Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 december 2014
Op 23 januari 2014 heeft uw Kamer ingestemd met het wetsvoorstel waarmee de Wet tegemoetkoming
chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) en de Compensatieregeling voor het eigen
risico (CER) met terugwerkende kracht per 1 januari 2014 worden ingetrokken. Op 3 juni
2014 heeft de Eerste Kamer eveneens met dit wetsvoorstel ingestemd. Tijdens de plenaire
behandeling is toegezegd burgers specifiek te informeren over het afschaffen van de
regelingen en hen te attenderen op de mogelijkheden voor gemeentelijk maatwerk en
fiscale aftrek. In deze brief informeer ik u over de stand van zaken van de voorlichting
aan burgers. Met mijn brief van 12 maart 2014 (Kamerstuk 33 726, nr. 24) heb ik u een overzicht gestuurd van de voorgenomen communicatie-uitingen en heb
ik u vervolgens geïnformeerd op 20 juni 2014
(Kamerstuk 33 726, nr. 26) over de voorlichting aan de CER-rechthebbenden.
Besluit Wtcg/CER
De Wtcg en CER zijn met ingang van 2014 afgeschaft. Dit houdt in dat de laatste grote
betaling in het kader van de CER in 2013 heeft plaatsgevonden.
De Wtcg wordt een jaar nadat de rechten zijn opgebouwd uitbetaald. Dat heeft tot gevolg
dat de laatste grote betaling van de Wtcg in december van dit jaar nog gaat plaatsvinden.
Daarna worden alleen nog nabetalingen gedaan, bijvoorbeeld aan rechthebbenden die
alsnog hun rekeningnummer doorgeven aan het CAK.
In plaats van de Wtcg en de CER ontvangen gemeenten een budget voor gemeentelijk maatwerk
en een aanvullende mogelijkheid voor maatwerk in de vorm van de bevoegdheid voor het
verstrekken van een financiële tegemoetkoming op grond van de Wmo. Voorts geldt dat
de landelijke fiscale regeling voor aftrek van specifieke zorgkosten in aangepaste
vorm blijft bestaan.
Stand van zaken communicatie CER en ondersteuning gemeenten
Rondom het regeerakkoord en het Begrotingsakkoord 2014 is in de media veel belangstelling
geweest voor het besluit om de Wtcg en CER af te schaffen en de fiscale regeling in
aangepaste vorm te handhaven. Sindsdien is er op de websites van de betrokken organisaties
(rijksoverheid, CAK, cliëntenorganisaties) uitvoerig aandacht besteed aan de maatregelen.
Ook hebben gemeenten via de VNG informatie ontvangen om te kunnen gebruiken in de
voorlichting van hun burgers.
Naast de algemene voorlichting hebben de individuele rechthebbenden van de CER na
aanname van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer een brief ontvangen van het CAK. Circa
2,1 mln. personen hebben een brief ontvangen waarin de maatregelen zijn uitgelegd.
Bovendien is hen de mogelijkheid geboden dat hun gegevens verstrekt worden aan hun
eigen gemeente. Via een antwoordkaart geven zij het CAK toestemming om hun naam, geboortedatum
en Burgerservicenummer door te geven. 1,3 mln. personen hebben de antwoordkaart inmiddels
geretourneerd aan het CAK. De brief heeft nauwelijks geleid tot telefonisch contact
met het CAK of gemeenten. Het CAK stelt deze gegevens maandelijks beschikbaar aan
de gemeenten. De gemeenten weten hierdoor van deze 1,3 mln. personen wie in het verleden
een CER-uitkering heeft ontvangen en kunnen mede op basis van deze informatie het
beleid vormgeven.
Communicatie Wtcg
Vanaf 2 december 2014 worden de Wtcg-rechthebbenden op soortgelijke wijze geïnformeerd.
Ook deze burgers worden gewezen op de mogelijkheden van gemeentelijk maatwerk en de
fiscale regeling en in staat gesteld om de antwoordkaart in te vullen en daarmee het
CAK toestemming te verlenen om hun persoonsgegevens aan de gemeente te verstrekken.
Na verwerking van de gegevens stelt het CAK de gegevens maandelijks beschikbaar voor
gemeenten. Voorts zullen cliëntenorganisaties en ketenpartners worden voorzien van
informatiemateriaal om hun achterban te informeren en eventuele vragen te beantwoorden.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M.J. van Rijn