderzoek naar het verleden van het nucleaire programma, zoals bij de verdachte locatie Parchin (http://www.jpost.com/Middle-East/Iran/IAEA-to-allow-Iran-to-inspect-its-own-past-military-nuclear-work-to-UN-412645?utm_source=dlvr.it&utm_medium=twitter)? Hoe beoordeelt u dit?

Zie de beantwoording van vraag 17.

58

Is het waar dat er een geheime deal is tussen het IAEA en Iran, die behelst dat Iran eigen inspecties mag uitvoeren ten aanzien van het onderzoek naar het nucleair programma in het verleden (http://www.jpost.com/Middle-East/Iran/IAEA-to-allow-Iran-to-inspect-its-own-past-military-nuclear-work-to-UN-412645?utm_source=dlvr.it&utm_medium=twitter)? Zo ja, hoe beoordeelt u dit? Bent u bereid aan te dringen op openbaarmaking van de geheime afspraken?

Zie de beantwoording van vraag 17. Dit betreft een overeenkomst tussen het IAEA en Iran die deze partijen – naar gewoon gebruik – hebben besloten niet openbaar te maken. Het kabinet is dan ook niet van plan hierop aan te dringen.

59

Hoe beoordeelt u de berichtgeving (http://www.reuters.com/article/2015/08/27/us-iran-nuclear-iaea-idUSKCN0QW1M720150827?utm_source=twitter) dat Iran volgens het IAEA sinds mei dit jaar de verdachte militaire site Parchin heeft uitgebreid? Vindt u dit verdacht en acht u dit in strijd met de afspraken die er met Iran gemaakt zijn?

Zie de beantwoording van vraag 27.

60

Hoe verhoudt de beoogde leverantie door Rusland van geavanceerde S-300 luchtverdedigingssystemen aan Iran zich tot het wapenembargo?

Zie de beantwoording van vraag 22.

61

Klopt het dat er gedurende de periode dat het embargo tegen Iran betreffende wapenleveranties en ballistische raketten geen effectief mechanisme is om het embargo af te dwingen? Klopt het dat eerdere VN-Veiligheidsraadsresoluties, het Sanctie Comité en het Panel van Experts die ingesteld waren om het embargo te handhaven, nu zijn opgeheven?

De eerdere VNVR-resoluties, het Sanctie Comité en het Panel van Experts zijn momenteel nog niet opgeheven. VNVR-resolutie 2231 voorziet hier pas in op het moment dat het IAEA geverifieerd heeft dat Iran zijn verplichtingen onder het JCPOA heeft uitgevoerd. Dit moment, «Implementation day», zal naar verwachten in de eerste helft van 2016 plaatsvinden.

62

Zullen eventuele schendingen door Iran van het wapenembargo of het embargo op ballistische raketten worden beschouwd als schending van het atoomakkoord, of uitsluitend als schending van VN-Veiligheidsraadresoluties 2231

Zoals beschreven in de beantwoording van vraag 40 is het JCPOA een politiek akkoord en geen juridisch bindend verdrag. VN-Veiligheidsraad resolutie 2231 (2015), waarmee het akkoord door de Veiligheidsraad is bekrachtigd, creëert wel een aantal juridisch bindende verplichtingen – waaronder restricties op het gebied van conventionele en ballistische wapens – voor alle VN-lidstaten, waaronder Iran. Schending van de restricties op conventionele wapen of ballistische raketten door Iran zouden dan ook schendingen zijn van VNVR-resolutie 2231, die deze restricties instelt.

63

Klopt het dat, ook al beoogt de deal een vermindering van de uraniumvoorraad met 98%, vrijwel de gehele infrastructuur van het Iraanse nucleair programma intact blijft? En de weg naar een Iraans kernwapen dus hooguit, op z'n best, wordt vertraagd?

Door het akkoord wordt wel degelijk een belangrijk deel van de Iraanse nucleaire infrastructuur onklaar gemaakt. Zo wordt de zwaarwaterreactor in Arak omgebouwd zodat deze geen voor een kernwapen geschikte hoeveelheden plutonium kan produceren en het vermogen van de reactor wordt gehalveerd. Ook zal de reactorkern van de huidige reactor vol met cement worden gegooid.

Zie voorts de beantwoording van vraag 45.

64

Bent u bereid de volledige tekst van de atoomdeal aan de Kamer te doen toekomen?

De volledige tekst van het JCPOA inclusief bijlages is te vinden op de website van de Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO): http://eeas.europa.eu/statements-eeas/2015/150714_01_en.htm

65

In hoeverre schaadt de atoomdeal de betrekkingen tussen het Westen en Arabische landen als Saoedi-Arabië?

Veel Arabische landen, inclusief de GCC, hebben het akkoord uiteindelijk verwelkomd. Toch bestaat er bij een aantal landen in de regio, en vooral tussen Iran en Saoedi-Arabië, veel wantrouwen. Het is van groot belang dat de dialoog met en tussen deze landen over de ontwikkelingen in de regio geïntensiveerd wordt om deze spanningen te doen laten afnemen. Een verbeterde relatie tussen Iran en het Westen zal deze spanningen kunnen vergroten, maar bieden ook een kans om regionale en internationale diplomatie te versterken.

66

Wat is er bij u bekend over de samenwerking tussen Iran en Noord-Korea op nucleair gebied? Klopt het dat activiteiten van Iraniërs in Noord-Korea buiten de atoomdeal vallen?

Het kabinet is bekend met de berichtgeving in de media over de vermeende nucleaire samenwerking tussen Iran en Noord-Korea. Deze berichten kunnen echter niet worden bevestigd.

Wel staat buiten kijf dat Iran als verdragspartij gebonden is aan de non-proliferatieverplichtingen uit het NPV. De afspraken die met Iran zijn gemaakt in het JCPOA zijn hier niet van invloed op.

67

In hoeverre worden sabotageacties richting derde landen tegen het nucleair programma van Iran tegengegaan met de atoomdeal? Hebben de E3+3 zich verplicht om deze tegen te gaan, dan wel te voorkomen?

Met het JCPOA is er door diplomatieke onderhandelingen een solide oplossing gevonden voor de zorgen omtrent het Iraanse nucleaire programma. Hierdoor heeft de internationale gemeenschap de aanleiding die sommige landen zouden kunnen zien om sabotageacties te ondernemen weggenomen. In het akkoord zijn geen bepalingen over sabotageacties opgenomen.

