33 997 Vliegramp MH17

Nr. 117 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 mei 2018

Hierbij informeer ik uw Kamer, mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid, over het besluit inzake staatsaansprakelijkheid MH17 van de Russische Federatie.

Australië en Nederland houden de Russische Federatie aansprakelijk voor het neerhalen van vlucht MH17 op 17 juli 2014. Rusland is van dit besluit op de hoogte gesteld met een diplomatieke nota waarvan de tekst is gevoegd bij deze brief1. Nederland en Australië hebben Rusland daarin verzocht om in overleg te treden met als doel tot een oplossing te komen die recht doet aan het enorme leed en de toegebrachte schade, veroorzaakt door het neerhalen van MH17. Het voorleggen aan een internationale rechter of organisatie om een oordeel te vellen kan een volgende stap zijn.

Sinds het neerhalen van vlucht MH17 streven Australië en Nederland naar waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap. De regeringen van Australië en Nederland hebben alle juridische opties onderzocht om deze doelen te realiseren, met inbegrip van staatsaansprakelijkheid.

In de brief van 9 maart jl. (Kamerstuk 33 997, nr. 114) heeft het kabinet de mogelijkheden uiteengezet en beloofd de Kamer te informeren nadat een besluit over staatsaansprakelijkheid zou zijn genomen. Een dergelijk besluit wordt niet lichtvaardig genomen, maar vereist diepgravende analyse van de feiten en het recht alsmede bilaterale consultaties met andere betrokken landen.

Op basis van de conclusies van deze analyse, met inbegrip van de conclusie van het Joint Investigation Team (JIT) dat de BUK-installatie waarmee vlucht MH17 is neergehaald toebehoort aan het Russische leger, houden Australië en Nederland Rusland verantwoordelijk voor zijn aandeel bij het neerhalen van vlucht MH17. Het JIT concludeerde in 2016 dat de BUK-installatie vanuit Rusland is vervoerd naar een gebied in Oekraïne dat op dat moment onder controle stond van separatisten en dat de raket vanuit dit gebied is afgeschoten. Gisteren heeft het JIT bekendgemaakt dat de desbetreffende BUK-installatie onderdeel was van de 53e luchtafweerbrigade van het Russische leger.

Het aansprakelijk stellen van Rusland voor zijn aandeel in het neerhalen van vlucht MH17 op basis van het internationaal recht is een middel om waarheidsvinding en gerechtigheid te bewerkstelligen. Het staat los van het strafrechtelijk onderzoek en de mogelijke vervolging en berechting van de daders van het neerhalen van vlucht MH17, maar deze trajecten kunnen elkaar wel wederzijds versterken. Het onderzoek van het JIT gaat door en het is aan het OM om te besluiten of en wanneer individuen als verdachten worden aangemerkt en gedagvaard.

We realiseren ons dat het streven naar waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap veel geduld vraagt van de nabestaanden. Het kabinet heeft steeds gezegd niet te zullen rusten totdat deze doelen zijn gerealiseerd, en hopen dat het besluit van vandaag hieraan bijdraagt.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven