33 750 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2014

Nr. 52 MOTIE VAN HET LID HELDER

Voorgesteld 21 november 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat met enige regelmaat blijkt dat daders strafvermindering krijgen door een overschrijding van de redelijke termijn als bedoeld in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens;

overwegende dat er inzicht moet zijn in de aard en omvang van dit probleem om zo de doorlooptijden in de strafrechtketen te verbeteren en daarmee strafvermindering tegen te gaan;

constaterende dat thans niets wordt bijgehouden met betrekking tot de doorlooptijden van individuele strafzaken en daarmee het overschrijden van de redelijke termijn in individuele strafzaken niet inzichtelijk is;

verzoekt de regering, in overleg met de Raad voor de rechtspraak een (landelijk) register aan te laten leggen waarin strafzaken worden opgenomen waarin een strafvermindering is opgelegd vanwege overschrijding van de redelijke termijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

Helder

Naar boven