68

Wat wordt concreet bedoeld met de zinsnede «wanneer Iran de afspraken verifieerbaar heeft uitgevoerd»?

Hiermee wordt gedoeld op het moment dat het IAEA geverifieerd heeft dat Iran de afspraken beschreven in secties 15.1–15.11 in bijlage V van het JCPOA heeft uitgevoerd. Op dit moment, «Implementation day», zal de eerste fase van sanctieverlichting plaatsvinden.

69

Is het Nederlandse kabinet van oordeel dat Iran in het verleden heeft gewerkt aan een kernwapen (mogelijk militaire dimensie)? Zo ja, welke aanwijzingen zijn hiervoor?

Zie de beantwoording van vraag 7.

70

Kunt u een overzicht geven van alle sancties die nu gelden voor Iran, opgelegd door de VN, de EU en de VS, welke sancties daarvan door het gesloten akkoord in aanmerking komen voor opheffing, inclusief de termijn waarop dat zou kunnen gebeuren?

Voor een volledig overzicht van de sanctieverlichting op VN-, EU- en VS-niveau ten gevolge van het akkoord zie de bijlage1. Dit betreft alleen de sancties die zijn ingesteld op grond van Irans nucleaire activiteiten. Autonome sancties die de EU en de VS op niet-nucleaire gronden tegen Iran hebben ingesteld (zoals de mensenrechten- en terrorismesancties) zullen onverkort van kracht blijven en zijn daarom niet meegenomen in dit overzicht.

71

Wat gebeurt er als inspecteurs een (vermoedelijk) militaire locatie willen inspecteren en de Iraanse regering hier bezwaar tegen maakt? Klopt het dat de Iraanse regering de komst van de inspecteurs kan vertragen? En zo ja, voor hoe lang?

Zie de beantwoording van vraag 8.

72

Beschikt het IAEA in uw ogen nog over voldoende middelen om een robuust inspectie- en verificatieprogramma uit te voeren?

De verificatie van het JCPOA zal vanaf 2017 uit het reguliere budget van het IAEA worden betaald. Tot die tijd is er ongeveer twaalf miljoen euro nodig uit extra-budgettaire bijdragen van lidstaten ter overbrugging. Vele landen hebben al toegezegd bij te zullen dragen en er is dan ook geen enkele reden aan te nemen dat dit bedrag niet zal worden opgebracht. Dit vormde ook geen probleem in het geval van extra-budgettaire bijdragen aan de verificatie van het interim--akkoord. Nederland heeft hieraan in totaal al 475.000 euro bijgedragen en zal voor de resterende periode nog een bijdrage doen van 600.000 euro.

73

Kunt u nader toelichten op welke aspecten nog vragen open staan betreffende de mogelijk militaire dimensie (PMD) van het nucleaire programma?

De overeenkomst tussen het IAEA en Iran betreffende de mogelijk militaire dimensie (PMD) van Irans nucleaire programma is vertrouwelijk. Echter, in bijlage 1 van het rapport van de Directeur-Generaal van het IAEA aan de Board of Governors (document GOV/2011/65 d.d. 8 november 2011), wordt de basis voor het IAEA’s zorgen betreft de PMD van Irans nucleaire programma gespecificeerd.

74

Op welke wijze komt een zogeheten «bredere conclusie» (een onafhankelijk oordeel dat al het nucleaire materiaal in Iran uitsluitend voor vreedzame doeleinden wordt aangewend) van het IAEA tot stand?

Deze conclusies komen tot stand na een analyse van alle beschikbare data door het Secretariaat van het IAEA. Dit is een vertrouwelijke, interne procedure; bekendmaking van details over bijvoorbeeld verrijking en de nucleaire infrastructuur zou immers kwaadwillenden kunnen ondersteunen in de opbouw van een eigen nucleaire capaciteit. Wel is duidelijk dat de conclusie rust op twee deelconclusies. Ten eerste: dat alle gerapporteerde materialen en locaties voor vreedzame doeleinden gebruikt worden. Ten tweede: dat er geen niet-gerapporteerde nucleaire materialen of daaraan gerelateerde activiteiten plaatsvinden in het betreffende land. De data waarop deze conclusies rusten zijn gestoeld op verschillende informatiestromen, waaronder data uit metingen en inspecties, de inventarisatie van nucleair materiaal, informatie uit openbare bronnen, additionele informatie verstrekt door het land zelf, satellietbeelden, informatie uit handelsregisters, of informatie verstrekt door andere landen.

75

Kan het IAEA zonder voorbehouden bepalen op welke tijdstippen en locaties het bepaalde faciliteiten aan inspecties onderwerpt?

In het JCPOA is afgesproken dat Iran het Additioneel Protocol bij zijn Safeguards Agreement provisioneel zal gaan uitvoeren. Dit AP breidt de toegang van het IAEA uit tot alle locaties gerelateerd aan Irans nucleaire toeleveringsketen en staat inspecties op korte termijn toe. Zie wat betreft de toegangsprocedure van verdachte locaties de beantwoording van vraag 8.

76

Wat zijn de «gebruikelijke voorwaarden» waaronder het is toegestaan om ook militaire locaties aan inspecties te onderwerpen?

Hiermee wordt gedoeld op de modaliteiten in het Comprehensive Safeguards Agreement waarin de toegang tot militaire locaties wordt geregeld.

77

Klopt het dat Iran op 20 juli jl. een brief aan de voorzitter van de VN-Veiligheidsraad heeft gestuurd waarin verklaard wordt dat een hele categorie locaties geen object van inspectie zullen zijn, waaronder militaire sites? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?

Iran heeft op 20 juli jl. een brief aan de voorzitter van de VN-Veiligheidsraad gestuurd naar aanleiding van het aannemen van VNVR-resolutie 2231 die het JCPOA bekrachtigt. In deze brief schrijft Iran dat het er op vertrouwt dat omdat er geen nucleaire activiteiten worden (of ooit zullen worden) uitgevoerd op militaire locaties, zulke locaties geen onderwerp van inspectie zullen zijn. Echter, de afspraken waaraan Iran zich heeft gecommitteerd in het JCPOA, betreft de toegang tot de militaire locaties zijn helder. Het kabinet ziet op dit moment geen aanwijzing dat Iran zich aan deze verplichting zal onttrekken.

78

Klopt het dat het IAEA, om toestemming te krijgen tot verdachte locaties, eerst een verzoek moet doen aan Iran, voordat een periode van 24 dagen ingaat waarna eventuele toegang pas mogelijk zal zijn? Klopt het dat Iran er maanden over kan doen om te reageren op het verzoek van het IAEA in eerste instantie, en dat het dus ook veel langer dan 24 dagen kan duren voordat inspectie van een verdachte locatie mogelijk is?

Zie de beantwoording van vraag 8.

79

Hoe beoordeelt u de periode van 24 dagen die tenminste in acht moet worden genomen, voordat het IAEA tot inspectie van een verdachte locatie kan overgaan na toestemming van Iran? Erkent u dat Iran in deze periode bewijzen kan verdoezelen en sporen kan uitwissen?

De periode tussen het verzoek van het IAEA en het plaatsvinden van de daadwerkelijke inspectie van de locatie zal volgens de afspraken in het JCPOA maximaal 24 dagen in beslag nemen. Zie verder de beantwoording van vragen 8 en 28.

80

Klopt het dat er geen periode is vastgesteld waarbinnen Iran uiterlijk een antwoord moet geven op een verzoek van het IAEA om een verdachte locatie te bezoeken? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?

Iran moet binnen maximaal 24 dagen toegang verlenen aan het IAEA. Zie verder de beantwoording van vragen 8 en 79.

81

Klopt het dat het IAEA eerst bewijs aan Iran moet overleggen, alvorens pas na toestemming van Iran eventueel tot inspectie van verdachte locaties over te kunnen gaan? Bent u bereid te erkennen dat van inspecties «overal en altijd» geen sprake is?

Als het IAEA beschikt over informatie over een verdachte activiteit bij een niet gedeclareerde locatie die niet strookt met het akkoord, dan zal het IAEA Iran op de hoogte stellen van de grond hiervoor en Iran om opheldering vragen. Zie ook de beantwoording van vragen 8 en 75.

82

Klopt het dat de sancties tegen Quds-commandant Ghasem Soleimani, verantwoordelijk voor het «verspreiden» van de Iraanse revolutie, worden verlicht dan wel opgeheven? En zo ja, wanneer, in welke mate en onder welke voorwaarden?

De beperkingen die jegens Quds-commandant Qasem Soleimani zijn ingesteld vanwege de nucleaire activiteiten van Iran blijven van kracht tot en met «Transition day» (naar verwachting nog acht jaar). Daarna zal hij van de sanctielijst worden verwijderd, tenzij in de tussentijd een «snapback» van sancties heeft plaatsgevonden.

Het akkoord heeft echter alleen betrekking op de sancties ingesteld in verband met de nucleaire activiteiten van Iran. Sancties ingesteld op grond van de mensenrechtensituatie in Iran of vanwege terroristische activiteiten blijven van kracht. Qasem Soleimani staat ook op de EU terrorisme sanctielijst. Dit betekent dat voor dhr. Soleimani reisbeperkingen blijven bestaan, zijn tegoeden in de EU bevroren blijven en het verboden is economische middelen aan hem te verstrekken zolang hij op deze terrorismelijst staat.

Ten overvloede zij vermeld dat de beperkingen tegen naamgenoot Ghasem Soleymani, directeur van een uraniummijn, met ingang van «Implementation day» zullen worden verlicht.

83

Klopt het dat de sancties tegen de Iraanse Revolutionaire Garde worden verlicht dan wel opgeheven? En zo ja, in welke mate en onder welke voorwaarden?

De sancties tegen de Iraanse Revolutionaire Garde en personen en entiteiten gelieerd daaraan blijven bestaan tot «Transition Day» (naar verwachting over acht jaar). Daarna zullen de reisbeperkingen, bevriezingen van tegoeden en het verbod op het verstrekken van economische middelen worden opgeheven, tenzij in de tussentijd een «snapback» van sancties heeft plaatsgevonden.

84

In hoeverre kan het ballistische programma van Iran ongestoord worden voortgezet? En waarom is besloten de restricties t.a.v. de ontwikkeling van ballistische raketten op te heffen?

De embargo’s op conventionele wapens en ballistische raketten die een nucleaire lading zouden kunnen overbrengen werden destijds ingesteld – middels resolutie 1929 (2010) – om Iran te dwingen tot onderhandelingen over zijn nucleaire programma. In resolutie 2231 (2015) geeft de VNVR aan dat het JCPOA een fundamentele verandering markeert in zijn overweging van het vraagstuk omtrent Irans nucleaire programma. De VNVR roept hierin Iran op om ook de komende 8 jaar geen enkele activiteit te ondernemen gerelateerd aan ballistische raketten die een nucleaire lading zouden kunnen dragen. Ook blijven in principe de restricties op de levering van goederen, materialen, apparatuur en technologie die zouden kunnen worden ingezet ten behoeve van de ontwikkeling van ballistische raketten die een nucleaire lading zouden kunnen dragen de komende 8 jaar van kracht, tenzij de VN-Veiligheidsraad daar bij individuele gevallen een uitzondering op toestaat. Zie ook de beantwoording van vraag 37.

85

Deelt u de overtuiging dat niet alleen de P5+1 maar ook Nederland een bijzondere verantwoordelijkheid heeft om scherp te zijn op de voortzetting van een Iraans Intercontinental Ballistic Missile (ICBM)-programma, aangezien Nederland al sinds de NAVO-top in Lissabon een specifieke NAVO-taak heeft geaccepteerd omtrent het bestrijden van ballistische raketten?

Nederland zal, zowel eigenstandig als in NAVO-kader, om deze reden de ontwikkelingen rondom het Iraanse ballistische raketten programma nauwlettend blijven volgen. Zie voorts de beantwoording van vraag 31.

86

Heeft het IAEA reeds aangegeven of het in staat zal zijn vast te stellen of het nucleaire materiaal in Iran voor vreedzame doeleinden wordt gebruikt?

Ja, het IAEA heeft sinds 2003 in verschillende rapporten aangegeven welke maatregelen, afspraken en informatie het nodig heeft om deze conclusie te kunnen trekken. Het huidige akkoord bevat de benodigde elementen en geeft het IAEA het benodigde mandaat. Het IAEA zal, als de verificatieafspraken volledig geïmplementeerd zijn, uiteindelijk twee conclusies kunnen trekken. Ofwel het IAEA concludeert dat al het nucleaire materiaal in Iran wordt gebruikt voor vreedzame doeleinden; óf het IAEA zal aangeven niet in staat te zijn dit te kunnen garanderen. Zie ook de beantwoording van vragen 42 en 43.

