Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Brussel, 21 oktober 2013
De Commissie bedankt de Eerste Kamer voor haar gemotiveerd advies over het voorstel
voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een
kader voor maritieme ruimtelijke ordening en geïntegreerd kustbeheer {COM(2013) 133
final}.
De Commissie neemt er nota van dat de Eerste Kamer betwijfelt of het voorstel verenigbaar
is met het subsidiariteitsbeginsel. De Commissie is van mening dat de doelstellingen
van het voorstel – gestroomlijnde actie inzake maritieme ruimtelijke ordening en geïntegreerd
kustbeheer in alle lidstaten en consistente en coherente toepassing in de hele EU-
het best op Unieniveau kunnen worden bereikt.
De voorgestelde richtlijn beoogt meerwaarde die erin bestaat dat de lidstaten minimale
overeenkomsten zouden kunnen vinden om grensoverschrijdende samenwerking mogelijk
te maken en tijdig bij te dragen aan de uitvoering van aanverwante wetgeving, waaronder
de richtlijn hernieuwbare energie. het gemeenschappelijk visserijbeleid, het frans-Europees
vervoersnet en de kaderrichtlijn mariene strategie.
Mariene en kustecoystemen, visgronden, beschermde mariene gebieden, maritieme infrastructuren,
zoals kabels, pijplijnen, scheepvaartroutes, olie-, gas- en windinstallaties, alsook
de risico’s als gevolg van natuurrampen en klimaatverandering overschrijden de nationale
grenzen. De activiteiten in zee- en kustgebieden hebben een grensoverschrijdend effect,
vaak zelfs in de hele EU, en de respectieve nationale planningsprocessen lopen aanzienlijk
uiteen. Daarom moet op Unieniveau een kader voor de planningsprocessen op zee en het
geïntegreerd beheer van kustzones worden vastgesteld. Momenteel is grensoverschrijdende
samenwerking inzake die processen, die van wezenlijk belang is voor de economische
ontwikkeling en een goed beheer van de hulpbronnen, zeldzaam, niet systematisch of
zelfs onbestaand.
De voorgestelde richtlijn laat de lidstaten ruime discretionaire bevoegdheid inzake
de manier om de doelstellingen te bereiken. De voorgestelde richtlijn voorziet enkel
in procedurele verplichtingen en legt geenszins de inhoud van maritieme ruimtelijkeordeningsplannen
of strategieën voor kustbeheer vast.
De Commissie hoopt dat deze verduidelijkingen de twijfels van de Eerste Kamer wegnemen
en kijkt uit naar de voortzetting van de politieke dialoog in de toekomst.
Maroš Šefčovič Vicevoorzitter