Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 december 2015
Naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties over
de laatste stand van zaken over de Isla-raffinaderij en de Geschillenregeling, bericht
ik u als volgt.
Isla-raffinaderij
In het begrotingsdebat van 8 oktober jl. (Handelingen II 2015/16, nr. 12, item 7) heb ik aangegeven om binnen twee maanden een brief te sturen, waarin ik u een actuele
stand van zaken zal geven met betrekking tot de Isla-raffinaderij. Voor deze brief
is het antwoord dat ik op korte termijn verwacht te ontvangen van de Minister-President
van Curaçao relevant (zie mijn brief van 27 oktober jl., met een afschrift aan uw
Kamer). Het is daarom mijn intentie na ontvangst van het schrijven van Curaçao uw
Kamer nader te informeren, maar wel zodanig dat uw Kamer ruim voor het Algemeen Overleg
van 28 januari 2016 over de benodigde informatie kan beschikken.
Geschillenregeling
Zoals u weet, heb ik de Ministers-Presidenten van Aruba en Curaçao begin november
schriftelijk voorgesteld tijdens mijn bezoek aan deze landen de contouren te verkennen
van een tijdelijke geschillenregeling. Ik heb bij die gelegenheid de tijdelijkheid
van een dergelijke regeling benadrukt; het is nog steeds mijn intentie om op termijn
te komen tot een in een Rijkswet vast te leggen definitieve regeling.
Minister-President Eman gaf in ons gesprek aan dat hij sympathiek tegenover het initiatief
staat en het voorstel naar de Staten van Aruba heeft gezonden met het verzoek het
op zijn merites te bezien. De Minister-President heeft toegezegd dat hij het voorstel
onder de expliciete aandacht van de Staten zal brengen. Het gesprek met Minister-President
Whiteman verliep in grote lijnen eender. De Minister-President heeft mijn voorstel
met de ministerraad van Curaçao gedeeld met het verzoek dit te bespreken met de politieke
achterban. Hij vindt het van groot belang dat het voorstel met alle fracties wordt
afgestemd.
Ik stel beide regeringen graag in de gelegenheid het voorstel zorgvuldig te bestuderen.
Ook de regering van Sint Maarten heeft het voorstel inmiddels ontvangen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.H.A. Plasterk