34 000 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2015

Nr. 96 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 december 2014

Hierbij stuur ik u het rapport «het Resultaat telt particuliere klinieken 2013»1.

In het rapport stelt de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) dat het kwaliteitsbewustzijn in de klinieken toeneemt. De IGZ wijst er tegelijkertijd op dat de risico’s scherper in beeld moeten komen willen de klinieken daar specifiek beleid op kunnen voeren. In het rapport beschrijft de IGZ per onderdeel de belangrijkste resultaten en welke vervolgacties zullen volgen naar aanleiding van de geconstateerde risico’s en tekortkomingen.

Het is voor de zesde keer dat de IGZ rapporteert over de resultaten op de kwaliteitsindicatoren particuliere klinieken van het betreffende verslagjaar. Sinds 2008 ontwikkelt de IGZ jaarlijks een Basisset Particuliere Klinieken die elk jaar tot stand komt in samenwerking met de Orde van Medisch specialisten, wetenschappelijke verenigingen en de brancheorganisatie Zelfstandige klinieken Nederland (ZKN). De IGZ gebruikt de indicatorenset vooral voor risicobeoordeling: bij welke klinieken is inspectiebezoek aangewezen en welke zorgprocessen vragen extra aandacht. De indicatoren en de resultaten zijn voor de zorgaanbieders zelf van groot belang om te kunnen sturen op risico’s en op zorgprocessen.

De zorg die geleverd wordt in particuliere klinieken moet aan dezelfde (veld)normen en richtlijnen voldoen als die gelden voor de zorg in ziekenhuizen. In het onderzoek van de IGZ over 2013 zijn in totaal 328 klinieken en 55 medisch diagnostische centra betrokken.

Bevindingen

Algemeen beeld

De IGZ vindt het algemene beeld positief vanwege een toename van kwaliteitsbewustzijn. Zo is het percentage klinieken met een kwaliteitscertificering gestegen van 55% in 2012 naar 77% in 2013.

De IGZ constateert een lichte daling van het aantal kinderen dat behandeld wordt in particuliere klinieken. Dat beoordeelt de IGZ als positief aangezien de behandeling van kinderen extra waarborgen vraagt die in particuliere klinieken niet altijd voorhanden zijn. Ook ziet de IGZ dat klinieken in toenemende mate de toegepaste rimpelvullers registreren.

Het is het tweede jaar dat de IGZ de diagnostische centra betrekt bij het onderzoek en toetst aan het door de IGZ gewenste kwaliteitsniveau. Uit het rapport blijkt dat de diagnostische centra aan dit niveau voldoen, een enkele uitzondering daargelaten. In die situaties doet de IGZ navraag en neemt maatregelen waar nodig.

De IGZ ziet ook specifieke risico’s.

Discrepantie OK klasse, uitgevoerde ingreep en normstelling

Bij een deel van de klinieken voor oogheelkunde en cosmetische ingrepen paste het type operatiekamer niet bij de normen die zijn gesteld voor deze ingrepen.

De IGZ toetst momenteel in een nader onderzoek de uitkomst van deze bevinding en maakt de resultaten daarvan zoals gebruikelijk bekend op de site van de IGZ.

De IGZ ziet ook een stijging van het aantal behandelde patiënten met een hoge zorgzwaarte en van het aantal klinieken waar patiënten met ASA-klasse 32 of hoger invasief worden behandeld. De IGZ verwacht van het veld dat de normstelling terzake per 1 april 2015 rond is.

De IGZ heeft intussen bij klinieken die patiënten met een ASA-klasse 3 of hoger behandelen, specifieke aandacht voor het percentage heroperaties, aanvullend beleid ten aanzien van infectiepreventie en time-out procedures.

Normstelling kinderen

Het normenkader voor de behandeling van kinderen in particuliere klinieken waar de IGZ al eerder, naar aanleiding van het rapport over het verslagjaar 2012 op heeft aangedrongen bij de betreffende wetenschappelijke verenigingen, is nog niet beschikbaar. In 2013 is zoals hiervoor aangegeven weliswaar een lichte daling gezien van het aantal kinderen dat behandeld wordt, maar het aantal klinieken waar kinderen worden behandeld die jonger zijn dan 18 jaar is gestegen. De IGZ toetst bij al haar bezoeken aan klinieken de aard van de ingrepen bij kinderen. Wat betreft de norm voor cosmetische ingrepen 3 4, dat er geen ingrepen bij patiënten jonger dan 18 jaar worden uitgevoerd, constateert de IGZ dat deze goed wordt nageleefd.

Screening op delirium

De structurele screening van patiënten op een delirium is weliswaar gestegen van 3% naar 13%, maar de IGZ vindt dat het percentage verder omhoog moet en benadert actief de klinieken die niet over een screening beschikken.

Reactie

Ik dank de IGZ voor het rapport over 2013. Het geeft helder inzicht waar de actuele specifieke risico’s zitten in deze sector. Dat biedt allereerst een belangrijk aangrijpingspunt voor de klinieken zelf om de noodzakelijke verbeteringen door te voeren. Het verbeteren en borgen van de kwaliteit en veiligheid ziet deze sector terecht als een prioriteit waar in de afgelopen jaren fors in is geïnvesteerd. Maar we weten ook dat het verbeteren van kwaliteit en veiligheid een continu proces is, omdat risico’s veranderen in relatie tot ontwikkelingen in onder meer technologie en verschuivingen in de zorgsector.

Zorgaanbieders en professionals hebben een professionele verantwoordelijkheid om zich onverkort in te zetten voor goede en veilige zorg voor de patiënt en de noodzakelijke kwaliteitsverbeteringen die op basis van dit IGZ rapport noodzakelijk zijn. De cliënt en de patiënt hebben immers recht op veilige zorg en moeten daar op kunnen vertrouwen. Normontwikkeling is daarbij van groot belang, in het bijzonder voor sectoren waar hier voorheen relatief weinig aandacht voor was zoals in de cosmetische sector. De IGZ constateert dat diverse wetenschappelijk verenigingen gezamenlijk bezig zijn om de randvoorwaarden voor verantwoorde cosmetische zorg te bepalen. Ik benadruk het belang daarvan en roep partijen op om die noodzakelijke randvoorwaarden inderdaad op afzienbare termijn vast te stellen. Ook verzekeraars hebben een verantwoordelijkheid bij de inkoop van zorg. Daarin ligt een belangrijke prikkel voor het verbeteren van de kwaliteit en de veiligheid in deze sector. De IGZ blijft de ontwikkelingen in deze sector nauwlettend volgen en neemt zo nodig maatregelen, zoals ook aangekondigd in dit rapport. Daarnaast werkt de IGZ aan een plan van aanpak voor het toezicht op de cosmetische sector dat aan uw Kamer toegezonden zal worden.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2
X Noot
3

NVPC. Leidraad plastische chirurgie en esthetische behandelingen in particuliere klinieken; 2012.

X Noot
4

NGRC. Consensus Refractiechirurgie; 2013.

Naar boven