34 293 Renovatie Binnenhof

Nr. 51 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 maart 2019

Op 27 februari jl. heb ik u de tweede rapportage van het project Renovatie Binnenhof toegezonden (Kamerstuk 34 293, nr. 50). Naar aanleiding hiervan en met het oog op het algemeen overleg Renovatie Binnenhof op 7 maart aanstaande, heeft de commissie voor Binnenlandse Zaken aan mij twee aanvullende vragen gesteld met het verzoek deze uiterlijk 6 maart te beantwoorden. Hierbij stuur ik u het antwoord op beide vragen.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops

Vraag 1

Hoe groot zijn met de kennis van nu de extra kosten ten opzichte van de 475 miljoen euro die voor de renovatie wordt uitgetrokken? Deze ten minste uitsplitsen in 1) Indexatie; 2) additionele duurzaamheidsmaatregelen; 3) niet-huisvestingskosten.

Antwoord 1

Ad 1) Zoals aangegeven in mijn tweede rapportage Renovatie Binnenhof (Kamerstuk 34 293, nr. 50) van 27 februari jl., paragraaf 7, pagina 9, geeft de huidige marktsituatie aanleiding voor financiële spanning op het beschikbare budget. Ik heb tevens aangegeven dat in de komende maanden duidelijk wordt hoe groot de prijsstijging in de bouwsector op dit moment is en wat dit betekent voor de renovatie. Zodra hierover meer duidelijkheid is, zal ik de Tweede Kamer informeren.

Ad 2) In mijn tweede rapportage Renovatie Binnenhof van 27 februari jl. is op pagina 3 en 4 aangegeven welke duurzaamheidsmaatregelen gefinancierd kunnen worden binnen het budget van € 475 mln. (prijspeil 2015). Gegeven het budget en de discussie over duurzaamheidsmaatregelen met uw Kamer heb ik hiermee een pakket aan maatregelen ingepast. Daarnaast worden de op pagina 4 van de rapportage genoemde drie optionele maatregelen, te weten regenwaterretentie, energie managementsysteem en waterloze urinoirs, financieel getoetst. Dan wordt ook duidelijk welk deel van deze drie opties binnen het taakstellend budget kan worden opgevangen, kansrijk zijn om te realiseren, een reële terugverdientijd kennen en passen binnen de kaders van de renovatie, waaronder de monumentale randvoorwaarden.

Ad 3) Tijdens de Regeling van Werkzaamheden op 12 februari 2019 (Handelingen II 2018/19, nr. 52) is verzocht om een brief over de niet-huisvestingskosten op basis van een artikel in het AD op 12 februari 2019. Deze kosten zijn niet onverwacht maar wat betreft aard al bekend sinds 2015. Zoals ik in de Basisrapportage over de renovatie van het Binnenhof van 29 maart 2018 reeds heb aangegeven, zijn dit de kosten die nog nader in beeld gebracht moeten worden. Dit is momenteel gaande en zal naar verwachting de komende weken worden afgerond.

Vraag 2

Een overzicht van reeds geïdentificeerde niet-huisvestingskosten (ook die nog niet te kwantificeren zijn).

Antwoord 2

De gebruikers zullen als gevolg van de renovatie kosten hebben, aanvullend op hun normale bedrijfsvoeringskosten. Zoals ik in de Basisrapportage over de renovatie van het Binnenhof van 29 maart 2018 reeds heb aangegeven, zijn dit de kosten die nog nader in beeld gebracht moeten worden. Een eerste inventarisatie is bekend. De inzet van alle gebruikers en het RVB is uiteraard om zo sober en doelmatig mogelijk met deze kosten om te gaan. Ik zal de Tweede Kamer informeren als er nadere besluitvorming heeft plaats gevonden.

Naar boven