Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 33826 nr. 52 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 33826 nr. 52 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 september 2023
Mensen van wie de vrijheid (deels) is ontnomen mogen niet worden gefolterd, vernederd of mensonterend behandeld worden. Een van de instrumenten die Nederland heeft om dat te voorkomen is het Nationaal Preventie Mechanisme (hierna het NPM). Het NPM moet bijdragen aan een menswaardige behandeling van mensen wiens vrijheid (deels) is ontnomen. In 2010 is Nederland de verplichting aangegaan een NPM in te richten met de ratificatie van het Optional Protocol to the Convention Against Torture and other Cruel, Inhuman or Degrading Treatment or Punishment (hierna het Protocol). Het NPM onderzoekt periodiek de behandeling van mensen wiens vrijheid is ontnomen, doet aanbevelingen om behandeling en omstandigheden te verbeteren en wrede behandeling te voorkomen, en doet voorstellen voor en maakt opmerkingen bij bestaande of ontwerpwetgeving.
Met deze brief informeer ik uw Kamer dat het kabinet heeft besloten het College voor de Rechten van de Mens (CRM) te verzoeken om de NPM taak op zich te nemen. Het CRM heeft aangegeven daartoe bereid te zijn. In deze brief licht ik het besluit om het NPM bij het CRM te beleggen en het vervolgproces toe.
Wijziging inrichting NPM
Het NPM is in Nederland sinds de ratificatie van het Protocol door middel van een netwerk vormgegeven, onder coördinatie van de Inspectie JenV.1 Zowel het Subcomité ter preventie van foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing als het huidige netwerk zelf hebben aangegeven dat een andere inrichting van het NPM wenselijk is.2 Door de NPM-taak bij één partij te beleggen zal de taak naar verwachting effectiever en gerichter worden uitgevoerd, omdat deze partij het gehele mandaat heeft, in plaats van meerdere partijen een gedeelte van het mandaat hebben. Ook wordt hierdoor de onafhankelijkheid beter gewaarborgd. De onafhankelijkheid van het NPM is een belangrijke vereiste voor een goede uitvoering van de NPM-taak.
Keuze voor CRM
Voor het onderbrengen van het NPM bij het CRM pleiten meerdere argumenten. Ten eerste passen de taken van het NPM – toezicht houden op de naleving van een mensenrechtenverdrag – bij de bestaande wettelijke taken en werkzaamheden van het College.3 Ook heeft het College veel expertise op het gebied van toetsing van feitelijke casussen aan mensenrechten. Verder heeft het College al een nagenoeg volledig wettelijk mandaat dat benodigd is voor het NPM, waaronder het bezoeken van locaties, opvragen van de gewenste informatie en spreken van alle personen die het nodig acht voor het onderzoek. Ten slotte geniet het College de A-status conform de Paris Principles van de VN.4 Dit betekent dat het CRM aan alle overleggen over mensenrechten bij de VN mag deelnemen en het CRM voldoet aan de eisen van onafhankelijkheid die de VN stelt.
Ik heb in overleg met het netwerk en andere stakeholders een verkenning laten uitvoeren hoe het NPM bij het CRM ingericht kan worden. Die verkenning is eerder benoemd in het jaarverslag 2021 van het NPM5 en in de reactie op het verslag van het bezoek van het Europees Comité over de voorkoming van folteringen en onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen (CPT).6 De verkenning is bijgevoegd in de bijlage.
Vervolgproces
Het streven is dat het CRM begin 2024 de NPM-taak formeel gaat uitvoeren. Bij het College wordt een lid met specifieke expertise op het terrein van het NPM aangesteld. Er wordt daarbij een team voor de ondersteuning van dit lid ingericht. Tevens zal de Wet CRM gewijzigd worden om de NPM-taak expliciet te benoemen.
Een belangrijk onderdeel van de opstartfase van het NPM bij het CRM is het opbouwen van de relatie met de huidige NPM-stakeholders. Nederland beschikt over een zeer uitgebreid en effectief systeem van toezicht op de behandeling van personen in detentie. Het NPM is complementair aan het netwerk, omdat het mechanisme zich richt op preventie. Zo kan het NPM voorlichting geven en adviseren op bepaalde thema’s en daarbij expliciet de verbinding leggen tussen de diverse toezichthouders en inspecties die zich richten op verschillende locaties van vrijheidsbeneming. Bij de werkzaamheden kan het NPM gevoed worden door de signalen van de huidige toezichthouders. Een goede relatie tussen het CRM en de huidige NPM-stakeholders blijft daarom belangrijk, ook in de nieuwe inrichting van het NPM. Het CRM zal over de uitvoering van de NPM-taak rapporteren in het jaarverslag van het College. Deze jaarverslagen zijn openbaar via de website van het CRM.
Ten slotte
Het NPM is een waardevol instrument om te voorkomen dat mensen van wie de vrijheid (deels) is ontnomen, worden gefolterd, vernederd of mensonterend worden behandeld. Ik ben er van overtuigd dat met het onderbrengen van het NPM bij het CRM de werking van het mechanisme verder verbeterd kan worden. Ik ben het CRM daarom erkentelijk dat het bereid is deze taak te gaan uitvoeren.
De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind
De huidige deelnemers aan het NPM-netwerk zijn de Inspectie Justitie en Veiligheid, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, de Commissies van Toezicht Justitiële Inrichtingen, het Landelijk Centrum Commissies Toezicht Arrestantenzorg en de Commissie van Toezicht Detentieplaatsen Koninklijke Marechaussee.
De Paris Principles leggen de standaard vast waaraan onafhankelijke nationale mensenrechteninstituten moeten voldoen. Zie https://www.ohchr.org/en/instruments-mechanisms/instruments/principles-relating-status-national-institutions-paris.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33826-52.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.