34 146 Wijziging van diverse onderwijswetten in verband met het aanbrengen van enkele inhoudelijke wijzigingen van diverse aard

Nr. 5 VERSLAG

Vastgesteld 26 maart 2015

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen. Onder het voorbehoud dat de hierin gestelde vragen en gemaakte opmerkingen voldoende zullen zijn beantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel genoegzaam voorbereid.

Inhoud

ALGEMEEN

1

1.

Inleiding

2

2.

Voorgestelde wijzigingen

2

2.1

Beleggen en belenen

2

2.1.1

Regeling beleggen en belenen (OCW)

2

ALGMEEN

De leden van de PvdA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de voorgenomen wijziging van diverse onderwijswetten. Zij merken op dat er met dit wetsvoorstel in een wettelijke grondslag wordt voorzien voor het stellen van regels door de Minister over het uitzetten van gelden, het aangaan van geldleningen en het aangaan van verbintenissen voor financiële producten. Gezien de financiële problemen bij verschillende onderwijsinstellingen, als gevolg van het afsluiten van ondeugdelijke en/of zeer complexe en risicovolle financiële producten en constructies, hebben de leden enkele vragen.

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het onderhavige wetsvoorstel waarbij een aantal inhoudelijke wijzigingen worden aangebracht ten aanzien van onder meer beleggen en belenen en het uitzonderen van praktijkonderwijs van de fusietoets. Deze leden hebben nog wel een aantal vragen.

1. Inleiding

De leden van de CDA-fractie kunnen zich vinden in het uitzonderen van de praktijkscholen bij de fusietoets.

2. Voorgestelde wijzigingen

2.1 Beleggen en belenen

De leden van de CDA-fractie onderschrijven de doelstelling van het beleid ten aanzien van beleggen en belenen. Met publiek geld moet, zo menen deze leden, geen onnodig risico worden gelopen. Deze leden vragen de regering toe te lichten wat ten aanzien van het beleid voor beleggen en belenen nu verandert ten opzichte van de huidige situatie. Welke sancties kunnen straks door dit wetsvoorstel wel worden getroffen en nu nog niet, zo vragen zij.

2.1.1 Regeling beleggen en belenen (OCW)

De leden van de PvdA-fractie merken op dat recent duidelijk is geworden dat het roc1 Leiden in grote financiële problemen is gekomen door een risicovolle financiële constructie met een derde partij. De leden merken op dat er geen sprake is geweest van het gebruik van derivaten. Desondanks is het onderwijs en de onderwijskwaliteit in het geding gekomen en is het roc Leiden niet langer levensvatbaar. De leden merken voorts op dat het wenselijk is om duidelijke kaders te stellen voor het uitzetten van gelden, het aangaan van geldleningen en het aangaan van verbintenissen voor financiële producten. Deelt de regering deze opvatting? Schatkistbankieren is, zoals wordt gesteld in de beleidsdoorlichting schatkistbankieren, risicoarm en doelmatig en instellingen houden hun middelen aan in de schatkist van het Rijk via eenvoudige en transparante producten2. Deelt de regering de opvatting van deze leden dat dit grote voordelen zijn ten opzichte van andere, meer risicovolle wijzen van financiering? Zo ja, welke mogelijkheden ziet zij tot het verplichten van onderwijsinstellingen om zich te beperken tot schatkistbankieren? Acht zij het wenselijk om schatkistbankieren als de preferente en (mogelijk) enige wijze van financiering voor onderwijsinstellingen aan te wijzen? Zo nee, waarom niet? Welke redenen zijn er om meer risicovolle financiële constructies toe te blijven staan, hoewel deze de onderwijskwaliteit in gevaar brengen en er voor zorgen dat onderwijsinstellingen mogelijk zelfs failliet gaan, zo vragen de genoemde leden.

De voorzitter van de commissie, Wolbert

Adjunct-griffier van de commissie, Bosnjakovic


X Noot
1

Roc: regionaal opleidingscentrum

X Noot
2

Kamerstuk 31 935, nr. 3

Naar boven