87

Klopt het dat de Fajr Industrial Group sanctieverlichting wacht? En klopt het dat een deel van de raketten die militante organisaties in de Gazastrook gebruiken of hebben gebruikt van dit bedrijf afkomstig zijn? Zo neen, wie is dan wel de producent van de Fajr-raketten?

De sancties tegen de Fajr Industrial Group en personen en entiteiten gelieerd daaraan blijven van kracht tot «Transition Day» (naar verwachting over acht jaar). Daarna zullen de reisbeperkingen, bevriezingen van tegoeden en het verbod op het verstrekken van economische middelen worden opgeheven, tenzij in de tussentijd een «snapback» van sancties heeft plaatsgevonden.

Het kabinet heeft geen informatie over de exacte samenstelling van het wapenarsenaal van de Palestijnse gewapende groepen in Gaza.

88

Kunt u, bij voorkeur middels een tabel, aangeven welke sancties, ingedeeld in categorieën op basis van de reden waarom ze zijn opgelegd, onder welke voorwaarden intact blijven en welke onder welke voorwaarden worden verlicht dan wel teruggedraaid?

Zie de beantwoording van vraag 70.

89

Zijn er personen die voorwaardelijk zullen verdwijnen van de VN-sanctielijst maar door de Amerikaanse nationale sanctielijst gesanctioneerd zullen blijven? En hoe zit dat met de Europese sanctielijst?

Alle VN-lidstaten zijn verplicht om beperkingen tegen personen en entiteiten die door de VN zijn aangenomen over te nemen. Dit hebben de VS en de EU dan ook gedaan. De VS en de EU hebben daarnaast aanvullende, autonome sancties ingesteld. Wanneer beperkende maatregelen op VN-niveau worden opgeschort of opgeheven, zullen deze ook van de EU- en VS-sanctielijsten moeten worden geschrapt. De VS en de EU mogen op grond van het akkoord geen nieuwe sancties instellen. De VS en de EU zouden dan ook het akkoord schenden wanneer zij beperkende maatregelen zouden instellen tegen personen of entiteiten die van de VN-sanctielijst zijn geschrapt. Het bovenstaande heeft slechts betrekking op de sancties die de EU heeft ingesteld vanwege Irans nucleaire programma. Autonome sancties die de EU en de VS op niet-nucleaire gronden tegen Iran hebben ingesteld (zoals de mensenrechten- en terrorismesancties) zullen onverkort van kracht blijven.

90

Wanneer denkt u dat de sancties verlicht kunnen worden? Durft u daar, gelijk uw Britse ambtgenoot, al een termijn aan te koppelen?

De sanctieverlichting zal in werking treden op het moment dat de IAEA heeft geverifieerd dat Iran aan zijn verplichtingen onder het JCPOA heeft voldaan («Implementation day»). Dit zal naar verwachting in de eerste helft van 2016 zijn.

91

Op welke wijze worden niet-P3+3 staten zoals Nederland geconsulteerd over en betrokken bij de uitwerking, voortgang en implementatie van het akkoord en kunt u nader toelichten hoe Nederlandse belangen zullen worden behartigd binnen de Joint Commission?

Nederland wordt zowel in EU- als IAEA-verband geconsulteerd en betrokken bij de uitwerking, voortgang en implementatie van het akkoord. Nederland was geen partij bij deze onderhandelingen en zal derhalve ook niet zelf plaatsnemen in de Joint Commission. Wel zal Nederland waar nodig indirect – via de EU en bilaterale contacten – zijn belangen naar voren brengen.

92

Kunt u toelichten welke arbitragemogelijkheden de Joint Commission zal hebben?

In het geval van significante niet-naleving door Iran zal in eerste instantie een geschillenbeslechtingsprocedure worden gestart binnen de Joint Commission, deze duurt maximaal 35 dagen. Wanneer het geschil niet binnen die tijd is opgelost, dan kan een van de E3+3 landen de VNVR hierover informeren.

93

Zijn er ervaringen uit het verleden met mechanismen vergelijkbaar met de «snapback» formule ter preventie van misbruik door een permanent lid van de VN-Veiligheidsraad (VNVR)?

Nee, dit is de eerste keer dat de normale stemmingsprocedure van de VN-Veiligheidsraad op deze manier is omgedraaid. Op deze manier kan voorkomen worden dat in het geval van niet-naleving van Iran één van de Permanente leden van de Veiligheidsraad de herinvoering van de sancties kan blokkeren. Dat betekent dat wanneer melding wordt gemaakt van een significante niet-naleving de sancties automatisch weer in werking treden, tenzij de Veiligheidsraad binnen 30 dagen besluit om de sanctieverlichting in stand te houden. Voor zover bekend is het de eerste keer dat er een dergelijke besluitvormingsprocedure is afgesproken.

94

Hoe verhoudt het Iraanse voornemen om voor het einde van dit jaar Russische luchtafweerraketten te kopen (van het type S-300), zich tot het voorlopig nog van kracht zijnde wapenembargo?

Zie de beantwoording van vraag 22.

95

Heeft de mensenrechtensituatie nog een rol gespeeld bij het besluit om op termijn het wapenembargo tegen Iran op te heffen?

De instelling van het wapenembargo tegen Iran is destijds niet verbonden aan de mensenrechtensituatie maar aan de zorgen over het Iraanse nucleaire programma. Vanwege de zorgen over de mensenrechtensituatie in Iran zijn er aparte sancties ingesteld, die nog van kracht blijven ongeacht de opheffing het wapenembargo.

96

Kunnen studenten uit Iran straks zonder restricties bèta-technische studies volgen aan Nederlandse universiteiten?

De VNVR-resolutie 2231 (2015), die het JCPOA bekrachtigt, voorziet erin dat het kennisembargo tegen Iran komt te vervallen als onderdeel van de eerste fase van sanctieverlichting, m.a.w. per «Implementation Day». De EU zal deze resolutie implementeren door het kennisembargo tegen Iran op te schorten via een Raadsbesluit per genoemde datum. Voor Nederland betekent dit dat de nationale sanctieregeling Iran 2012 aangepast zal moeten worden ter implementatie van het EU-Raadsbesluit en de VNVR-resolutie. Daarmee komt het vereiste voor alle studenten, inclusief Iraanse, om ontheffing aan te vragen voor de in de sanctieregeling genoemde gebieden van onderwijs en onderzoek niet te vervallen. Eenzelfde kennisembargo is immers nog steeds van toepassing jegens Noord-Korea.

