33 750 V Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2014

Nr. 77 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 juni 2014

Naar aanleiding van uw verzoek om een brief over de voortgang van het onderzoek naar de mishandeling van een Nederlandse diplomaat in Moskou op 15 oktober 2013 wil ik u als volgt informeren.

Zoals eerder aangegeven in de Kamerbrief van 19 maart jl. (Kamerstuk 33 750 V, nr. 65) hecht Nederland er onverminderd belang aan dat het strafrechtelijk onderzoek tot een uitkomst leidt. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Nederlandse ambassade in Moskou houden daarom een vinger aan de pols en stellen dit aan de orde tijdens gesprekken met de Russische autoriteiten. Tijdens bilaterale consultaties in Moskou op 16 mei jl. is dit onderwerp wederom op de agenda geplaatst, waarbij de Russische gesprekspartners werd gevraagd om een spoedige afronding van het onderzoek. Van Russische zijde werd wederom toegezegd dat hierop zal worden aangedrongen bij het Onderzoek Comité. Het onderzoek loopt nog en vooralsnog zijn er geen nieuwe ontwikkelingen te melden.

Uw Kamer zal, conform toezegging, op de hoogte worden gehouden van de voortgang van het onderzoek.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

Naar boven