34 028 Verslagen van de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven

Nr. 2 VERSLAG OVER HET VERZOEKSCHRIFT1 VAN I.S. TE M.2 BETREFFENDE DE AFHANDELING VAN EEN KLACHT DOOR HET CJIB

Vastgesteld 6 november 2014

Klacht

Verzoekster maakt bezwaar tegen de verhoging van de administratiekosten door het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) en tegen de opstelling van en klachtbehandeling door het CJIB.

Naar aanleiding van deze klacht heeft de Minister van Veiligheid en Justitie inlichtingen verstrekt aan de commissie.

Feiten

Aan verzoekster zijn in verband met verkeersovertredingen administratieve sancties opgelegd. Het bedrag van de drie sancties heeft zij niet met de bijgesloten acceptgirokaarten, maar per internetbetaling aan het CJIB overgemaakt zonder daarbij de verschuldigde administratiekosten te voldoen. Deze kosten heeft verzoekster alsnog voldaan zonder daarbij de juiste betalingskenmerken te vermelden. Dit heeft geleid tot wederzijdse verwarring bij het CJIB en bij verzoekster. Omdat het CJIB dit bedrag niet kon bestemmen is het aan verzoekster gerestitueerd. Vervolgens zijn aan verzoekster administratieve sanctieverhogingen opgelegd. Zij heeft over deze gang van zaken een klacht bij het CJIB ingediend die ongegrond is verklaard.

Overwegingen

De Minister stelt vast dat als gevolg van het wettelijk systeem van verhogingen vergaande consequenties verbonden kunnen zijn aan een niet verwijtbare verschrijving of vergissing. Daarom heeft het CJIB kort geleden een nieuwe werkwijze ingevoerd die inhoudt dat betrokkene in de gelegenheid wordt gesteld het openstaande bedrag alsnog te voldoen. De opgelegde verhoging wordt buiten invordering gesteld indien dit bedrag is voldaan.

Met betrekking tot de onderhavige casus heeft het CJIB aan verzoekster bericht dat de opgelegde verhogingen alsnog ongedaan gemaakt zullen worden.

Oordeel van de commissie3

Nu kan worden vastgesteld dat het CJIB alsnog aan de klacht van verzoekster is tegemoet gekomen en verzoekster verder niet meer gereageerd heeft op de inlichtingen die door de Minister ter zake zijn verstrekt, is de commissie van oordeel dat deze casus hiermee als afgedaan kan worden beschouwd.

Voorstel aan de Kamer

Er is geen aanleiding om de Kamer een voorstel te doen.

De voorzitter van de commissie, Neppérus

De griffier van de commissie, Roovers


X Noot
1

Dit adres en de stukken welke de commissie bij haar onderzoek ten dienste hebben gestaan, liggen op het commissiesecretariaat Verzoekschriften, Lange Poten 4, Den Haag, ter inzage van de leden.

X Noot
2

Naam en adres van verzoeker zijn de commissie bekend.

X Noot
3

De commissie bestaat uit de leden: Neppérus (voorzitter) (VVD), Jacobi (PvdA), Van Raak (SP), Van Toorenburg (CDA), Berndsen-Jansen (D66), Schouw (D66), Helder (PVV), Klein (50PLUS/Klein), Dik-Faber (CU), Van der Linde (VVD) en de plaatsvervangend leden Van Oosten (VVD),Kuzu (PvdA), Van Nispen (SP), Krol (50PLUS/Baay-Timmerman).

Naar boven