97

Kunt u het snapbackmechanisme toelichten? Hoe waterdicht is dit mechanisme? En wat zijn mogelijke valkuilen, zowel voor de EU- als voor de VN-sancties?

Het «snapback» mechanisme houdt in dat wanneer Iran de afspraken in het Joint Comprehensive Plan of Action (JCPOA) niet nakomt, de sancties op korte termijn kunnen worden her-ingesteld. Dit proces bestaat uit twee delen:

Geschillenbeslechtingsprocedure (max. 35 dagen): Als een van de E3+3 landen meent dat er sprake is van niet-naleving door Iran kunnen zij dit voorleggen aan de Joint Commission, welke bestaat uit vertegenwoordigers van de E3+3 landen, de EU en Iran. De Joint Commission heeft vervolgens 15 dagen om tot een oplossing te komen. Overleg kan op verzoek ook op ministerieel niveau plaatsvinden. Hierna kan het land dat de klacht heeft ingediend of het land waartegen de klacht is gericht de kwestie nog voorleggen aan een Advisory Board, welke bestaat uit een vertegenwoordiger van elk van deze partijen en een onafhankelijk lid. De Advisory Board geeft binnen 15 dagen een niet-bindend advies aan de Joint Commission, die nog 5 dagen heeft om met dit advies de kwestie op te lossen. Deze procedure duurt in totaal dus maximaal 35 dagen, tenzij alle partijen ermee instemmen om de Joint Commission meer tijd te gunnen.

VN-Veiligheidsraad (max. 30 dagen): Wanneer het geschil niet is opgelost door de Joint Commission en er sprake is van significante niet-naleving, dan kan een van de E3+3 landen de VNVR hiervan op de hoogte stellen. De VNVR heeft vervolgens 30 dagen de tijd om een resolutie aan te nemen om de sancties niet opnieuw in te stellen. Als dit niet het geval is, worden de oude sancties automatisch weer van kracht. Het herinvoeren van de sancties kan dus niet geblokkeerd worden met een veto.

Dit «snapback» mechanisme is vastgelegd in het JCPOA in de paragrafen 36 en 37 en in VNVR-resolutie 2231 (2015) in de paragrafen 11 en 12. Het mechanisme blijft bestaan tot « Termination day», 10 jaar nadat het JCPOA van kracht wordt («Adoption Day»).

Wanneer de VN-sancties weer van kracht zouden worden, zijn alle VN-lidstaten verplicht deze te implementeren. De EU is verplicht de VN-sancties daarom zo snel mogelijk in het eigen sanctieregime over te nemen in geval van een «snapback».

De EU kent daarnaast ook autonome sancties tegen Iran. Het JCPOA kent geen «snapback mechanisme» voor deze autonome EU-sancties, maar dit zal desalniettemin worden opgenomen in het Raadsbesluit dat op «Adoption Day» wordt aangenomen. Belangrijk is dat de sancties tegen Iran eerst zullen worden opgeschort, voordat zij definitief worden opgeheven. Hierdoor hoeft bij een «snapback» de inhoud van de artikelen niet opnieuw te worden onderhandeld. Zodra er sprake is van significante niet-naleving door Iran, zal de Hoge Vertegenwoordiger een Raadsbesluit voorleggen aan de lidstaten om deze opschorting ongedaan te maken. Hierover zal op grond van het Verdrag van de Europese Unie met de gebruikelijke besluitvormingsprocedures moeten worden besloten (unanimiteit). Om te voorkomen dat één lidstaat de «snapback» kan blokkeren, is het voorstel dat de EU-lidstaten zich op «Adoption Day» door middel van een publieke verklaring zullen committeren om de sancties opnieuw in te stellen in het geval van niet-naleving door Iran. Nederland zet zich ervoor in dat de «snapback» van de autonome EU-sancties nog steviger verankerd zal worden, bij voorkeur in het Raadsbesluit.

98

Welke sancties tegen Iran vallen direct of indirect niet onder het akkoord en zullen, ook bij uitvoering door Iran van alle overeengekomen afspraken, overeind blijven?

Het akkoord heeft alleen betrekking op de EU-sancties tegen Iran in verband met haar nucleaire activiteiten. Dat betekent dat de sancties ingesteld vanwege de mensenrechtensituatie in Iran gewoon van kracht blijven. Daarnaast zijn ook verschillende personen met de Iraanse nationaliteit opgenomen op de EU terrorisme sanctielijst. Ook deze beperkende maatregelen blijven van kracht.

99

Heeft u de veiligheidssituatie voor Israël mee laten wegen bij het opstellen van de appreciatie van het akkoord met Iran?

In de appreciatie van het kabinet is het feit meegewogen dat door het afsnijden van de wegen naar een Iraans kernwapen een belangrijke veiligheidsdreiging voor de regio is weggenomen.

100

Bent u voorstander van het op termijn opheffen van het wapenembargo tegen Iran als dat land voldoet aan de voorwaarden uit het akkoord?

VNVR-resolutie 2231 creëert een aantal juridisch bindende verplichtingen, waaronder een uiteindelijke opheffing van het wapenembargo, voor alle VN-lidstaten. Nederland houdt zich als VN-lidstaat aan deze internationaal juridische verplichtingen.

101

Klopt het dat na door het IAEA geconstateerde overtredingen door Iran de VN-sancties zonder aparte stemming in de VN-Veiligheidsraad worden teruggeplaatst, maar dat voor de Europese sancties dit een unanimiteitsbesluit van de Europese Raad vereist? Hoe groot acht u de kans dat, gegeven de moeizame bewijzen waarmee Europa de vorige keer aansloot bij het Amerikaanse sanctiepakket, een dergelijk unaniem besluit kan worden verwacht, nu nagenoeg alle Europese landen over elkaar heen buitelen om geld te verdienen in Teheran?

Zie het antwoord op vraag 97.

102

Welke sancties en drukmiddelen zijn mogelijk bij niet-naleving van het akkoord door Iran, die niet significant is en dus buiten het «snapback» mechanisme valt?

Zodra een van de partijen van oordeel is dat Iran het akkoord niet naleeft, kan dit worden voorgelegd aan de Joint Commission. Zie voor meer uitleg over deze geschillenprocedure de beantwoording van vraag 97.

