34 284 Groen onderwijs

Nr. 6 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 december 2015

De motie Van Meenen c.s. (Kamerstuk 34 300, nr. 91) verzoekt de regering om voorbereidingen te treffen voor de overheveling van het groen onderwijs naar het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). In aanvulling hierop heeft de vaste Kamercommissie voor OCW aan de Minister van OCW gevraagd om een brief met een beschrijving van een tijdpad en (proces)stappen die worden genomen om tot uitvoering van deze motie te komen. In deze brief informeren wij u op welke wijze het kabinet gevolg geeft aan deze aangenomen motie.

De Kamer spreekt in de motie uit dat de verworvenheden van het groene onderwijs behouden moeten blijven en als inspiratie dienen voor het hele onderwijs. Net als uw Kamer hecht het kabinet aan de verworvenheden en kwaliteiten van het groene onderwijs, zoals opgebouwd binnen de zogeheten gouden driehoek, de samenwerking tussen overheid, onderwijs en bedrijfsleven. Tegelijkertijd liggen er kansen in cross-sectorale samenwerking met andere sectoren.

Het groen onderwijs is kleinschalig georganiseerd en sterk praktijkgericht, met leren en werken in actuele bedrijfssituaties. Het groen onderwijs is bovendien sterk internationaal gericht en betekenisvol voor en veelal koploper in het bevorderen van scholing en kennis over duurzaamheid.

Het kabinet zal onderzoeken aan welke voorwaarden voldaan moet worden om deze verworvenheden en kwaliteiten van het groen onderwijs bij een overheveling naar OCW te behouden, en om kansen te verzilveren. Tevens zal in kaart worden gebracht op welke wijze overheveling mogelijk is opdat aan deze voorwaarden wordt voldaan.

Tegelijkertijd richt het kabinet zich op een strategische meerjarige ontwikkelagenda voor het groen onderwijs voor de komende tien jaar. Het gaat hierbij om noodzakelijke vernieuwing en een nog betere aansluiting op de vraag uit de arbeidsmarkt, meer samenwerking met het overig onderwijs en meer doelmatigheid in het opleidingsaanbod. Daarmee wil het kabinet tevens de regeerakkoordtaakstelling voor het groen onderwijs van 33 miljoen euro vanaf 2016 verder invullen (Kamerstuk 34 284, nr. 1). De Staatssecretaris van Economische Zaken zal daarover op korte termijn overleg voeren met de onderwijsinstellingen van het groen onderwijs en het bedrijfsleven.

Het kabinet zal uw Kamer na de zomer van 2016 over de uitkomsten van dit onderzoek informeren, zodat deze kunnen worden betrokken bij de formatie van een nieuw kabinet.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

Naar boven