Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 augustus 2017
Op 1 januari 2015 is de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen (Wsob) in werking
getreden (Kamerstuk 33 846). Dit nieuwe wettelijke kader geeft functioneel en inhoudelijk richting aan het Nederlandse
bibliotheeknetwerk en legt de bestuurlijke rollen en verantwoordelijkheden vast. Binnen
het kader van de Wsob kunnen openbare bibliotheken maatschappelijk relevante diensten
op het gebied van informatie, educatie en cultuur aan het algemene publiek bieden.
De Wsob maakt het mogelijk dat de openbare bibliotheken hun diensten zowel langs fysieke
als langs digitale weg aanbieden. De Koninklijke Bibliotheek (KB) is als nationale
bibliotheek van Nederland binnen het stelsel van openbare bibliotheken verantwoordelijk
voor de ontwikkeling en het beheer van de landelijke digitale openbare bibliotheek.
Op grond de Wsob beschrijft de KB periodiek in een Beheerplan de stand van zaken en
de ambities bij de digitale bibliotheek.1 Bijgaand treft u dit plan aan2. Het plan heeft betrekking op 2017 en 2018. Het volgende Beheerplan zal onderdeel
zijn van het vierjaarlijkse instellingsplan van de KB, dat de periode 2019–2022 omvat
en in 2018 verschijnt.
Het Beheerplan landelijke digitale bibliotheek is opgebouwd aan de hand van de digitale
taken die de Wsob aan de KB geeft.3 Deze taken zijn:
-
– Het ontwikkelen en beheren van de landelijke digitale infrastructuur;
-
– Het beheren en van context voorzien van de digitale collectie in samenhang met de
digitale collectie van de KB vanuit haar wetenschappelijke taken op grond van de Wet
op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW);
-
– Het vaststellen van een reglement voor de toegang tot rechtendragende digitale content;
-
– Het bereiken van verschillende doelgroepen;
-
– Het samenwerken met andere publieke aanbieders van digitale collecties, zoals Europeana
en Digitaal Erfgoed Nederland.
Het plan laat een sterke groei – gerealiseerd en gepland – zien van alle dimensies
van de digitale openbare bibliotheek. De digitale bibliotheek is in 2014 van start
gegaan. Eind 2016 hebben ruim 340.000 personen een account van de digitale bibliotheek,
de digitale collectie omvat meer dan 14.000 titels en het aantal digitale uitleningen
bedraagt over 2016 bijna 5 miljoen.4 De cijfers over 2017 liggen alweer op een hoger niveau. In vergelijking met andere
EU-landen is Nederland hiermee één van de voorlopers.
De Nederlandse digitale openbare bibliotheek werkt volgens het systeem van «one copy
multiple user», waarbij een ingekochte digitale titel tegelijkertijd door meerdere
bibliotheekleden kan worden gelezen. Deze functionaliteit is cruciaal voor de gebruiksvriendelijkheid
en draagt sterk bij aan het succes van de Nederlandse digitale bibliotheek. Veel Europese
landen werken met een systeem van «one copy one user», waarbij een ingekochte digitale
titel slechts door één bibliotheeklid tegelijk kan worden gebruikt. Dat geeft een
beperkte gebruikswaarde.
In de midterm review Wsob, die eind dit jaar verschijnt, zal verder worden ingegaan
op de stand van zaken en vooruitzichten bij de digitale bibliotheek. Een belangrijk
element daarbij is de uitwerking in de praktijk van de uitspraak van het Europese
Hof van Justitie van 10 november 2016 over de condities voor e-lending door openbare
bibliotheken.5
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
M. Bussemaker