34 000 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2015

Nr. 36 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 november 2014

In uw brief d.d. 16 oktober jl. over de toezending van regeringsstukken vraagt u aandacht voor het feit dat bij «herhaling beleidsstukken de Kamer op een zeer laat moment bereiken met het oog op bespreking in een overleg/debat». Het is uiteraard het streven van zowel de Staatssecretaris als mijzelf om beleidsstukken u tijdig toe te sturen. Echter in afgelopen periode hebben we in een aantal gevallen geoordeeld dat het toch nog relevant was om bijvoorbeeld bepaalde rapporten al dan niet voorzien van een (kort) beleidsstandpunt u alsnog toe te sturen, vanwege de relatie met het onderwerp van debat of overleg. Voorts reageren we ook nog vaak op verzoeken uit Regeling van werkzaamheden, vlak voorafgaand aan het desbetreffende debat, met logischerwijs een zeer korte reactietijd.

Inmiddels heb ik naar aanleiding van deze signalen van uw Kamer al contact gezocht met de voorzitter van de Commissie VWS en haar de lijn voorgesteld om binnen een week voorafgaand aan het debat in principe geen beleidsstukken meer toe te sturen die relevant zijn voor dit debat, met als consequentie dat dit dan ook geldt voor rapporten en andere stukken die binnen een week voor het debat bij het ministerie worden aangeleverd. De consequentie daarvan kan zijn dat wij in het debat informatie hebben en de Tweede Kamer niet. De Tweede Kamer krijgt zo’n rapport dan na het debat. Ik hoor graag uw reactie op dit voorstel.

Voorts verzoekt de commissie «de Kamer tenminste tegelijk met de media, of zoveel eerder, te informeren over beleidsvoornemens», hetgeen conform onze lijn is.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

Naar boven