33 709 EU voorstel: Verordening oprichting Europees openbaar ministerie COM (2013) 5341

AJ MOTIE VAN HET LID DUTHLER C.S.

Voorgesteld 17 april 2018

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat er op 17 juli 2013 een verordening is voorgesteld tot instelling van een Europees Openbaar Ministerie dat tot doel heeft fraude met EU-gelden te bestrijden;

overwegende, dat de Kamer tegen de instelling van een Europees Openbaar Ministerie op 17 oktober 2013 een subsidiariteitsbezwaar heeft ingediend;

overwegende, dat in 2017 17 lidstaten besloten tot een procedure voor versterkte samenwerking voor de oprichting van een EOM dat in 2020 operationeel zal zijn;

overwegende, dat Nederland nog geen besluit heeft genomen tot deelname aan het EOM omdat de regering tijdens een debat op 6 december 2016 aan de Kamer heeft toegezegd het eindoordeel van beide Kamers der Staten-Generaal te betrekken bij haar definitieve standpuntbepaling over het al dan niet deelnemen aan een Europees Openbaar Ministerie door Nederland;

overwegende, dat de voordelen van deelname aan een Europees Openbaar Ministerie opwegen tegen de nadelen en dat de Kamer van mening is dat het in het belang van Nederland is om deel te nemen aan een Europees Openbaar Ministerie;

stemt in met het voornemen van de regering om te besluiten tot deelname aan het EOM;

en gaat over tot de orde van de dag.

Duthler

Knip

Postema

De Bruijn-Wezeman

Strik

Schouwenaar


X Noot
1

Zie dossier E130041 op www.europapoort.nl

Naar boven