33 805 A Wijziging van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2013 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 3 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 18 december 2013

De vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

De vragen zijn op 5 december 2013 voorgelegd. Bij brief van 17 december 2013 zijn ze door de minister van Infrastructuur en Milieu beantwoord.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie, Paulus Jansen

De griffier van de commissie, Sneep

1.

Hoe is het nadelige saldo in de Najaarsnota te rijmen met uw voornemen om in het Infrastructuurfonds overprogrammering toe te passen?

Het instrument overprogrammering is door het Kabinet ingezet om te zorgen dat de budgetten voor aanleg van infrastructuur ook daadwerkelijk tot besteding komen in de jaren waarin deze beschikbaar zijn gesteld. Het jaar 2013 laat zien dat inzet van dit instrument succesvol is geweest.

2.

Waarom wordt het niet-DBFM (Design, Build, Finance and Maintain) gedeelte A1–A6 overgeheveld naar Geïntegreerde contractvormen?

Bij infrastructurele projecten worden in een projectbudget naast de kosten voor de aannemer ook de overige kosten geraamd die benodigd zijn om een project te kunnen uitvoeren. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de risicoreservering, grondaankopen, verlegging van kabels en leidingen en overige kosten zoals communicatie over de werkzaamheden.

Ook een DBFM -project kent deze kosten en die dienen derhalve aan het project toegerekend te worden om een zo compleet mogelijk beeld te geven van de kosten van een project.

Bij de conversie waren enkel de kosten van de opdrachtnemer (aannemer) overgezet naar geïntegreerde contracten. Met deze mutatie wordt dus een zo compleet mogelijk beeld gegeven van de kosten.

Het overhevelen van het niet DBFM gedeelte van de A1-A6 naar geïntegreerde contractvormen is in lijn met de afgesproken werkwijze bij DBFM.

Naar boven