Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 oktober 2013
Tijdens de procedurevergadering van de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu
van 18 september is gesproken over het jaarverslag van de Inspectie Leefomgeving en
Transport (ILT) over 2012 (Kamerstuk 33 400 XII, nr. 76). Hierbij stuur ik u de gevraagde reactie op de constatering dat in 40% van de gecontroleerde
gevallen het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg niet voldeed aan de regels.
In deze brief treft u een nadere toelichting op deze constatering.
In 2012 zijn 2417 integrale inspecties uitgevoerd. Integraal houdt in dat de vrachtwagens
die van de weg worden gehaald niet alleen op gevaarlijke stoffen gecontroleerd worden.
Tijdens een integrale inspectie worden vrachtwagens gecontroleerd op meerdere aspecten
waarvoor de ILT verantwoordelijk is; er wordt bijvoorbeeld ook naar de rij- en rusttijden
gekeken. Daarbij is er sprake van een selecte steekproef wat inhoudt dat vrachtwagens
worden geselecteerd op basis van overwegingen. Vrachtwagens van bedrijven die een
convenant met de ILT hebben worden niet geselecteerd. Vrachtwagens (van bedrijven)
waarvan de ILT het vermoeden heeft dat er in het algemeen sprake is van mindere naleving
van de regels worden juist wel geselecteerd. Bij 40% van de inspecties, dus bij de
gecontroleerde vrachtwagens, zijn één of meerdere overtredingen aangetroffen. Het
percentage overtredingen is vanaf 2010 nagenoeg gelijk gebleven: in 2010 38%, en in
2011 39%.
Bij de geconstateerde overtredingen wordt onderscheid gemaakt naar de ernst van de
overtredingen op basis van een risicosystematiek uit de Europese richtlijn 2004/11/EG.
Een categorie I overtreding is een overtreding met een hoog risico. Dit betreft overtredingen
waarbij het risico bestaat dat de gevaarlijke stof kan vrijkomen uit bijvoorbeeld
de verpakking of uit de tankwagen. Hieronder vallen ook het gebruik van onjuiste verpakkingen,
onjuiste stuwage of een chauffeur die niet vakbekwaam is. Een categorie II overtreding
is een overtreding met een risico. Hieronder vallen onder andere het ontbreken van
brandblusmiddelen of het gebruik van kunststofvaten waarvan de gebruiksduur is overschreden.
Een categorie III overtreding is een overtreding met een gering risico.
Dit betreft onder andere het niet duidelijk zichtbaar zijn van kenmerken op verpakkingen
en het niet gemakkelijk voorhanden hebben van brandblusmiddelen.
Van de 40% overtredingen was er in 2012 sprake van 41% categorie I-, 33% categorie
II- en 26% categorie III-overtredingen.
Als de ILT bij haar inspecties een overtreding constateert van categorie I en II mag
een vrachtwagen niet verder voordat de overtreding is hersteld en wordt er tevens
een Proces Verbaal uitgeschreven. Bij herhaalde overtreding wordt een vervolgonderzoek
ingesteld bij de betrokken onderneming.
ILT zal naast de gangbare transportcontroles het toezicht ook meer gaan koppelen aan
en richten op de bedrijven in het vervoer en de op- en overslag van gevaarlijke stoffen
(ketengedachte). Tevens zal ILT het onderzoek en de analyse van incidenten tijdens
het vervoer en de op-en overslag van gevaarlijke stoffen opnieuw gaan inrichten. Zodoende
hoop ik meer zicht te krijgen op de achterliggende oorzaken en benodigde verbeteracties.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
W.J. Mansveld