Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 januari 2015
Hierbij informeer ik u over het besluit van de Raad van Ministers van het Koninkrijk
(RMR) van 30 januari jl. De RMR heeft mij gemachtigd een procedure te starten om met
een algemene maatregel van rijksbestuur (amvrb) in verband met het instellen van een
integriteitscommissie op grond van artikel 51 van het Statuut. Hieronder treft u een
uiteenzetting waarom voormelde maatregel noodzakelijk wordt geacht.
De Gouverneur van Sint Maarten heeft op grond van de aanwijzing van 30 september 2013
gelast onafhankelijk onderzoek te verrichten naar het functioneren van het openbaar
bestuur van Sint Maarten. De Gouverneur heeft het daaruit voortkomende onderzoeksrapport
voorgelegd aan de Raad van Ministers van het Koninkrijk. Daarmee heeft hij zijn taak
conform de aanwijzing volbracht. Voormeld rapport en het rapport dat is verschenen naar aanleiding van eigen onderzoek van de regering van Sint Maarten over de integriteitsproblematiek
tonen aan dat er binnen alle lagen van de samenleving sprake is van een systeem van
onderlinge steun en afhankelijkheden, met alle bijbehorende integriteitsproblemen.
Voor het doorbreken van dit systeem is onafhankelijke hulp van buitenaf onontbeerlijk
aldus deze rapporten. Tot nu toe is het zelfreinigend vermogen van een kleine gemeenschap
als Sint Maarten niet voldoende gebleken om deze problematiek in de kern aan te pakken.
De Koninkrijksregering heeft vastgesteld dat een samenwerkingsregeling tussen Sint
Maarten en Nederland op grond van artikel 38 van het Statuut daarvoor de geëigende
weg is. In navolging van het mandaat van de Rijksministerraad heb ik een bezoek gebracht
aan Sint Maarten en zijn gesprekken gevoerd met de regering waarom een gezamenlijke
aanpak noodzakelijk en wenselijk is en de wijze waarop deze aanpak gestalte zou kunnen
krijgen.
Bij brief heeft Minister-President Gumbs 27 januari jl. meegedeeld dat over het voorstel
voor de vaststelling een samenwerkingsregeling in de vorm van een amvrb ex artikel
38 Statuut geen overeenstemming kan worden bereikt.
De regering van Sint Maarten verwelkomt weliswaar het aanbod van de Nederlandse regering
om haar de nodige (financiële) hulp en bijstand te verlenen, maar stelt zich een zodanige
vorm voor, dat een onafhankelijke aanpak niet geborgd is.
Uit het overleg dat over deze stukken heeft plaatsgevonden kan voorts worden geconcludeerd
dat in de door de regering van Sint Maarten voorgestelde aanpak de integriteitsproblematiek
nog steeds in grote mate niet wordt erkend.
De eigen verantwoordelijkheid van Sint Maarten conform artikel 43, eerste lid, van
het Statuut voor de verwezenlijking van de deugdelijkheid van bestuur wordt derhalve
niet waargemaakt. De ingezetenen van Sint Maarten hebben zelf het meest te lijden
van de geconstateerde problematiek. Maar daarnaast doen stelselmatige integriteitsschendingen
afbreuk aan het aanzien van Sint Maarten en zijn zij uiteindelijk ook schadelijk voor
het hele Koninkrijk. Gelet op de inhoud van de diverse rapportages over de integriteitsproblematiek
op Sint Maarten en de gesprekken die de afgelopen maanden, zowel met de vorige regering
als met de net aangetreden regering, over dit onderwerp met Sint Maarten hebben plaatsgevonden,
heb ik op dit moment niet het vertrouwen dat Sint Maarten zelf beschikt over de capaciteit
(zowel in menskracht als geld), daadkracht en een «sense of urgency» om een verbetering
van de ontstane situatie te bewerkstelligen.
De ernst van de situatie op Sint Maarten noopt de RMR ertoe om inhoud te geven aan
de, aan de Koninkrijksregering toekomende bevoegdheid op grond van artikel 43, tweede
lid, van het Statuut om de deugdelijkheid van het bestuur op Sint Maarten te waarborgen.
De Koninkrijksregering ziet zich door de situatie gedwongen om daarin een belangrijk
aandeel voor haar rekening te nemen.
Gelet op het bovenstaande heeft de RMR besloten een procedure te starten om bij amvrb
op grond van artikel 51 juncto artikel 43, tweede lid van het Statuut, een voorziening
te treffen om de deugdelijkheid van het bestuur op Sint Maarten op het punt van de
integriteit te waarborgen.
Het concept van de amrvb, met toelichting, zal ten behoeve van een zorgvuldige procedure
voorgelegd worden aan de regering van Sint Maarten, opdat zij haar zienswijze kan
geven. De RMR kan dan besluiten de uit de consultatie voortvloeiende versie voor advies
aan de Raad van State van het Koninkrijk voor te leggen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.H.A. Plasterk