33 752 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2014)

Nr. 43 AMENDEMENT VAN HET LID SCHOUTEN

Ontvangen 13 november 2013

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel XIV wordt onder de aanhef een onderdeel ingevoegd, luidende:

0A

In artikel 24, eerste lid, wordt het in de eerste rij, tweede kolom, en tweede rij, eerste kolom genoemde bedrag verlaagd met € 3.000.

0B

In artikel 24, eerste lid, wordt het in de eerste rij, tweede kolom, en tweede rij, eerste kolom genoemde bedrag verhoogd met € 3.000.

II

In het in artikel XIV, onderdeel C, opgenomen artikel 33a, eerste lid, onderdeel a, van de Successiewet 1956 wordt «of de aflossing van een restschuld van een vervreemde eigen woning als bedoeld in artikel 3.120a van die wet waarvan de renten en kosten worden aangemerkt als aftrekbare kosten met betrekking tot een eigen woning als bedoeld in artikel 3.120 van die wet» vervangen door: of de aflossing van een schuld die de verkrijger had op het moment direct voorafgaand aan een vervreemding van een eigen woning voor zover deze schuld heeft geleid tot een negatief vervreemdingssaldo eigen woning als bedoeld in artikel 3.119aa van die wet.

III

In artikel XXXVII, zevende lid, wordt na «de artikelen» ingevoegd: XIV, onderdeel 0B,.

Toelichting

Met dit amendement wordt geregeld dat schenkingen voor de aflossing van restschulden die zijn ontstaan vóór 29 oktober 2012 ook in aanmerking kunnen komen voor de eenmalig tijdelijk extra verhoogde schenkingsvrijstelling van € 100.000. Op deze wijze worden ook mensen met een zogenoemde «oude restschuld» in 2014 in de gelegenheid gesteld deze schuld versneld af te lossen.

Dit amendement leidt tot een eenmalige derving van € 5 miljoen in 2014. De dekking hiervoor wordt gevonden in het voor één jaar (2014) verlagen van de grens tussen de tariefschijven in de Successiewet 1956 met € 3.000.

Schouten

Naar boven