33 997 Vliegramp MH17

Nr. 170 BRIEF VAN DE MINISTERS JUSTITIE EN VEILIGHEID EN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 januari 2022

Hierbij informeer ik u, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, over een drietal besluiten die in bezwaar zijn genomen op het verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur met betrekking tot:

  • 1. het delen van informatie uit het strafrechtelijk onderzoek naar het neerhalen van vlucht MH17 met de Minister van Justitie en Veiligheid;

  • 2. het delen van informatie uit het strafrechtelijk onderzoek naar het neerhalen van vlucht MH17 met de Minister van Buitenlandse Zaken ten behoeve van de aansprakelijkstelling van de Russische Federatie;

  • 3. het besluit tot interventie in de individuele klachtprocedures bij het EHRM tegen de Russische Federatie in verband met het neerhalen van vlucht MH17; en

  • 4. het besluit tot indiening van een statenklacht bij het EHRM tegen de Russische Federatie in verband met het neerhalen van vlucht MH17.

Dit verzoek is op 14 december 2020 ingediend. Op 14 april 2021 is door de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Justitie en Veiligheid op dit verzoek beslist en is uw Kamer hierover geïnformeerd.1 Tegen deze besluiten op het Wob verzoek van 14 april 2021 is op 25 mei 2021 bezwaar ingediend, waarop heden is beslist.

De besluiten op bezwaar worden vandaag gepubliceerd op rijksoverheid.nl. Het besluit van het Openbaar Ministerie wordt gepubliceerd op om.nl.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


X Noot
1

Kamerstuk 33 997, nr. 163

Naar boven