33 928 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met wijziging van de voorwaarden voor de vrijwillige verzekering over een achterliggende periode en wijziging van de Participatiewet in verband met wijziging van de berekening en de periodieke aanpassing van de bijstandsnormen voor pensioengerechtigden

Nr. 17 AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN WEYENBERG EN ULENBELT TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 131

Ontvangen 29 september 2014

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Artikel I, onderdeel A, onder 1, vervalt.

II

In artikel I, onderdeel A, onder 2, wordt «:

  • a. verplicht verzekerd is geweest ingevolge de artikelen 6 of 6a en

  • b. in Nederland of op het continentaal plat al dan niet in dienstbetrekking arbeid heeft verricht, en

voor zover hij in die achterliggende periode niet onderworpen is geweest aan een buitenlandse wettelijk verplichte ouderdomsverzekering, die bij het bereiken van de daarin aangegeven leeftijd recht geeft op ouderdomspensioen» vervangen door: verplicht verzekerd is geweest ingevolge de artikelen 6 of 6a, en voor zover hij in die achterliggende periode niet onderworpen is geweest aan een buitenlandse wettelijk verplichte ouderdomsverzekering, die bij het bereiken van de daarin aangegeven leeftijd recht geeft op ouderdomspensioen.

III

Artikel I, onderdeel A, onder 3, vervalt.

Toelichting

Met voorliggend wetsvoorstel wordt geregeld dat pas sprake kan zijn van vrijwillige verzekering over een achterliggende periode nadat iemand ten minste vijf jaar verplicht verzekerd is geweest (verzekeringsvoorwaarde) en ten minste vijf jaar in Nederland of het continentaal plat werkzaam is geweest (arbeidsverledenvoorwaarde). Bovendien geldt als aanvullende eis dat iemand op het moment van inkoop in Nederland werkzaam moet zijn (arbeidsvoorwaarde).

Indieners zijn van mening dat het onbedoeld gebruik van de vrijwillige inkoopregeling reeds voldoende wordt tegengegaan met het verhogen van de minimumpremie, de verlenging van de verzekeringsvoorwaarde naar vijf jaar en de eis dat iemand alleen jaren kan inkopen waarvoor hij niet in het buitenland onderworpen is geweest aan een wettelijk verplichte ouderdomsverzekering. Een arbeids- en arbeidsverledenvoorwaarde is dan niet meer noodzakelijk. Dit sluit ook aan bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State. Bovendien verhouden beide voorwaarden zich slecht tot het karakter van een volksverzekering van de AOW. Met dit amendement wordt derhalve voorgesteld deze voorwaarden niet in te voeren.

Van Weyenberg Ulenbelt


X Noot
1

Vervanging in verband met een wijziging in de Toelichting en in de ondertekening.

Naar boven