103

Vindt u dat de optie om militair in te grijpen op tafel moet blijven liggen richting Iran, nu u zelf stelt dat het nucleaire programma van Iran «een van de grootste veiligheidsdreigingen in het Midden-Oosten» vormt?

Het feit dat de partijen door middel van onderhandelingen tot een solide oplossing zijn gekomen toont de kracht van de multilaterale diplomatie. Het akkoord is gebaseerd op heldere en robuuste verificatieafspraken, stapsgewijze sanctieverlichting en een «snapback» mechanisme. De optie voor militair optreden ligt altijd op tafel, maar de internationale gemeenschap is er met dit akkoord in geslaagd om de noodzaak voor militaire ingrijpen juist in te perken.

104

Aangegeven wordt dat beide partijen concessies hebben gedaan. Kunt u aangeven welke concessies het Westen heeft gedaan richting Iran?

Nederland zat niet aan de onderhandelingstafel dus het kabinet kan niet met zekerheid aangeven welke concessies er door de onderhandelaars zijn gedaan. Het kabinet van mening dat de uitkomst voldoende stevig is en dit akkoord het hoogst haalbare resultaat is.

105

Hoe beoordeelt u de break-out time? Is deze voldoende, als mee wordt gewogen hoeveel tijd nodig is om verdachte activiteit vast te stellen en de productie van een kernwapen te voorkomen?

De break-out tijd refereert aan de tijd die nodig is om genoeg hoogverrijkt uranium te produceren voor één kernwapen (en dus niet de productie van een kernwapen zelf). De verhoging van de break-out tijd naar 12 maanden, in combinatie met de heldere en robuuste verificatieafspraken uit het akkoord, geven de internationale gemeenschap ruim voldoende tijd om te reageren in geval van niet-naleving van het akkoord door Iran.

106

Beschouwt u het voorkomen van een Iraans kernwapen naast een zaak van veiligheid voor het Midden-Oosten, ook als een zaak van nationale veiligheid?

Nucleaire dreigingen zijn uiteraard nooit uitsluitend regionaal van aard. Het feit dat er met het JCPOA één van de grootste veiligheidsdreigingen in het Midden-Oosten drastisch wordt ingeperkt is in het belang van Nederland en zijn bondgenoten.

107

Hoe verwacht u dat met dit akkoord de bilaterale betrekkingen met Iran zullen verbeteren?

Het kabinet spreekt de verwachting uit dat met dit akkoord de toon is gezet voor verbetering van de betrekkingen met Iran. Het akkoord creëert de mogelijkheid om de bilaterale relatie met Iran te verbreden en te intensiveren. Het kabinet spant zich in om de handelsrelatie te versterken en om de mogelijkheden tot samenwerking met de Iraniërs te onderzoeken op diverse terreinen. Tijdens mijn bezoek in Iran heb ik de wens uitgesproken om met Iran op politiek, economisch en cultureel vlak de samenwerking te intensiveren. Tot op heden beperkt de samenwerking met Iran zich, vanwege het bestaande sanctiekader, tot kennisuitwisseling op het gebied van water en landbouw. Na «Implementation day» en de verwachtte stapsgewijze sanctieverlichting zal Nederland meer op het economisch terrein kunnen doen. Dit zal helpen de bilaterale betrekkingen te verbreden en Nederland in staat stellen om ook over mensenrechten en de situatie in de regio in dialoog te blijven.

108

Maakt het Additioneel Protocol integraal onderdeel uit van het JCPOA? Wanneer verwacht u dat Iran het Additioneel Protocol zal ratificeren?

In het akkoord is afgesproken dat Iran vanaf «Implementation day» het Additioneel Protocol bij zijn Safeguards Agreement provisioneel zal uitvoeren. Ook is afgesproken dat Iran na 8 jaar (of eerder als het IAEA d.m.v. een brede conclusie concludeert dat het nucleaire programma van Iran volledig vreedzaam is) zal starten met het ratificatieproces.

109

Kunt u uiteenzetten welke terrorismesancties van de VS van kracht blijven? Tegen welke personen/groeperingen zijn deze sancties gericht?

Het akkoord heeft alleen betrekking op sancties in verband met de nucleaire activiteiten van Iran. Alle terrorismesancties van de EU en de VS blijven van kracht.

110

Zijn er op dit moment EU-terrorismesancties ingesteld tegen Iran? Zo ja, blijven deze sancties ook van kracht?

Op de EU terrorismelijst zijn momenteel verschillende mensen met de Iraanse nationaliteit geplaatst. U kunt deze terugvinden deze terug in Besluit (GBVB) 2015/521 van de Raad. Het akkoord met Iran heeft geen betrekking op deze sancties en zij zullen dan ook onverkort van kracht blijven.

111

Wat is het effect van het akkoord met Iran op de strijd tegen ISIS?

Waar Iran in de regio, en met name in Syrië, veelal andere belangen nastreeft dan Nederland en andere Westerse partners, heeft Iran ook belang bij de bestrijding van ISIS.

Het nucleaire akkoord opent de weg naar meer intensieve diplomatieke betrekkingen met Iran. Zo heb ik op 20 en 21 september jl. zelf een bezoek aan Iran gebracht. Onderdeel van mijn gesprekken daar was ook de rol van Iran in de regio. Ik heb daarbij een oproep gedaan aan de autoriteiten om de Iraanse invloed in de regio constructief aan te wenden. Iraanse gesprekspartners voorzagen een versterkte samenwerking tussen de EU en Iran op de regionale dossiers. Uitgangspunt daarbij was het gemeenschappelijk belang om terrorisme te bestrijden.

112

Is de EU eensgezind over haar positie en strategie ten aanzien van Iran? Zo niet, op welke punten verschillen de meningen?

Zoals aan de orde is gekomen tijdens de Raad Buitenlandse Zaken van 20 juli jl. zal de EU in de komende maanden bezien hoe invulling te geven aan de bredere relatie met Iran (zie ook het verslag hiervan in de Kamerbrief d.d. 30 juli 2015). Het is nog te vroeg om duiding te geven over de positie van afzonderlijke EU-lidstaten ten aanzien van Iran sinds het overeenkomen van het akkoord. Zoals in de Kamerbrief d.d. 26 augustus 2015 met de geannoteerde agenda voor de informele Raad Buitenlandse Zaken van 4 en 5 september 2015 geschetst is, acht het kabinet het van belang dat met EU-partners wordt bezien hoe invulling kan worden gegeven aan de bredere relatie met Iran.

113

Wanneer zal er vanuit Nederland een handelsmissie naar Iran worden ondernomen?

De Minister van Economische Zaken is voornemens dit najaar een economisch bezoek aan Iran te brengen. De vorm en inhoud van dit bezoek wordt de komende tijd nader uitgewerkt.

114

Waarom spreekt u slechts de verwachting uit dat regionale spanningen als gevolg van de atoomdeal kunnen toenemen? Erkent u dat de spanningen nu al oplopen, dat er grote onrust is in de Arabische wereld en er fors meer in Defensie geïnvesteerd wordt vanwege de angst voor Iran?

De regionale spanningen hebben verschillende oorzaken en zijn slechts voor een deel het gevolg van het akkoord. Het kabinet erkent dat de gepercipieerde toenadering tussen Iran en het Westen zorgt voor vragen in de regio, vooral bij Israël, Saoedi-Arabië en de andere Golfstaten. Een verbeterde relatie tussen Iran en het Westen zal de spanningen kunnen vergroten, maar biedt ook een kans om regionale en internationale diplomatie te versterken. Het kabinet erkent dat er in Saoedi-Arabië plannen bestaan om meer in defensie te investeren. Volgens IHS Jane’s zijn de defensie-uitgaven van de Golfstaten gedurende 2014 (het laatste jaar waarover gegevens beschikbaar zijn) overwegend constant gebleven. Desondanks zijn de defensie-uitgaven van Iran acht maal kleiner dan de gecombineerde defensie-uitgaven van de Golfstaten. De conventionele dreiging die van Iran uitgaat is dus relatief beperkt.

115

Deelt u de vrees dat, nu de atoomdeal het nucleaire programma van Iran niet beëindigt, andere landen in de regio over zullen gaan tot nucleaire programma's, zoals Turkije en Saoedi-Arabië?

Door het JCPOA kunnen de wegen naar een Iraans kernwapen worden afgesneden. Hierdoor kan de internationale gemeenschap – inclusief de landen in de regio – verifiëren dat Irans nucleaire activiteiten louter vreedzaam van aard zijn. Het kabinet heeft op dit moment dan ook geen aanwijzingen dat andere landen in de regio nucleaire programma’s ontwikkelen naar aanleiding van dit akkoord.

116

Welke activiteiten gaat u nog meer ontplooien bij uw bezoek aan Iran dit najaar?

Tijdens mijn bezoek aan Iran op 20 en 21 september sprak ik met de Iraanse president Rouhani, de Minister van Buitenlandse Zaken Zarif, de parlementsvoorzitter Larijani en de secretaris van de Iraanse nationale veiligheidsraad Shamkhani. Daarnaast bracht ik een bezoek aan Isfahan en sprak ik met de plaatsvervangend gouverneur van de stad over mogelijkheden voor samenwerking op het gebied van cultuur en onderwijs.

Het bezoek was een eerste gelegenheid sinds het bereiken van het nucleaire akkoord om aan Iran duidelijk te maken dat Nederland de betrekkingen met Iran op politiek, economisch en cultureel vlak wil verdiepen. Ik heb tijdens de gesprekken benadrukt dat het nucleaire akkoord een overwinning van multilaterale diplomatie is en de verwachting uitgesproken dat het als voorbeeld kan dienen voor de aanpak van de conflicten in de regio. Ook heb ik de boodschap overgebracht dat, na de «Implementation day» en bij stapsgewijze sanctieverlichting, vanuit Nederland belangstelling is voor het intensiveren van de economische betrekkingen in diverse kansrijke sectoren als energie (olie & gas, duurzame energie, maritiem/offshore), landbouw en water.

Daarnaast heb ik gesproken over de mensenrechtensituatie in Iran en het hoge aantal executies, waarvan ruim 80% te maken heeft met drugscriminaliteit. Iran erkende dit probleem en verwelkomde Nederland om gezamenlijk te zoeken naar oplossingen binnen de keten van drugsbestrijding. Ook liet Minister Zarif weten open te staan voor een dialoog over mensenrechten.

De situatie in de regio is uitgebreid aan de orde geweest, met name de zeer zorgelijke ontwikkelingen in Syrië en Jemen. Ten aanzien van Syrië heb ik de urgentie van een politieke oplossing onderstreept. De vluchtelingencrisis is onhoudbaar voor de regio en ook Europa is nu in toenemende mate een toevluchtsoord. Ik heb benadrukt dat Iran onderdeel uit moet maken van een op te richten internationale contactgroep ten behoeve van Syrië.

Ook is de situatie in Jemen besproken, waar de humanitaire noden nijpend zijn en een grondoffensief aanstaande lijkt terwijl ook dit conflict alleen maar politiek opgelost kan worden. Na overleg met de VN Special Gezant Ismail Ould Sheikh Ahmed, voorafgaand aan mijn reis naar Teheran, heb ik Iran gevraagd meer invloed uit te oefenen op de Houthis om middels een publieke verklaring de VN Veiligheidsraadsresolutie te verwelkomen en om de Jemenitische ministers vrij te laten.

117

Wat houdt de bredere mensenrechtendialoog, die u voornemens bent te gaan houden in Iran, meer concreet in?

Zie de beantwoording van vragen 116 en 118.

118

Op welke wijze gaat u de mensenrechten aankaarten in Iran?

Tijdens mijn recente bezoek aan Iran heb ik de mensenrechtensituatie in Iran aangekaart en gesproken over het alarmerend hoge aantal executies. Mijn Iraanse gesprekspartners deelden de zorg over het hoge aantal executies vanwege drugscriminaliteit. Nederland heeft aangeboden met Iran te bezien op welke manier samengewerkt kan worden om drugscriminaliteit tegen te gaan zodat ook het aantal opgelegde doodstraffen en uitgevoerde executies teruggebracht kan worden.

Minister Zarif liet weten open te staan voor een gesprek over de mensenrechten in Iran. Ik zie dit als een eerste opening om mensenrechten aan te blijven kaarten in Iran.

119

In hoeverre leidt de atoomdeal volgens u tot radicalisering binnen de soennitisch-Arabische wereld en tot toenadering van landen als Saoedi-Arabië en de Golfstaten tot de Moslimbroederschap en jihadistische bewegingen?

De Golfstaten, inclusief Saoedi-Arabië, hebben zich positief uitgesproken over het akkoord. Dit laat onverlet dat de gevoeligheden en tegenstrijdige belangen van de diverse spelers in de regio niet zijn afgenomen.

120

Aangegeven wordt dat het kabinet waarde hecht aan onverminderde aandacht voor de mensenrechtensituatie in Iran. Hoe wilt u hier invulling aan geven? Klopt het dat de mensenrechtensituatie het afgelopen jaar verslechterd is?

Het klopt dat de mensenrechtensituatie op bepaalde punten verslechterd is. Zo is het aantal executies het afgelopen jaar toegenomen in vergelijking met het voorgaande jaar. Het kabinet hecht er mede daarom aan dat de mensenrechtensituatie in Iran onverminderd aandacht krijgt. Sancties die zijn ingesteld n.a.v. mensenrechtenschendingen blijven ook van kracht na het akkoord. Zie voor de invulling van de Nederlandse inzet het antwoord op vragen 116 en 118.

121

Welke maatregelen kan de internationale gemeenschap nemen als Iran, al dan niet met de vrijgekomen gelden, steun aan niet-statelijke terreurorganisaties intensiveert?

De maatregelen die de internationale gemeenschap kan nemen als een land steun aan niet-statelijke terreurorganisaties intensiveert, zijn beperkt. Dit geldt ook voor Iran. Wel kan de internationale gemeenschap, indien dat nog niet het geval is, niet-statelijke organisaties op een terreurlijst zetten om zo de bewegingsvrijheid en financiële capaciteit van de organisatie in te perken. Verder kan de internationale gemeenschap in bilateraal en multilateraal verband deze steun aan niet-statelijke terreurorganisaties aan de kaak stellen.

122

Wat verandert er bij ratificatie van dit akkoord voor Europese bedrijven die de Iraanse markt willen betreden?

De stapsgewijze sanctieverlichting biedt Europese bedrijven de kans om in toenemende mate weer regulier zaken te gaan doen met Iraanse counterparts. Het bedrijfsleven zal daarbij rekening moeten houden met de mogelijkheid dat bij een eventuele schending van het akkoord een «snapback» van de sancties kan plaatsvinden. Zie voor een geheel overzicht van de sanctieverlichting op VN-, EU- en VS-niveau ten gevolge van het akkoord de beantwoording van vraag 70.

124

Begrijpt u de kritiek dat dit akkoord kan worden gezien als een beloning van mensenrechtenschendingen van het Iraanse regime?

Nee, het akkoord betreft het nucleaire programma van Iran en snijdt de wegen naar een eventueel Iraans kernwapen af. Er is geen enkel verband tussen de mensenrechtenschendingen van het Iraanse regime en het akkoord. Sancties die op niet-nucleaire gronden tegen Iran zijn ingesteld (zoals de EU-mensenrechtensancties en de VS-terrorismesancties) zullen onverminderd van kracht blijven. Iran wordt daarmee niet beloond voor mensenrechtenschendingen.

125

Wordt het akkoord door de bevolking van Iran ervaren als een overwinning, dan wel een succes van het bewind? Zo ja, deelt u dan de vrees dat het akkoord op maatschappelijk vlak de interne druk om te hervormen wegneemt, ten nadele van de mensenrechten?

De positieve gevolgen van het akkoord voor Iran onderstrepen de voordelen van het naleven van internationale normen. Indien Iran de afspraken in het akkoord nakomt en sanctieverlichting plaatsvindt, zal dit een aansporing vormen om op de gekozen weg door te gaan.

126

Verwacht u dat het akkoord met Iran positieve gevolgen kan hebben voor andere diplomatieke dossiers? Verwacht u bijvoorbeeld dat de deal het werk van VN-onderhandelaar De Mistura ten goede kan komen? En zo ja, hoe?

Zie de beantwoording van vraag 111. Het kabinet heeft kennisgenomen van de aankondiging dat Iran op korte termijn een vredesplan voor Syrië aan de VN wil presenteren. Tijdens mijn bezoek aan Iran heb ik met Minister Zarif gesproken over het plan. Het plan behelst de volgende stappen: 1) het vormen van een regering van nationale eenheid; 2) de regering van nationale eenheid komt een Grondwet overeen, al dan niet lokaal worden staakt het vuren overeenkomsten gesloten en er wordt gezamenlijk opgetrokken tegen Daesh; 3) de nieuwe Grondwet wordt aangenomen al dan niet via een referendum; 4) nationale verkiezingen worden gehouden conform de Grondwet.

Het is nog te vroeg om te beoordelen of het plan, gegeven de complexe context in Syrië een kans van slagen heeft en of er daadwerkelijk Iraanse bereidheid is om een diplomatieke uitweg uit het conflict te vinden. Het is nu van groot belang dat in nauw overleg met de VN en andere landen in de regio gekeken wordt naar haalbaarheid van alle ideeën die op tafel liggen. Dit zal via VN-consultaties dienen te geschieden of via een hiertoe op te richten contactgroep. In de visie van het kabinet zou ook Iran aan deze contactgroep deel moeten nemen en zich constructief moeten opstellen bij het vinden van een politieke oplossing voor het conflict in Syrië.

127

Wat wordt het doel van uw voorgenomen bezoek aan Iran? Wat hoopt u met het bezoek te bereiken? Of is het aankaarten van de mensenrechten uw enige dan wel primaire doel?

Zie de beantwoording van vraag 116

128

Wordt de Nederlandse ambassade te Teheran versterkt? Zo ja, hoe?

Ja, de Nederlandse ambassade te Teheran zal in 2016 versterking krijgen van één extra medewerker ten behoeve van de economische werkzaamheden van de ambassade.

129

Kunt u toelichten welke rol Nederland zal spelen binnen het verificatieproces?

Nederland zal in zijn rol als lidstaat van het IAEA blijven toezien op een tijdige en zorgvuldige implementatie van het verificatieproces. Dit houdt in dat Nederland via de politieke organen van het IAEA (de Algemene Vergadering en de Bestuursraad) individueel en in EU-verband controle uitoefent door de rapportages over de verificatie van Irans nucleaire programma te analyseren en als daartoe aanleiding is oefent Nederland, bilateraal en in EU-verband, eventuele druk uit op Iran. Daarnaast helpt Nederland er door middel van verschillende extra-budgettaire financiële bijdrages aan het IAEA voor te zorgen dat de organisatie voldoende middelen heeft voor een goede en betrouwbare verificatie van het akkoord.


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven