34 000 IV Vaststelling van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2015

Nr. 16 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 oktober 2014

De regering van Aruba heeft uw Kamer, alsmede de Eerste Kamer en de ministerraad van Nederland, per brief van 1 oktober jl. geïnformeerd over de aanbieding van de ontwerpbegrotingswijziging 2014 aan de Gouverneur van Aruba. De regering van Aruba heeft daarbij gevoegd het eindrapport van het secretariaat van het College Financieel Toezicht (Cft).

De ontwerpbegrotingswijziging 2014 vloeit voort uit de aanwijzing aan de Gouverneur van Aruba tot het aanhouden van de vaststelling van de landsverordening tot vaststelling van de begrotingen van de ministeries van het land voor het begrotingsjaar 2014 en het doen van onderzoek naar de realiteit van de ramingen in de begrotingen en de meerjarige ontwikkeling van de overheidsfinanciën van Aruba d.d. 11 juli 2014. Conform deze aanwijzing is het nu in de eerste plaats aan de Raad van Advies en de Staten van Aruba zich uit te spreken over de begrotingswijziging 2014 (inclusief meerjarenramingen).

Ingevolge het koninklijk besluit van 11 juli 2014 zal de Gouverneur na vaststelling van de begrotingswijziging door de Staten de realiteit van de ramingen en meerjarige ontwikkeling van de overheidsfinanciën wederom onderzoeken. Hij zal daarvoor het secretariaat van het Cft inschakelen.

Op basis van de uitkomsten van dit onderzoek zal de Gouverneur moeten besluiten over te gaan tot ondertekening van de Begroting 2014 en wijziging, dan wel toepassing van artikel 21 van het Reglement voor de Gouverneur van Aruba.

Bijgaand doe ik u namens de Rijksministerraad het eindrapport van het secretariaat van het Cft toekomen1.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven