Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juni 2017
In aanvulling op de brief inzake de Nederlandse inzet bij de onderhandelingen over
een verbod op kernwapens d.d. 24 maart jl. (Kamerstuk 33 783, nr. 24), en met verwijzing naar het verzoek van de Vaste Kamercommissie Buitenlandse Zaken
(d.d. 20 januari jl.) om deel uit te maken van de Nederlandse delegatie naar de vergadering
van de Verenigde Naties (VN) inzake onderhandelingen over een verdrag over een verbod
op kernwapens, informeer ik u dat een Kamerdelegatie welkom is om als waarnemer aanwezig
te zijn bij de tweede onderhandelingsronde. Deze zal van 15 juni t/m 7 juli 2017 plaatsvinden
bij de Verenigde Naties in New York. Voor de modaliteiten van deelname van de Kamerdelegatie
(2–4 leden) wordt nader contact genomen met uw Kamer.
De eerste onderhandelingsronde, die van 27 tot 31 maart plaatsvond, is – zoals gepland
– door delegaties en NGO’s gebruikt om hun wensen met betrekking tot een verdrag neer
te leggen. De Nederlandse delegatie sprak een interventie uit langs de lijnen van
eerdergenoemde Kamerbrief. De voorzitter van de onderhandelingen, de Costa Ricaanse
ambassadeur Whyte, heeft op basis van de bijdragen op 22 mei jl. een concept verdragstekst
(bijgesloten) uitgebracht1.
De verdragstekst zoals deze is voorgesteld bevat meerdere onderdelen die niet verenigbaar
zijn met Nederlandse uitgangspunten en met onze NAVO-verplichtingen. Tevens bevat
de tekst andere technische en juridische elementen, waaronder de verificatiebepalingen,
die in de huidige versie niet toereikend of aanvaardbaar zijn.
Nederland zal zich er in de tweede ronde voor inzetten om de verdragstekst in lijn
te brengen met de Nederlandse uitgangspunten zoals verwoord in de Kamerbrief van 24 maart
(Kamerstuk 33 783, nr. 24). Nederland zal vooraf duidelijk aangeven, in een prealabele verklaring, dat een
tekst die niet strookt met onze NAVO-verplichtingen, die niet afdoende verificatiebepalingen
bevat of die afbreuk doet aan het Non-Proliferatie Verdrag, niet ondertekend zal kunnen
worden. Daarnaast moet het Verdrag brede steun genieten binnen de VN, inclusief van
kernwapen-bezittende landen.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
A.G. Koenders