De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel XV worden na onderdeel I twee onderdelen ingevoegd, luidende:
Ia
Het opschrift van hoofdstuk IV, afdeling 8, komt te luiden: Afdeling 8. Overgangsregelingen.
Ib
Na artikel 31a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 31b
-
1. Met betrekking tot afvalstoffen als bedoeld in artikel 28, eerste lid, onderdeel b,
die in de periode van 1 januari 2015 tot en met 30 juni 2015 worden afgegeven bij
een inrichting als bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel f, onder 2°, is het
tarief, in afwijking van artikel 28, eerste lid, onderdeel b, nihil, indien de houder
van de inrichting aantoont dat deze afvalstoffen:
-
a. voor 1 januari 2015 aan de houder van de inrichting ter verwijdering zijn afgegeven;
-
b. door de houder van de inrichting tijdelijk buiten de inrichting zijn opgeslagen; en
-
c. vanuit de plaats van opslag rechtstreeks en onvermengd bij de inrichting zijn afgegeven
ter verwijdering.
-
2. Bij regeling van Onze Minister kunnen nadere regels worden gesteld ten behoeve van
de uitvoering van dit artikel.
Toelichting
Dit amendement voorziet in een overgangsregeling in de afvalstoffenbelasting voor
de situatie dat afvalstoffen al in 2014 ter verbranding aan een inrichting zijn afgegeven
maar tijdelijk buiten de inrichting zijn opgeslagen, en pas in 2015 naar de inrichting
worden overgebracht ter verbranding. De overgangsregeling leidt tot een derving van
naar schatting zo´n € 5 miljoen.
Met ingang van 1 januari 2015 wordt mede afvalstoffenbelasting geheven voor afvalstoffen
die worden verbrand. Dit is geregeld in artikel XV, onderdelen F tot en met I, van
het wetsvoorstel. Het tarief bedraagt vanaf die datum € 13 per ton afvalstoffen. De
belasting wordt verschuldigd op het moment van afgifte van het afval bij de inrichting.
Soms zijn afvalstoffen echter al in 2014 aan de houder van de inrichting afgegeven,
maar door deze tijdelijk elders opgeslagen in verband met een evenwichtige spreiding
van de afvalverbranding. Daarbij speelt een rol dat de afvalstoffen door het jaar
heen niet altijd gelijkmatig worden aangevoerd, terwijl bij de bedrijfsvoering wel
behoefte bestaat aan een constante invoer van afvalstoffen in de verbrandingsinstallatie.
Voor deze specifieke situatie wordt in het voorgestelde artikel 31b van de Wet belastingen
op milieugrondslag een overgangsregeling getroffen. Deze regeling houdt in dat bij
afgifte van dergelijke afvalstoffen aan de inrichting in de periode van 1 januari
tot en met 30 juni 2015 nog het tarief van nihil kan worden toegepast. De afvalstoffen
moeten dan wel rechtstreeks en onvermengd van de opslagplaats worden overgebracht
naar de inrichting. Bij ministeriële regeling kunnen nadere uitvoeringsregels worden
gesteld.
De eenmalige derving van € 5 miljoen door de overgangsregeling, wordt gedekt uit het
amendement Koolmees/Dijkgraaf onder Kamerstukken 34 002, nr. 69 rondom een exportheffing voor afvalstoffen.
Groot Neppérus