33 610 Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Wet op de loonbelasting 1964, de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet in verband met de aanpassing van het fiscale kader voor oudedagsvoorzieningen (Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen)

33 847 Wijziging van de Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen en het Belastingplan 2014

J¹ BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIEN, MEDE NAMENS DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 maart 2014

Ten aanzien van het in uw Kamer aangehouden wetsvoorstel Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen (Kamerstukken 33 610) heeft het kabinet bij uw Kamer wijzigingsvoorstellen ingediend. Deze zijn opgenomen in de novelle Wijziging van de Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen en het Belastingplan 2014 (Kamerstukken 33 847).

Uw Kamer heeft verzocht om uiterlijk twee weken voor de inbrengdatum, die voorlopig op 1 april is gepland, een integraal overzicht te ontvangen waaruit de wijzigingen van de wetsvoorstellen blijken. Blijkens dit verzoek gaat het daarbij om de wettekst met daarin per artikel gemarkeerd (ten opzichte van de huidige wet) de wijzigingen zoals voorgesteld door het oorspronkelijke wetsvoorstel, de wijzigingen door het Belastingplan, en de in de novelle voorgestelde wijzigingen. Ik heb begrip voor de wens om inzichtelijk te maken tot welke wijzigingen beide wetsvoorstellen leiden. Tegelijkertijd ben ik – in verband met het beslag op de capaciteit – terughoudend om een nieuwe parlementaire traditie te starten.

Omdat ik begrip heb voor uw wens, treft u bijgaand de integrale tekst² aan van het oorspronkelijke wetsvoorstel met daarin per artikel gemarkeerd de wijzigingen zoals voorgesteld in de novelle. Hiermee wordt de wettekst van beide wetsvoorstellen geïntegreerd als ware sprake van één wetsvoorstel. Daarmee wordt inzichtelijk gemaakt tot welke wijzigingen de wetsvoorstellen 33 610 en 33 847 tezamen leiden.

Ik hoop dat deze uitwerking voldoende tegemoet komt aan de wens van uw Kamer en dat hiermee een zodanig inzicht wordt verschaft dat uw Kamer het verslag kan vaststellen.

Mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes

---

1 De letter J heeft alleen betrekking op wetsvoorstel 33 610.

2 Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffie nr. 154690.01