33 578 Eerstelijnszorg

Nr. 99 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 juni 2023

Naar aanleiding van de brief die ik van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heb ontvangen betreffende de marktwerking en kwaliteit van zorg in de eerste lijn, stuur ik u deze reactie. Hierbij wil ik specifiek ingaan op de signalen die betrekking hebben op de contractering en marktwerking binnen de fysiotherapie.

De signalen die in de ontvangen brief worden aangekaart met betrekking tot de contractering binnen de fysiotherapie zijn mij bekend. Goede contractering en samenwerking tussen zorgverzekeraars en zorgaanbieders, waaronder fysiotherapeuten, zijn van groot belang voor de kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg. Zeker gezien de rol die fysiotherapeuten spelen in het versterken van de eerstelijnszorg, het ontlasten van huisartsen en het verminderen en voorkomen van tweedelijnszorg. Zorgaanbieders én zorgverzekeraars hebben hierin een cruciale rol en verantwoordelijkheid.

De uitdagingen in de contractering binnen de fysiotherapie herken ik, zoals variatie in tarieven, administratieve lasten en de ervaren beperkte ruimte voor innovatie en samenwerking. Het is van belang om aandacht te hebben voor deze knelpunten en te streven naar een contracteringsproces dat gebaseerd is op transparantie, gelijkwaardigheid en kwaliteit. Zoals aangegeven in de Kamerbrief over het versterken van de eerstelijn1 verken ik met Integraal Zorgakkoord- partijen (IZA) en de Autoriteit consument & Markt (ACM) of het contracteerproces verbeterd kan worden door kleine aanbieders meer gezamenlijk op te laten trekken.

Recentelijk is er een beleidsreactie verzonden naar de Kamer met betrekking tot het adviesrapport van het Zorginstituut over het traject «Naar een passende aanspraak fysio- en oefentherapie». In deze beleidsreactie geef ik aan de programmalijn van het Zorginstituut om tot een eindadvies te komen te steunen. De bekostiging vormt ook een belangrijk onderdeel van de programmalijn van het Zorginstituut. Daarom verzoek ik Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een advies over passende bekostiging van eerstelijns fysio- en oefentherapeutische zorg uit te brengen. Zoals in het Kader Passende zorg2 is opgenomen spelen in de beweging naar passende zorg de bekostiging en de inkoop van zorg een belangrijke rol. Daarom benadruk ik in het verzoek aan de NZa het belang van financiële prikkels in de beweging naar passende zorg en vraag ik aan de NZa om, waar relevant, te signaleren hoe (on)mogelijkheden in de bekostiging zich verhouden tot andere aspecten zoals de inkoop en organisatie van zorg.

Daarnaast ontwikkelen de relevante beroepsgroepen, de Patiëntenfederatie Nederland en Zorgverzekeraars Nederland, onder begeleiding van het Zorginstituut momenteel een Kwaliteitskader Fysiotherapie en Oefentherapie. Het kwaliteitskader is onderdeel van de programmalijn van het eerder genoemde traject. Het gezamenlijk op te stellen kwaliteitskader dient onder andere als handvat voor de contractering door zorgverzekeraars. Het is in het van belang zorgverzekeraars, zorgaanbieders én patiëntvertegenwoordigers dat zij gezamenlijk blijven werken aan het verbeteren van de contractering en daarmee aan het verminderen van knelpunten in de fysiotherapeutische zorg.

Uiteraard houd ik uw Kamer op de hoogte van de implementatie van alle beschreven acties. Tot die tijd heb ik er vertrouwen in dat alle partijen de samenwerking voortzetten. Door gezamenlijke inzet realiseren we passende eerstelijns fysio- en oefentherapeutische zorg in Nederland voor iedereen. Ik zal mij blijven inzetten om een constructieve dialoog tussen alle betrokken partijen te bevorderen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers


X Noot
1

Kamerstuk 33 578, nr. 95.

X Noot
2

Kamerstuk 31 765, nr. 649.

Naar boven